conversaties om het maar zo te zeggen. Het actiemo del tenslotte bevat de regels die in acht worden geno men: hoe werkt men de zaken af. Hoe is het handelen t.a.v. de informatie gestructureerd Het is duidelijk dat de wet van de afnemende meer opbrengsten zich spoedig kan doen gelden, zoals dat trouwens ook het geval blijkt te zijn met de fameuze handelingen-analyse. Naar mijn indruk is deze laat ste analyse wat doorgeschoten en zou die wat minder gedetailleerd kunnen worden doorgevoerd, mits te gelijkertijd een (ook weer niet al te gedetailleerde) in formatiekundige analyse wordt doorgevoerd 5 Is de handelingenlijst van nut bij een informatie-analyse? De theorie - hierboven - wijst op geheel andere uit gangspunten. Maar wellicht is er pragmatisch wel een mouw aan de handelingenlijst te passen. Men zou bijvoorbeeld een documented schema per han deling kunnen opmaken, en informatiegerichte handelingen aan de lijst kunnen toevoegen. Nagegaan zou moeten worden waarom men de neerslag van handelingen als object van informatie analyse zou moeten kiezen, in hoeverre informatie niet duidelijk aan een handeling is toe te wijzen (ik denk vooral aan puur ambtelijke en administratieve informatieprodukten zoals ontsluitingen e.d.) en of een dergelijke aanpak pragmatisch verantwoord is. Is de neerslag van een organisatie in de praktijk wel al tijd in een handelingsgewijze structuur bestudeer- baar Immers het archief is toch vaak niet volgens de lijst van handelingen geordend Wel lijkt het mij mogelijk het onderzoek naar hande lingen en de informatie-analyse gecombineerd uit te voeren door dezelfde stukken met verschillende ogen te bekijken en er in twee aparte documenten over te rapporteren. 6 Slotopmerkingen Wat de grote massa's papier betreft: het moet betrek kelijk eenvoudig zijn om her format van de erin op genomen gegevens te specificeren. Vervolgens kan men zich kwantitatieve selectiecriteria laten aanleve ren (binnen intersubjectieve adviseringsstructuren) en tenslotte een percentage bewaren. Van belang is te laten zien welke 'afzet' van de betrokken informatie al heeft plaatsgevonden in de samenleving (publika- ties, CBS, pers, etc.): dat kan de selectie aanzienlijk beïnvloeden. Wat de rommeliger bestanden betreft blijf ik mij afvragen of macro-analyse de aangewezen weg is. De informatie-analyse zou bijvoorbeeld kunnen uitma ken welke bestanden micro-analyse behoeven en welke met macro-technieken kunnen worden gere duceerd. Daarmee zou al geweldig veel weggewerkt kunnen worden. Als men zich eerst op de massabestanden zou rich ten van verschillende archieven (als groot, geïnte greerd project), waarbij tevens alle dwarsverbanden tussen die archieven en informatie bij cbs en elders scherp in het beeld komen: is dan niet het overgrote deel van de direkte pijn op de ministeries op korte termijn weg te masseren? Summary Information analysis of archival re cords. Appraisal and destruction of archi ves: a contribution to the discussion. The author, professor of economic and social history at Nijmegen University and member of the State Committee for the Archives, is an advocate of an 'informational' approach to appraisal as opposed to a 'contextual' attitude. He explains the theoretical background of his argument and makes some re commendations with regard to the practice of ap praisal and destruction. [26] Moten i In deze korte bijdrage wordt ervan afgezien de intussen omvangrijke literatuur te vermelden. Voor de meest recente uitgebreide behan delingvan de problematiek van dearchiefvernietigingzie: P. M.M. Klep en G. van der Plaat, ed., Selectie en vernietiging van archiefmateriaal. Een discussie tussen archivarissen en historici ('s-Graven- hage, 1994; isbn 90-73069-08-4), met de aldaar aangehaalde nota's en literatuur. Zie ook de laatste afleve ringvan de Bijdragen enMedede- lingen betreffende de Geschiedenis der Nederlanden( bmgn) van 1993. 2 Enkele publicaties van verschillende aard dievan nutkunnen zijn: J. L. G. Dietz, Leerboek informatie kundige analyse Deventer, 1992); K. Kramer, Technieken voor informa tie-analyse (Rijswijk, 1992); C. van Peursen, Informatie: een interdisci plinaire studie (Utrecht 1969). 3 Omslag in o/u/dgfs-Gravenhage, 1991). 4 Zie: Van Peursen, Informatie. 5 P. M.M. Klep, Archieven bewaren: cultureel investeren in de toekomst (Nijmegen/'s-Gravenhage, 1992; nota opgesteld t.b.v. de Rijkscom missie voor de Archieven) [27]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1994 | | pagina 14