Beloofd Land
De suggestie van de dit jaar met een extra Erasmus
prijs onderscheiden Simon Wiesenthal in zijn
boek Zeilen der Hoopdat Columbus op zoek zou
zijn gegaan naar een nieuw Beloofd Land voor de
joden, moet van de hand worden gewezen. Tot
r 5 5 2 was het namelijk aan de conversos, de bekeer
de joden, niet verboden om naar de Indien te gaan.
Er was echter wel een extra beperking. Officieel
hield een veroordeling door de Inquisitie in dat de
bezittingen van de veroordeelde verbeurd werden
verklaard. De Inquisitie heeft echter nooit de ad
ministratie van al die bezittingen aangekund. Om
deze inkomstenbron niet te verliezen, sloeg zij per
stad of streek de door haar veroordeelde conversos
aan om door betaling hun veroordeling af te kun
nen kopen. Het in overleg bepaalde bedrag werd
dan na draagkracht over die conversos verdeeld.
Betaalden zij hun deel, dan kregen ze hun burger
rechten weer terug, waaronder het recht op emi
gratie naar de Indien. Hadden deze conversos of
marranen in de Nieuwe Wereld een Beloofd Land
willen stichten, dan hadden zij daar dus minstens
een halve eeuw de gelegenheid voor gehad. Echter
wat konden de conversos verwachten van zo'n be
loofd land in een continent dat onder de Spaans
kroon viel?
Ondanks de troebele achtergrond van deze 'zui
verheid van bloed'-verklaringen maken zij het mo
gelijk om een vrij precies beeld te krijgen van de
Spanjaarden die zich in de Indien vestigden. Over
het aantal Spaanse emigranten in de eerste ander
halve eeuw na de ontdekking van Amerika doen
trouwens nog steeds de wildste schattingen de ron
de. Van ongeveer 450.000 tot 1 miljoen Spanjaar
den zouden Amerika in die periode bevolkt heb
ben. Zou dit zo zijn, dan had de meerderheid de
tocht zwemmend moeten afleggen. De gegevens
over het aantal boten en hun tonnage laten deze
aantallen niet toe. Tot 1650 zijn er hoogstens 100
tot 150 duizend Spanjaarden naar Amerika geëmi
greerd.
De registratie van de emigranten diende ook
nog een ander doel. Men wilde namelijk ook hun
herkomst weten in verband met de verdeling van
de nalatenschappen van diegenen die in de Indien
overleden zonder direkte erfgenamen achter te la
ten. Deze stukken zijn voor een deel te vinden in
de sectie Handel, maar de belangrijkste bronnen
bevinden zich in de sectie Notariaat. De inventa
rissen van deze nalatenschappen geven een interes
sant beeld van de levenswijze van de kolonisten.
Veel van deze nalatenschappen werden naar Spanje
overgebracht en zij vormen een belangrijke aan
vulling op de import van goud en zilver in Spanje.
Ontdekkingsreizen
In deze laatste sectie zijn ook allerlei gegevens aan
te treffen over de vele ontdekkingsreizen die, na
Columbus, zijn ondernomen. Deze ontdekkings
reizen werden echter niet meer door de kroon gefi
nancierd, maar waren privé-ondernemingen. In
ruil voor hun inspanningen kregen de ontdekkers
vaak uitgebreide privileges als zij in ieder geval
maar één vijfde van al het goud en zilver aan de
kroon afstonden. Voor de Indianen waren deze
ontdekkingreizigers hoogst onwelkome gasten,
want zij probeerden hun gedane investeringen zo
snel mogelijk over hun ruggen weer terug te ver
dienen. Deze documenten vormen vaak de eerste
bronnen van de hardhandige opname van het La-
tij nsamerikaanse werelddeel in de westerse kolo
niale geschiedenis. In die verslagen speelt ook de
romantiek van de in die tijd zo populair ridderro
mans een grote rol. Zo'n grote rol dat men het
noodzakelijk vond om de export van deze romans
naar Amerika te verbieden, opdat de Indianen er
niet door geïnspireerd zouden kunnen raken. De
ridders uit deze romans verrichtten hun heldenda
den in fictieve streken met namen die ons nu be
kend in de oren klinken zoals Florida, California
en Patagonië in Argentinië. Zo verbrandde Cortés
zijn schepen die hem naar de kust van Mexico had
den gebracht. Anderen gingen op zoek naar de my
the van El Dorado of naar de bronnen van de Eeu
wige Jeugd. Minder prozaïsch waren de berichten
over diezelfde Cortés of de gebroeders Pizarro die
Peru brandschatten. Onderlinge broederstrijd, be
schuldigingen over illegaal geïmporteerd goud en
zilver in Spanje, een eerste burgeroorlog tussen de
Spanjaarden in Peru en uitbuiting van de Indianen
vergezelden deze gebroeders op hun weg door Pe
ru. De vele aktes die zij en andere ontdekkingsrei-
[284]
zigers lieten opstellen om allerlei aanspraken in
Amerika te doen gelden, zijn te vinden in de sectie
Notariaat. De vele conflicten tussen de ontdek
kingsreizigers onderling zijn terug te vinden in de
sectie Justitie. Zij vormen een aanvulling op de
verslagen van de ontdekkingsreizigers. In deze zelf
de sectie zijn ook de rapporten van de inspecties
van de audiencias te vinden. Ondanks de maatre
gelen die op aanbevelingen van de beroemde bis
schop van Santo Domingo, Bartolomé de las Cas-
as, bijgenaamd de 'Verdediger van de Indianen',
vanuit Madrid waren genomen om de Indianen
beter te beschermen, blijkt uit die rapporten vaak
het tegenovergestelde. De inspecties lieten iedere
Spaanse kolonist aan het woord die klachten over
de plaatselijke Spaanse autoriteiten hadden. De
aangeklaagde had daarna het recht van wederhoor.
Deze vaak ellenlange verslagen geven een zeer goed
beeld van de koloniale samenleving onder de
Spanjaarden. Hun belangvoor de geschiedenis van
de huidige Latij nsamerikaanse staten is dan ook
zeer groot.
Tenslotte geeft de sectie Diversen Algemeen wat
haar naam al aangeeft. Het betreft voornamelijk de
correspondentie tussen Handelshuis, Raad van In-
diën, de lokale audiencias in Amerika en de ko
ning. Het is een vergaarbak van wetenswaardighe
den, die door een zeer algemene inventarisatie me
nig onderzoeker voor aangename verassingen heeft
doen staan.
1992
Met het oog op het herdenkingsjaar van de ont
dekking van Amerika werd in 1986 een uitgebreid
automatiseringsprojekt op gang gezet om de docu
menten via digitale lezing per computer beschik
baar te kunnen stellen en zo de originele documen
ten te beschermen tegen het intensieve gebruik
door de onderzoekers.
De collectie van het Algemeen Archief van de
Indien geeft een zeer ruim geschakeerd beeld van
het Latijnsamerikaanse werelddeel vanaf de eerste
Spaanse stap tot aan de losmaking van dit conti
nent van direct Spaans bestuur, van 1493 tot aan
het begin van de negentiende eeuw. Het is inder
daad een neutrale instelling, maar openbaar is zij
niet. Elke onderzoeker dient duidelijk aan te geven
met welk doel hij of zij het archief wil bezoeken.
Wordt het doel goedgekeurd, dan krijgt men toe
gang tot de documenten. Een speciaal pasje vormt
het bewijs van deze toestemming.
Het is te hopen dat het geldbedrag dat aan de
Erasmusprijs verbonden is, aangewend zal worden
om het Casa Lonja voor de onderzoekers aantrek
kelijker te maken. De zaal waar de onderzoekers
hun werk verrichten, is voorzien van een luidruch
tige airconditioning-installatie en de tafels en stoe
len lijken gemaakt om het bezoek kort te houden.
Ze vormen een direkte aanslag op de wervelkolom
van de onderzoekers. De documenten zelf staan
bloot aan het vochtige en zeer warme klimaat van
Sevilla, hetgeen hun conservering niet te goede
komt. Wie weet of Erasmus, na zijn grote invloed
in het Spanje van de zestiende eeuw, nu indirekt
het archief ook de middelen heeft gegeven om,
door de aankoop van een goede installatie voor kli
maatbeheersing, deze unieke collectie beter tegen
het wrede Sevilliaanse klimaat te beschermen.
Summary
Tha General Archive of the Indies in
Seville (Auke P. Jacobs)
This year the Archivo General de Indias in Seville
was awarded the Erasmus Prize. The archive was
named after the Indies because in 1492 Columbus
set out to discover the western route to the Indies.
Having reached land he called it las Indiasa name
which was maintained in Spain throughout the
whole colonial period. A detailed description of
this archive whose collection is the most important
source for the study of the Latin American colonial
history in relation to Europe.
[285]