Het Zuiderzee-archief Roxana Chandali 1 Hl Installatie van de Zuiderzeeraad in 1918. Stichting voor het Bevolkings onderzoek in de drooggelegde Zuiderzeepolders/Sociaal Historisch Cen trum voor Flevoland In de hoofdplaats van elke provincie is gevestigd een rijksarchiefbewaar plaats. Een hoger archiefambtenaar in de zin van artikel 9 is daarvan de beheerder. Hij draagt de titel van rijksarchivaris', aldus luidt artikel 12 tweede lid van de Archiefwet 1962. Toen deze wet van kracht werd had el ke provincie reeds lang een rijksarchiefbewaarplaats mét rijksarchivaris. In 1986 werd Nederland echter een nieuwe bestuurseenheid rijker: de provincie Flevoland, als bekroning van het Zuiderzeeprojekt, werd im mers op 1 januari 1986 een feit. Drs Roxana Chandali, werkzaam bij de Stichting voor het Bevolkings onderzoek in de drooggelegde Zuiderzeepolders/Sociaal Historisch Cen trum voor Flevoland in Lelystad, blikte met het oog op de naderende ope ning van het Rijksarchief in Flevoland terug op de geschiedenis van het Zuiderzee-archief. Vanaf 1 januari 1986 werd artikel 12 van de Ar chiefwet 1962 niet volledig nageleefd. Flevoland beschikte noch over een eigen rijksarchiefbewaar plaats noch over een eigen rijksarchivaris. Voorlo pig werd het Rijksarchief in Overijssel aangewezen als bewaarplaats van de voor het Rijksarchief in Flevoland bestemde archieven en werd de rijksar chivaris in Overijssel tevens aangesteld als rijksar chivaris in Flevoland. Voor Flevoland was dit een niet geheel bevredigende situatie. Na jaren van overleg komt nu het Rijksarchief in Flevoland, ge vestigd in de provinciehoofdstad Lelystad, in zicht. Binnenkort zal ook de jongste provincie van Nederland beschikken over een eigen rijksarchief bewaarplaats, waarvoor plaats is ingeruimd in de nieuwe vleugel van het provinciehuis. Het Zuiderzeeprojekt Flevoland en het Zuiderzeeprojekt vormen eigen lijk twee onlosmakelijk met elkaar verbonden be grippen. Lang voordat er in 1986 sprake was van een provincie Flevoland waren er al plannen om te komen tot een Zuiderzee-archief, een depot waarin alle archieven die betrekking hadden op het Zui derzeeprojekt zouden moeten berusten. Deze plannen waren ontwikkeld door mensen, die nauw betrokken waren bij het Zuiderzeeprojekt en het besef met zich meedroegen dat zij met iets bijzon ders bezig waren, iets dat later van grote historische waarde zou zijn en waarvan men de verslaglegging niet verloren mocht laten gaan. Nederland stond in de wereld bekend als een land van dijkenbouwers en landaanwinners. Het Zuiderzeeprojekt nu bete kende dat van de 570000 ha land, die na 1200 door natuurlijke oorzaken verloren waren gegaan, er 200000 (inclusief Markerwaard) konden worden teruggewonnen.' Allemaal land gewonnen door mensenhand en technisch vernuft. De eerste plannen tot afsluiting van de Zuider zee dateren al van 1667, toen Hendric Stevin het geschrift Wisconstich en filosofisch bedrijfpubWceer- de. Hij beschikte weliswaar over een vooruitziende blik, maar technisch waren zijn plannen nog vol strekt niet haalbaar. Dit werd anders in de negen tiende eeuw. Vanaf het midden van deze eeuw verschenen in snel tempo diverse plannen en ont werpen, die alle de afsluiting en inpoldering van de Zuiderzee tot onderwerp hadden. OTOll Kaart van het plan Lely uit 1891 ontwerp inpol dering en afsluiting van de Zuiderzee). Stichting voor het Bevolkingsonderzoek in de drooggeleg de Zuiderzeepolders/Sociaal Historisch Centrum voor Flevoland Het meest succesvol in de strijd om afsluiting en inpoldering was de Zuiderzeevereeniging.2 Deze vereniging, opgericht in 1886 en waarvan (voorna melijk) liberale particulieren, maar ook water schappen, provincies en gemeenten lid waren, slaagde erin om door middel van een uitgekiende propaganda en goede contacten, het juiste klimaat te scheppen op regerings- en parlementair niveau voor het aannemen van de Zuiderzeewet in 1918. Daarbij werd zij gesteund door de omstandighe den. De watersnoodramp van 1916, die grote delen van het Zuiderzeekustgebied onder water zette en aan velen het leven kostte, maakte duidelijk dat af sluiting van de Zuiderzee noodzakelijk was. De 2-3 1

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1992 | | pagina 13