sche Archeologische Commissie, de Monumenten-
commissie der Gemeente Groningen, het Centraal
Bureau voor de Kennis van de Provincie Groningen
en Omgelegen Streken en het Historisch Genoot
schap te Groningen, en hij vormde bovendien met
de rijksarchivaris de redactie van de jaarlijks ver
schijnende Groningsche Volksalmanak. Andere his
torisch georiënteerde verenigingen waarmee de ar
chivaris contacten onderhield, waren bijvoorbeeld
het juristengenootschap 'Pro Excolendo lure Pa
trio', de Vereniging voor Terpenonderzoek, de in
1924 opgerichte Vereniging Stad en Lande en de
Groninger Heerdencommissie.52
dat een neef van me (achterkleinzoon van genoem
de schutter) die reeds met zijn hoogstzwangere
vrouw en zoontje in het kamp te Westerbork is, als
autochtone Jood beschouwd en op grond daarvan
niet met zijn familie naar Duitsland gestuurd
wordt. Al zijn wij momenteel ook hier niet te benij
den. Mijn kans op succes is gering, maar ik wil het
probeeren Heb ik geluk dan kan ik met het be-
Tijdens de bezetting is op het Groningse Gemeen
tearchief wel getracht de bezetter op een dwaal
spoor te brengen door het toevoegen van joodse na
men aan het register van de Waalse Gemeente in
Groningen. Zes dopen en vier huwelijken werden
in het register ingeschreven, waarbij het oorspron
kelijke handschrift zo goed mogelijk werd nage
bootst. Het is niet meer te achterhalen wie de in-
Een schrijnend voorbeeld van de bij het Gemeente
archief binnengekomen brieven is die van een 72-
jarige inwoner van Amsterdam, die zich in oktober
1942 tot de gemeentearchivaris richtte. Deze man
zocht naar schriftelijke bewijzen dat zijn grootva
der in een Gronings bataljon daadwerkelijk had
deelgenomen aan de veldtocht tegen België. Hij
schreef: 'Ik wil toonen met dit bewijs te bereiken,
wijs meer nazaten redden'. Coster kon het verlang
de bewijs niet leverend6
Een belangrijke verzwaring van de taak van de ar
chivarissen in Nederland, Coster niet uitgezon
derd, lag in de toeneming van het aantal aanvragen
van genealogische aard. Dit hing nauw samen met
de gebeurtenissen in Duitsland. Na het aan de
macht komen van Hitler in 1933 werden in Duits
land wetten van kracht die (toekomstige) ambtena
ren verplichtten om hun 'arische afstamming' aan
te tonen, teruggaand tot het begin van de vorige
eeuw. Het 'bewijs' moest geleverd worden in de
vorm van afschriften van de doopakten van voor
ouders. In Nederland mocht de sibbekunde, af
stammingsonderzoek dat riekt naar rassenleer, zich
in de jaren dertig in een groeiende populariteit ver
heugen. De Nederlandse archivarissen betitelden
dit tijdverdrijf onder elkaar enigszins denigrerend
als 'sibbelen' en 'sibbelarij'. Ook de Groningse ge
meentearchivaris moest er weinig van hebben en
sprak over 'uitwassen, waarvan bepaalde beoefena
ren der "sibbe" de schuld droegen'.53 Na de Duitse
inval in Nederland steeg het aantal genealogische
aanvragen met sprongen en het afstammingsonder
zoek bezorgde Kroes en Coster 'een meer dan volle
dagtaak'.54 Na Dolle Dinsdag in 1944 viel dit werk
plotseling volledig stil.55
Het centrum van Groningen in de zomer van
1948. De oorlogsschade is nog duidelijk zichtbaar,
ook in de onmiddellijke nabijheid van het archiefge
bouw (achter de Martinikerk). Foto: klm Aerocar-
to nv