Dr Nicolas Japikse, directeur van het Koninklijk in het Koninkrijk der Nederlanden in woord en Huisarchief van 1928-1944. Uit: Persoonlijkheden beeld (Amsterdam, 1938) 745 [84] Gezien echter het belang van H. M. de Koningin is hij ervoor de verkoop zoolang mogelijk te traineeren. De Landsadvo caat wees er op gevoelsmotieven op zij te schuiven en alleen het practische nut te zien en dat is, dat niets naar Duitschland gaat. Mochten mij later verwijten hierover gedaan worden, dan kan ik naar dit gesprek met hem verwijzen..'35 Japikse, ook hierin een zoon van zijn vader, dekt zich dus in. Uiteindelijk wordt het standpunt van Van der Does ook dat van de Hofcommissie: offi cieel voorverkoop, officieus traineren.3<s Reeds bij hun onderhoud op 24 maart (zie hier voor) kondigt Bockamp bij Japikse jr aan dat het Algemeen Rijksarchief en daarmee de Algemeen Rijksarchivaris Bijlsma het 'oppertoezicht' over het kha zal krijgen, onder auspiciën van Vollmer. De dagelijkse leiding zal in handen van Rijksarchi varis Graswinckel komen. Zij zullen bij de verkoop de noodzakelijke maatregelen nemen met betrek king tot de archivaliën van het kha.37 Reeds twee weken later neemt Bijlsma hierop een voorschot: hij neemt onaangekondigd een bezoekster mee en houdt zich niet aan de officiële openingstijden van het kha. Japikse jr voelt zich (terecht) gepasseerd en overweegt de Algemeen Rijksarchivaris de toe gang te ontzeggen: ...Zoolang deze koop, door de Nederland- sche Staat, waaraan ik niet wensch mee te werken of waarop ik geen invloed wensch uit te oefenen, niet gesloten is, zal ik de regelen, die door H.M. de Koningin vastgesteld zijn, nauwgezet nakomen.,'38 Intern beschuldigt Japikse Bijlsma er ook nog van met de Duitsers onder één hoedje te spelen (terwijl deze slechts, zoals een goed archivaris betaamt, zo veel mogelijk voor de vaderlandse historie belang rijke stukken onder zijn veilig beheer wenst te heb ben). Bockamp moet ingrijpen en doet dit door Ja pikse bij deze zaak buiten spel te zetten. Geheel in lijn met het financiële argument voorverkoop, im- mers een vacant gebouw verkoopt men gemakke- lijker dan een functioneel gebouw, doet Bockamp veel moeite om aan te tonen, dat het gebouw van het kha bij bombardementen geen veilige archief bewaarplaats kan vormen. Diverse instanties scha kelt hij hiertoe in.3? Japikse doet nog vergeefse moeite om het tegendeel aan te tonen en in mei en juni 1944 wordt de inhoud van het archief overge bracht naar bunkers in Heemskerk en Zand- voort.4° Een klein deel van de stukken is op het ara achtergebleven om daar gereproduceerd te worden; door gebrek aan chemicaliën komt daar echter weinig van terecht.4' Uiteindelijk gaat de verkoop in het geheel niet door. De vertragingstactieken van Japikse en de Hofcommissie doen blijkbaar hun werk in de zo mer van 1944 en na Dolle Dinsdag wordt over de hele zaak zelfs niet meer gesproken. In de woorden van de Hofcommissie: Door het vertrek van [Bockamp en Vol lmer] en hun niet terugkeren in het nog onbe- vrijde gedeelte van Nederland, kan worden aangenomen, dat de posten, die zij bekleed den, zijn opgeheven. De Hofcommissie heeft dus weer het vrije beheer over de Koninklijke goederen gekregen, al geldt nog steeds het ver beurdverklaringsbes luit van 1942 ten aanzien van de particuliere goederen van H. M. de Koningin.[.Tevens dient te worden opge merkt, dat de overdracht aan het Rijk van het kha, thans geheel van de baan is.'42 Overigens keerde Bockamp later wel degelijk in functie terug. Op de afgeblazen verkoop had dit echter geen invloed. Juist ook wat betreft het kha is interessant of al le uitgewisselde stukken na de oorlog hun weg weet naar Nederland hebben teruggevonden. De heer Ubels sr, tijdens de bezetting amanuensis bij het kha, deelde hieromtrent mee dat reeds in de lente van I943> dus korte tijd na de overbrenging van de Austausch' (bestaande uit acht kisten), de medewerkers van het kha via het verzet ter ore ge komen, dat deze kisten direct naar de bewaarplaats Fort Ehrenbreitstein bij Koblenz waren overge bracht; dit in tegenstelling tot de in het riod aan getroffen ontvangstbewijzen van de Staatsarchie ven te Koblenz en Wiesbaden.43 In dit fort werd de inhoud van de kisten reeds eind mei 1945 per le gertruck opgehaald. In de primitieve, slecht ver- [85]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1995 | | pagina 15