Inleiding Bij aanvang van mijn stage omvatte het archief 700 m1 archiefbescheiden, lopend van 1814 tot 1985. Inventarisatie van het archief had een hoge prioriteit vanwege de grote vraag door onderzoekers naar stukken uit het archief. Het archief bevond zich echter in een wanordelijke staat. De archiefanalyse diende de structuur van het archief bloot te leggen en een aanzet te zijn tot een plan van aanpak. Tijdens mijn stage bij het Gemeentearchief Am sterdam heb ik per week 15 a 2 dagen gewerkt aan de analyse. Uitgangspunt was dat ik binnen een jaar een analyserapport zou hebben gemaakt. Tussentijdse schriftelijke rapportages aan mijn mentor moesten de voortgang van het werk bewaken. Doelstelling van archiefanalyse De doelstelling van de archiefanalyse is een gestruc tureerde aanpak van de inventarisatie te bewerkstel ligen. Vooral met betrekking tot omvangrijke over heidsarchieven uit de negentiende en twintigste eeuw kan men bij de inventarisatie nauwelijks meer uit de voeten met de 'methodiek van het losse stuk'. Hieronder versta ik de beschrijving van alle opeen volgende stukken volgens de aangetroffen orde om vervolgens een archiefschema te reconstrueren. Ook de lessen aan de archiefschool zijn nog volgens deze methode opgezet. Eerst leert men beschrijvingen te maken van losse stukken en in de laatste werkweek worden de archiefschema's besproken. Men be schrijft eerst en vervolgens kijkt men hoe de be schrijvingen kunnen worden ondergebracht in een archiefschema. In de titel van de Handleidingvan Muller, Feith en Fruin wordt gesproken over 'ordenen en beschrij ven'. Uitgangspunt van Muller, Feith en Fruin bij het inventariseren is 'het geraamte' (de structuur) van het archief te reconstrueren. Men moet ervan uitgaan dat serieën van bescheiden de hoofdlijnen aangeven, waarnaar het archief van ouds is georgani seerd ,2 Het Lexicon van Nederlandse archieftermen geeft, in navolging van Muller, Feith en Fruin, als definitie van inventariseren 'het ordenen en be schrijven van de bestanddelen van een archief'. De archiefanalyse gaat eveneens uit van de bestandde len van een archief en neemt het archiefschema als uitgangspunt bij de inventarisatie. Men stelt dus eerst vast wat de ordening van het archief is geweest en maakt een voorlopig archief schema. De (losse) stukken worden daardoor beter herkenbaar en zijn makkelijker te beschrijven. Op basis van de uitgevoerde analyse kan de inventarisa tie gestructureerd verlopen en kan men een bewer- kingsplan maken. Zo is een betere planning moge lijk van de werkzaamheden en van de tijd die daar aan wordt besteed. Steeds meer wordt ook bij archiefdiensten gesproken over een efficiënte be drijfsvoering en doelmatige besteding van gelden. Als het om inventarisatie gaat, wordt echter zelden een planning gemaakt, met als argument dat inven tarisatie zich niet laat plannen. Men begint aan de inventarisatie en presenteert een inventaris na een jaar, twee jaar of nog langere tijd, afhankelijk van de moeilijkheden die men ondervindt of van tussen tijdse nevenwerkzaamheden waaraan wel een dead line is verbonden en die dus prioriteit krijgen. Resultaat van de analyse dient te zijn een (voorlo pig) archiefschema en een bewerkingsplan op basis waarvan de inventarisatie kan plaatsvinden. Daar mee zijn de twee produkten genoemd waarop werk zaamheden tijdens de analyse dienen te zijn gericht. Archiefschema en bewerkingsplan, beide neergelegd in een analyserapport, zijn de instrumenten die een planning van de werkzaamheden mogelijk maken. Opzet van de analyse Om inzicht te verkrijgen in de organisatie en de func ties van de archiefvormende instelling begint men met een literatuuronderzoek. Daarnaast bekijkt men bronnen, zoals wetten, algemene maatregelen van bestuur, reglementen, statuten, jaarverslagen of in stellingsbeschikkingen, één en ander afhankelijk van de status van de archiefvormer. Heeft de archiefvor mende instelling een wettelijk opgedragen taak of is de archiefvormer een vereniging? Uit literatuur en bronnen kan allicht al een deel van de taken en/of de organisatie van de archiefvormende instelling wor den achterhaald. Lacunes kunnen later door het ei genlijke archiefonderzoek worden aangevuld. Een verslag van het literatuur- en bronnenonderzoek zou als eerste rapportage kunnen dienen. [272] Het dossier over het archief, indien aanwezig, kan informatie leveren over de geschiedenis van het ar chief. Wanneer en hoe is het archief overgebracht, bestaan er processen-verbaal van al vernietigde be standen en zijn er vernietigingslijsten? Een proces verbaal van overbrenging en eventuele resultaten van eerdere inventarisatiepogingen kunnen een eer ste indruk geven van de organisatie van het archief. Na dit oriënterende onderzoek ben ik begonnen aan de analyse van het archief met als resultaat het ar chiefschema. Aan de hand van uiterlijke kenmerken zoals kleur en grootte van de dozen, banden of delen etc. heb ik archiefbestanddelen geïdentificeerd. Tij dens mijn werkzaamheden heb ik ondervonden hoe belangrijk het is om de oorspronkelijke verpakking van het archief niet te verwijderen, zo lang het archief nog niet is geïnventariseerd. Is dit met het oog op de materiële zorg niet gewenst, dan dient bij de verpak king in dozen te worden aangegeven hoe de oor spronkelijke verpakking er heeft uitgezien en moeten de opschriften daarvan worden overgenomen. Van de archiefbestanddelen heb ik verzamel- beschrijvingen gemaakt en van ongenummerde bestanden de plaats in het depot (bijvoorbeeld stel ling 28, rek 3, plank 4) genoteerd. De losse stuk-ken heb ik zo veel mogelijk genegeerd. Ik heb wel geno teerd waar zich deze stukken in het depot bevinden. Aan de hand van de verzamelbeschrijvingen was ik in staat een voorlopig archiefschema te maken Het resultaat van deze methode was een goed in zicht in de stelsels van ordening. Registratuurken- merken en de wijze van ordening van de stukken (chronologisch, op afzender/geadresseerde) zeggen al heel veel over de ordening van het archief. Ook agenda's en andere toegangen op het archief geven veel informatie over de ordening van het archief. Ook andere archieven van instellingen met wie de archiefvormende instelling heeft gecorrespondeerd, kunnen nuttige informatie opleveren. Ik heb bij voorbeeld in het archief van de afdeling algemene zaken van de secretarie van de gemeente Amsterdam brieven van het hoofdbureau van politie aangetrof fen, waaruit ik heb kunnen concluderen dat ver scheidene series minuten van uitgaande brieven van het hoofdbureau verloren zijn gegaan. De archiefvorming kan in drie perioden worden onderscheiden: de periode 1814-1842 (ingekomen stukken geor dend op afzender en uitgaande stukken deels geor dend op geadresseerde) de periode 1843-circa 1920 (correspondentie ge ordend in series volgens een rubriekenstelsel) en de periode sinds circa 1920 (archief geordend vol gens organisatie, archiefordening per bureau van het hoofdbureau volgens een rubriekenstelsel) Resultaat was het onderstaande voorlopige archief schema. Archiefschema Archief van het hoofdbureau 1814-1842 Stukken van algemene aard Correspondentie Ingekomen stukken Uitgaande stukken Stukken betreffende afzonderlijke onderwerpen Archief van het hoofdbureau 1843-circa 1920 Stukken van algemene aard Correspondentie onderverdeeld in rubrieken letter a: administratie, financieel beheer, kleding, wapens, gebouwen, meubels. Ingekomen stukken Uitgaande stukken Ingekomen en uitgaande stukken letter g: personen. Ingekomen stukken Uitgaande stukken letter 1: dienstzaken. Ingekomen stukken Uitgaande stukken letter m: algemene zaken. Ingekomen stukken Uitgaande stukken Stukken betreffende afzonderlijke onderwerpen Archieven van de verschillende bureaus van het hoofdbureau circa 1920-195 5 (1985) Op grond van de resultaten heb ik een bewerkings plan opgesteld en ben ik begonnen met het schrijven van mijn analyserapport. In dit rapport heb ik aan dacht besteed aan de organisatie van het archief, de bestaande ordening, reeds door de administratie ver nietigde archiefbescheiden en de materiële staat van [273]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1992 | | pagina 28