Kroniek 2
Duits-I\lederlands archïefsymposium
1994
Profdr F. C.J. Ketelaar aan het woord tijdens de discussie in de Statenzaal van
de Provincie Groningen. Achter de tafel van links naar rechts: F.J. van den
Broek drN. Reimann, drM. Martindrsj. Dijkstra, drH. D. Oppel, drF.Kever-
lingBuisman en profKetelaar
Op 22 en 23 september 1994 werd in Groningen en Winschoten het achtste
Duits-Nederlandse Archiefsymposium gehouden. Het thema, de selectie
van archieven met het oog op bewaren en vernietigen, beloofde de nodige -
verhitte - discussies.
Het symposium werd georganiseerd door het Westfalische Archivamt,
het Stadtarchiv Bocholt, de Provinciale Archiefinspectie Groningen, het
Rijksarchief in Gelderland en het Gemeentearchief van Groningen. Een uit
gave van de volledige teksten van de bijdragen van dit symposium zal wor
den verzorgd door het Westfalische Archivamt te Munster.
[294]
De zitting van donderdag 22 september vond plaats
in de Statenzaal van de provincie Groningen. De
opening werd verricht door mevrouw drs M.L. de
Meijer, lid van gedeputeerde staten van Groningen.
Zij constateerde onder meer dat het thema van dit
symposium al eerder archivarissen naar Groningen
had gebracht, en wel bij de viering van het eeuwfeest
van de Vereniging van Archivarissen in Nederland in
1991. Zij onderstreepte het belang van de selectie
van archieven als discussiethema omdat zij het hart
raakt van de archivistische professie en tevens in de
belangstelling staat van het publiek.
Na haar spraken vertegenwoordigers van de orga
niserende instanties enkele woorden ter begroeting.
DrN. Reimann van het Westfalische Archivamt stel
de vast dat het Duits-Nederlands Archiefsymposium
als evenement inmiddels vaste contouren heeft aan
genomen en beschouwd mag worden als een belang
rijk podium voor de uitwisseling van ervaringen en
voor discussies over aangelegenheden van het ar
chiefvak.
Hoewel er de afgelopen jaren zeker vooruitgang is
geboekt bij de eenwording van Europa zou het niet
goed zijn de verschillen in cultuur, levenswijze en
mentaliteit te veronachtzamen. Deze verschillen
hebben immers ook hun weerslag op de structuur
van het archiefwezen. Gegeven deze verschillen zul
len vakgenoten moeten zoeken naar mogelijkheden
tot samenwerking bij het oplossen van gemeen
schappelijke problemen. Daarnaast zijn de uitwisse
ling van ervaringen en het houden van discussies
over de wijze waarop vakproblemen aan beide zijden
van de grens worden aangepakt goede methoden om
het wederzijds begrip te verruimen, de eigen inzich
ten te verrijken en het bewustzijn van gemeenschap
pelijkheid te versterken. In dit kader riep hij de deel
nemers op samen te werken met het oog op de vie
ring van de 35oste verjaardag van de Vrede van
Münster in 1998. Reimann eindigde zijn betoog met
de opmerking dat selectie de basis is van ons werk: de
keuzes die wij maken bepalen welke bronnen latere
generaties zullen kunnen raadplegen.
Prof dr F. C.J. Ketelaar sloot zich bij de vorige spre
ker aan met de opmerking dat Europa verenigd is
door haar onderlinge verschillen, en dat deze ver
schillen hun weerslag op de archiefsystematiek heb
ben. Hij wees daarbij op het belang van dit symposi
um dat, zoals hij verwachtte, onderlinge verschillen
aan het licht zou brengen maar ook wederzijds be
grip zou bevorderen en een aansporing zou kunnen
zijn om samen te werken. Tenslotte merkte hij op dat
ook in Nederland al een Nationaal Comité 1998 be
staat.
Dr H.D. Oppel van het Stadtarchiv Bocholt ver
wees naar een recent onderzoek van de Euregio over
het beeld dat Duitsers en Nederlanders van elkaar
hebben. Duitsers vinden Nederlanders sympathiek,
liberaal en tolerant. Daarentegen stellen Nederlan
ders zich gereserveerd op ten opzichte van Duitsers.
Duitsers zouden arrogant, heerszuchtig en weinig
sympathiek zijn. Echter noch de ene, noch de ande
re mening heeft een negatieve invloed op de onder
linge verhoudingen, want zowel Duitsers als Neder
landers geven aan dat er meer is dat hen verbindt dan
dat hen scheidt. Vooringenomenheid ligt ten grond
slag aan deze verhouding, die overigens een opval
lende parallel heeft in Duitsland en wel tussen Bei
eren en Pruisen. Gedegen kennismaking kan helpen
vooroordelen te overwinnen. In dit licht moet ook
dit symposium gezien worden: de deelnemers wor
den opgeroepen elkaar, persoonlijk en zakelijk, te le
ren kennen en het inzicht in eikaars houding en
werkmethoden te vergroten.
De eerste zitting was gewijd aan het thema 'theo
retische achtergronden en ervaringen in het verle
den'.
In zijn inleiding refereerde dr. F. Keverling Buisman,
rijksarchivaris in de provincie Gelderland, aan de
brede aandacht die de Nederlandse media in het na
jaar van 1993 schonken aan het thema van de selectie
van archieven. Aanleiding was onder meer de op
handen zijnde vernietiging van de bvd-archieven.
De algemene teneur van de kritiek op de handelwijze
van de archivarissen is dat ze onvoldoende rekening
zouden houden met de belangen van het historisch
onderzoek.
Men is het er over eens dat niet alles bewaard kan
worden. Hoewel de eerste voorzichtige richtlijnen
voor selectie en vernietiging al rond 1900 door Fruin
gegeven zijn, kampt men vandaag de dag nog steeds
met het probleem dat er weliswaar een bevoegdheid,
maar geen verplichting tot vernietiging bestaat.
[2.95]