Hun taken brengen een zekere geheimhouding ge
durende langere tijd met zich mee; om minister
Dales te citeren: wat geheim moet blijven, blijft ge
heim. Ook dat moet kunnen in een volwassen de
mocratie. Maar na een jaar of 50 a 60 zou de ergste
kou er wel af moeten zijn. Vaak kan dat ook eerder.
Opmerkelijk en ook boeiend vind ik het project
van het Instituut voor Nederlandse Geschiedenis
om het archief van de voor-oorlogse Centrale In
lichtingen Dienst te reconstrueren. Wellicht kun
nen de ervaringen, die met dit project worden op
gedaan, nog ten dienste komen bij de vernieti-
gingsproblematiek van de huidige inlichtingen- en
veiligheidsdiensten.
Koudwatervrees?
Ik wil nog een aantal opmerkingen maken over de
organisatorische kant van de zaak.
Wij allen kennen wel de schrikreakties van onze
'bovenbazen', de bestuurders en politici, bij ver
zoeken om inzage in recentere dossiers. Ik be
schouw het gebeurde in Zandvoort als een gevolg
daarvan. Deze reakties zijn begrijpelijk. De be
stuurder, de politicus, vertaalt zo'n verzoek onmid
dellijk naar de huidige politieke praktijk, vaak zon
der precies de inhoud van de stukken te kennen.
Ook ambtenaren hebben deze neiging. Zij zijn al
len vaak wat 'touchy-er' dan de archivaris, die meer
overzicht en inzicht heeft over het gebeurde en
over de papieren neerslag er van. Van groot belang
is een goed contact tussen de archivaris en degenen
van wie de archieven afkomstig zijn. Regelmatig
overleg over openbaarheidskwesties en uitleg van
de archivaris over de juridische (on)mogelijkheden
zijn essentieel, want er wordt zo aan vertrouwen
onderling gewonnen. De archivaris kan bovendien
op deze manier indien nodig gemakkelijker tegen
gas geven tegen de angsten van bestuurders en
ambtenaren. En dit komt onze klanten regelrecht
ten dienste.
De nieuw Algemene Wet Bestuursrecht werkt met
termijnen waarbinnen geantwoord moet worden.
Dit vergt een goede eigen administratie. Die goede
eigen administratie, van bijvoorbeeld akten van
overdracht, van beperkende bepalingen en van een
eventuele verlenging daarvan, wordt ook door de
meer tot processen geneigde burger afgedwongen.
Onze verantwoordingsplicht naar burger en be
stuur is groter geworden. Het is verstandig om van
ieder archiefblok een apart dossier aan te leggen.
Bij het Algemeen Rijksarchief wordt jaarlijks in
zo'n 200 gevallen toestemming gegeven tot inzage
in beperkt openbare archieven. Dat werkt middels
de reeds genoemde 'Verklaring' waarin de onder
zoeker zich verbindt om aan nog levende personen
geen onevenredige schade toe te brengen, en als
controle daarop zijn concept-tekst vóór publikatie
ter goedkeuring voor te leggen. Schending van
deze afspraak, van dit contract, levert uitsluiting
op van inzage in beperkt openbare archieven. Arti
kel 22 Archiefbesluit biedt daartoe de mogelijk
heid. Het is van groot belang om consequent ach
ter de conceptteksten aan te zitten, ondanks het
feit dat de academische nonchalance ook bij de ar
chivaris wel eens ontmoedigend kan werken en het
ook nog routinewerk lijkt. Maar alleen zo wordt de
archivaris door de onderzoeker serieus genomen.
Bovendien, dit ter geruststelling, het Gerechtshof
in Amsterdam heeft al eens een onderzoeker ver
oordeeld, die zonder de vereiste toestemming on
derzoeksgegevens afkomstig van het Ministerie
van Justitie had gepubliceerd.21
Zandvoort, zo hoop ik in het voorgaande te heb
ben duidelijk gemaakt, heeft niets te verbergen.
Het ging de vroede vaderen van die gemeente om
de privacybescherming. Alle commotie rondom
het vroegere besluit, krante-artikelen, Kamervra
gen, een radiointerview van een paar collega's bij
het prachtige geschiedenisprogramma Onvoltooid
Verleden Tijd, is terug te voeren op een gebrek aan
kennis en enig onhandig gemanoevreer van de be
stuurders in die badplaats. Het kan ons allen wel
dienen als het bekende schip op het strand, name
lijk een baken voor de overigen op zee.
[114]
Moten
1 Geciteerd uit het artikel van
Arthur Maandag, 'Deel oorlogs-
archiefZandvoort toch openbaar',
in: Haarlems Dagblad16 maart
D95-
2 Sonia Combe, Archives Interdites.
Les peurs Franfaisesface a
l'Histoire contemporaine, Albin Mi
chel Paris 1994, p.43: 'J'ai vu des
archivistes - se transformer
en intraitables cerbères dès lors
qu'on leur parlait des archives de
1 Occupation. Prononcerleseul
nom de la "Série w" déclenchait
un reflex pavlovien de suspicion.'
Voor de reacties op Sonia
Combe zieo.m.: Nicolas Weill,
Histoire d'archives, in: LeMonde
23-12-1994; Eric Conan et Henri
Rousso, Vichy, un passé qui ne
passé pas, Fayard 1994, p. 89
noot 2.
3 Algemeen Dagblad 15 en 16 maart
199 5Haarlems Dagblad 14,16
en 22 maart 199 5De Gooi- en
Eemlander 16 maart 1995;
Tweede Kamer der Staten-Gene-
raal, Vragen van de leden De
Graaf, Lambrechts en Schutte
aan de Staatssecretaris van Onder
wijs, Cultuur en Wetenschappen,
dhr. Nuis, en de Minister van
Binnenlandse Zaken, 17 maart
1995-
4 Toespraak op 3 oktober 1991 tij
dens het internationale archief-
congres te Maastricht 'Archives
and Europe without bounderies',
in: Nederlandse Staatscourant nr
193 van4oktober 1991
5 Wetboek van Burgerlijke Rechts
vordering, artikel 838.
6 John Jansen van Galen, De engel
uit Amsterdam, in: Het Parool
15-11-1994.
7 Arrondissementsrechtbank Breda,
Uitspraak 20 december 1994,
rolnr 94/736 WET ko (L.J. Giebels
contra de Staatssecretaris van
ocw), in: Nieuws van Archieven
1995. PP- 27-30; Nederlandse
Jurisprudentie (nj)Administratief
rechtelijke Beslissingen (a b 19 9 5
nummer 183.
8 Archiefwet 1962, zoals gewijzigd
bij Wet van 31 oktober 1991
Stb. 703 (Wet Openbaarheid
van Bestuur), artikel 7a, eerste
lid.
9 Handelingen Tweede Kamer der
Staten Generaal (h-ii) 1986-1987,
19859, nr 3, p. 11 (memorie van
Toelichting wo b
10 F. Kuitenbrouwer, Het recht
om met rust gelaten te worden.
Over Privacy, Amsterdam 1991.
Morris L. Ernst en Alan U.
Schwarz gaven hun boek: Privacy,
New York 1962, de ondertitel
mee: The Right To Be Let Alone,
zie aldaar onder meer pp. 49 en
57-
11 F. C.J. Ketelaar, Clio's blind-
doek-Privacy in publieke archie
ven, in: Provinciaal Utrechts
Genootschap van Kunsten en
Wetenschappen, Mededelingen
Winter 1992-199}p. 44, en idem,
Privacybescherming en vernieti
ging, in: Gens Nostra 47 (1992),
P- 399-
12 Raad van State, Afdeling Recht
spraak (ar), 2 januari 1986,
ROl.85.2853/Sp 252, in: nj, ab,
1986 nr 216.
13 h-ii 1988-1989, 19859 nr 9, p. 19
(Nota naar aanleiding van het
eindverslag wob).
14 ar 8 augustus 1985, R02.84.1390
Elfferich contra de Minister van
Justitie; Nieuws van Archieven
april 1986, pp 93-94.
15 Frans Peeters, Je afkomst achter
slot en grendel, in: Het Parool,
30 januari 1993; briefMinister
van Justitie aan de Algemene
Rijksarchivaris dd 2 november
!993nr405835/293, Directie
Staats- en Strafrecht; vergelijk
ook: Hoge Raad der Nederlanden,
15 april 1994 (Valkenhorst), nj
1994, nr6o8.
16 Hoge Raad 23 oktober 1936, nj
1936 nr 93 5. L. Oldersma van het
Rijksarchiefin Friesland maakte
mij hierop attent.
17 Zie onder meer: mr F. C. J. Kere
laar, Openbare Registers, Poging
tot inventarisatie, in: Weekblad
voor Privaatrecht, Notaris
ambt en Registratie (wpnr),
23 januari 1971,^5114;
G.T. de Jong, Registers, risico
en goede trouw, Gouda Quint, Arn
hem 1988 (dissertatie ru Gronin
gen).
18 ZieWet Openbaarheid van
Bestuur, Editie Schuurmans en
Jordens, bewerkt doormrP.J.
Stolk,W.E.J.Tjeenk Willink
Zwolle 1992 (derde druk)pp 189-
197-
19H-11 1986-1987,19859, nr 3,
p. 34 (Memorie van Toelichting
wob).
20 Jaarverslag Rijkscommissie voor Va
derlandse Geschiedenis 198/,
p. 28; Documenten betreffende
de Buitenlandse Politiek van
Nederland 1919-1945. Periode B,
deel ui, 1 juni 1933-26 juni 1934,
bewerkt door W.J.M. Klaassen,
Instituut voor Nederlandse
Geschiedenis, 's-Gravenhage
1990 (rgp Grote Serie 212),
p. VII.
21 Friso Wielenga, West-Duitsland:
partner uit noodzaak. Nederland
en de Bondsrepubliek 1949-1955,
Spectrum Utrecht 1989, pp 13,
19 noot 37. Een AROB-procedure
was nodig om enige stukken over
[nj]