Van archief naar informatievoorziening Een omslag? F.G. Kordes Tijdens de jaarvergadering van de Koninklijke van, op 14 mei jl. in Le lystad gehouden, hield de oud-president van de Algemene Rekenkamer, F. G. Kordes, een lezing over archief en informatievoorziening. Aanlei ding om hem uit te nodigen was het laatste rapport dat onder verant woordelijkheid van de heer Kordes was uitgebracht, namelijk dat over de machineleesbare bestanden. Zijn verhaal volgt hier. In 1988 publiceerde de Algemene Rekenkamer het rapport Archiefbeheer en behoud bij het Rijk. Daarin werden enige signalen gegeven over gebrekkig ar chiefbeheer bij de rijksoverheid. Naar aanleiding van dit rapport stelden de bewindspersonen van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur en van Bin nenlandse Zaken een aantal activiteiten in het vooruitzicht, zoals: herziening van de Archiefwet 1962, alsmede daarop te baseren regelgeving, die rekening houdt met technologische ontwikkelingen het doen van onderzoek naar status, houdbaar heid, opslag en bewaring van machineleesbare ge- gevens-bestanden (m lg's) het ontwikkelen van een beleidsvisie op doel en nut van documentaire ondersteuning. Zoals de Rekenkamer altijd doet wanneer ministe riële toezeggingen worden gedaan, nam zij na ver loop van tijd de stand van zaken op. Zij was met name geïnteresseerd in hoeverre er al een beleid was voor het opslaan, vernietigen en bewaren van mlg's, waarvoor zij in 1988 een pleidooi had ge houden. Hoe de stand is, vindt U in het rapport Machineleesbare gegevens-bestanden, dat mij op 31 oktober 1991 als een van de vele geschenken bij mijn afscheid als President van de Algemene Re kenkamer is aangeboden en dat vervolgens op de normale wijze is gepubliceerd. Kort geschetst was de stand toen, dat er nog geen nieuwe Archiefwet is, dus ook nog geen daar op gebaseerde regelgeving die rekening houdt met technologische ontwikkelingen, wel uitspraken zijn gedaan over de bewijs- en rechtskracht van ar chiefbescheiden en reprodukties daarvan, maar geen onderzoek is ingesteld naar houdbaarheid, opslag en bewaring van mlg's. Daarvoor zouden de resultaten van een gelijk soortig onderzoek van de International Council on Archives worden afgewacht. Tenslotte zijn er wel activiteiten ontplooid om te komen tot een beleidsvisie op doel en nut van documentaire ondersteuning. Het is wel heel toevallig dat een boek over zo'n beleidsvisie, getiteld Omslag in opslag, één dag na het verschijnen van het Rekenkamerrapport over de m lg's, namelijkop 1 november 1991, door Bin nenlandse Zaken aan de Tweede Kamer is aange boden. In deze beleidsvisie is een opvallende uit spraak verwoord, die misschien een aantal van U het bloed zou kunnen doen stollen. Als dat zo zou zijn, hopelijk maar heel kort. Die uitspraak komt [162] op de bladzijden 82 en 83 van het boek vier maal voor: afscheid van archief en terugkeer naar infor matievoorziening. Dit lijkt niet zozeer een omslag in opslag, maar eerder een omslag in denken: een inkeer van de verloren zoon die na een verkeerd le ven het huis van zij n vader weer terugvindt. De historie van het administreren Wat moet de Koninklijke Vereniging van Archiva rissen nu doen met zo'n uitspraak, die mij inspira tie gaf voor de titel van deze lezing: 'Van archief naar informatievoorziening. Een omslag?' De archivaris besteedt vooral aandacht aan de cultuur-historische waarde van documenten. Daarom dient vooral die informatie bewaard te blijven, die bijdraagt tot de mogelijkheid om in de toekomst het handelen van de rijksoverheid in hoofdlijnen te kunnen reconstrueren. En waaruit wordt die informatie verkregen? Sinds jaar en dag uit de administratie en daar hoort het archief ook bij. Informatievoorziening en informatieverzor ging zijn betrekkelijk nieuwe termen, waar je vroe ger nooit van hoorde. Toen noemden we dat ge woon administreren: het systematisch verzamelen, vastleggen, verwerken en verstrekken van gegevens ten behoeve van het besturen en doen functione ren van een organisatie en de verantwoording die daarover moet worden afgelegd. Tot het domein van de administratie behoren na tuurlijk niet alleen de brieven, kaarten en tekenin gen, maar ook de boekhouding: het kasboek, het voorraadboek, de financiële verantwoording. Die kunnen ook van cultuur-historische waarde zijn. En het kan voor historisch onderzoek zeer verve lend zijn wanneer dit soort zaken in de loop van de jaren verloren is gegaan. Zo bleek bij de samenstelling van het boek over 600 jaar Rekenkamergeschiedenis, waaraan de Rijksarchiefdienst alle medewerking heeft ver leend, dat er nauwelijks gegevens aanwezig waren over het functioneren van de Generaliteitsreken kamer in de tijd van de Republiek. Laten we nog wat dieper ingaan op de historie van administreren, van informatievoorziening. Ge schiedenis zal ongetwijfeld Uw belangstelling heb ben. Het is nog geen honderd jaar geleden dat bij de meeste bedrijven en overheidsinstellingen de admi nistratie volledig met de hand werd gevoerd. Dat gold zowel voor het cijferwerk als voor het schrijf werk. En de registratie gebeurde in boeken. Ik noemde al het kasboek, maar er waren ook verschil lende brievenboeken. Bij de Koninklijke Marine waren die tot kort na de Tweede Wereldoorlog nog in gebruik. Hier lag een taak voor de schrijver, een dienstvak voor schepelingen, dat anno 1992 niet meer bestaat. Een splitsing, een omslag als je het zo wilt noemen, ontstaat bij het introduceren van informatiedra gers, ook weer zo'n nieuw woord, anders dan boe ken. Men gaat kaartsystemen gebruiken, die wor den bewerkt met de hand of met een schrijfmachi ne dan wel een boekhoudmachine. Nu ontstaat ook de term gestructureerde in formatie, waarin bepaalde soorten gegevens op een bepaalde manier worden gestructureerd om daar mee een bepaalde soort informatie te kunnen construeren. Zo zijn vele jaren lang de boekhou dingen bij overheid en bedrijfsleven bijgehou den, alsmede de rekeningcourant-administraties bij banken en giro. Een voordeel van deze systemen is, dat ze direct zijn te raadplegen door de gebruiker. Dit is in min dere mate het geval met de teksten in brieven, de ongestructureerde informatie die centraal is opge slagen bij algemene secretarieën, hoewel die infor matie veelal is geordend naar gebruiker en onder werp, waardoor deze secretarieën zich voor hun klanten dienstbaar opstellen. Mijn persoonlijke er varing bij de Koninklijke Marine, zelfs bij Binnen landse Zaken en zeker bij de Rekenkamer is, dat het archief daar geen doel op zichzelf was, maar in feite fungeerde als de smeerolie om het bedrijf goed te laten lopen. Toch bleek de afstand tussen archief en gebruiker vaak te groot. Misschien dat daarom zoveel wordt gefotokopieerd en persoon lijke archiefjes worden gevormd. De overvloedige aantallen fotokopieerapparaten op de diverse mi nisteries nodigen daartoe natuurlijk wel uit. De mogelijkheid van directe raadpleging van ge structureerde informatie door de gebruiker komt op vele kantoren tot een einde wanneer in de jaren [163]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1992 | | pagina 12