Naast deze drie documentatiecentra zijn ook op het 11 s g, het ri o d, het ara en het Rijksarchief in Noord-Brabant landelijke partijarchieven ge deponeerd. Hier wordt alleen kort stilgestaan bij het 11sGvanwege het feit dat deze instelling deels ook in het Verzuilde' partijarchievenlandschap past. Het iisg is in 1935 van de grond gekomen. Bij de totstandkoming hebben sociaal-democra ten een vooraanstaande rol gespeeld.? Om die re den - en uiteraard vanwege de oriëntatie op de (in ter) nationale arbeidersbeweging - is het iisg het 'natuurlijk' onderkomen van de archieven van de linkse partijen in Nederland en kan het tot op ze kere hoogte als het socialistische equivalent van kdc en hdcnp worden beschouwd. Hoewel de meeste - na-oorlogse - partijarchie- ven pas in de loop van de jaren zeventig op de bo vengenoemde instellingen zijn ondergebracht, wordt het patroon van de verspreiding van de col lecties over de bewaarplaatsen grotendeels be paald door de oude scheidslijnen der verzuiling. Om die reden zal per archiefbewaarplaats een overzicht worden gegeven van de aldaar gedepo neerde partijarchieven, dat vervolgens in de bijla ge nog eens schematisch - met de partij als uit gangspunt - zal worden weergegeven. Voordat hiertoe wordt overgegaan, zullen eerst beknopt de gevolgen van de Tweede Wereldoorlog op de par tijarchieven worden beschreven. Itoeede Wereldoorlog In het algemeen hebben weinig vooroorlogse par tijarchieven de jaren 1940-1945 overleefd. Van de liberale partijen is vrijwel niets meer over uit de periode van vóór de Duitse bezetting; zowel de ar chieven van de Liberale Unie en de Liberale Staatspartij 'de Vrijheidsbond' (lsp) als van de Vrijzinnig-Democratische Bond (vdb) zijn in de Tweede Wereldoorlog verloren gegaan.10 Slechts van het archief van de Bond van Vrije Liberalen (bvl) lijkt een behoorlijk gedeelte te zijn bewaard gebleven. Het archief van de Unie was eerder al - na de totstandkoming van de lsp in 1921, waarin de Unie opging - enige tijd verdwenen. Het ar chief van de lsp - met daarin naar mag worden aangenomen de stukken van de Unie die aan het begin van de jaren dertig waren teruggevonden - werd na het verbod van deze partij op 5 juli 1941 door de Duitse bezetters in beslag genomen. 'Waarschijnlijk is alles naar Duitsland overge bracht en daar door bombardementen verloren gegaan', aldus A. W. Abspoel, voormalig secretaris van de lsp-afdeling Amsterdam.11 Een klein deel van het ls p-archief dat de oorlog heeft overleefd - voornamelijk stukken betreffende het partijsecre tariaat en het hoofdbestuur - bevindt zich in de ar chieven van de Volkspartij voor Vrijheid en De mocratie (vvd) die zijn gedeponeerd op het ara en het dnpp. Ook het grootste gedeelte van de vooroorlogse archieven van de confessionele partijen bestaat niet meer. Van het archief van de Roomsch-Ka- tholieke Staatspartij (rksp) is amper meer wat over; verpakt in acht kisten werd het in beslag ge nomen door de Duitsers, waarna verder elk spoor ontbreekt.12 Bij de gedwongen liquidatie van de partij in juli 1941 werd echter een aantal stukken betreffende het partij- en dagelijks bestuur en de Tweede Kamerfractie (de 'Katholieke Kamer club') achtergehouden, die nu het hoofdbestand deel van het archief uitmaken. De Antirevolutio naire Partij (arp) was eenzelfde lot beschoren. Ook hier is het overgrote deel van het archief verdwenen, behoudens notulen van het Centraal Comité van antirevolutionaire kiesverenigingen (1878-1940; 0,4 m) en de Tweede Kamerfractie (de 'antirevolutionaire Tweede Kamerclub'; 0,3 m). In tegenstelling tot rksp en arp, waarvan ondanks alles een aantal van de belangrijkste documenten gespaard is gebleven, hebben bij de Christelijk- Historische Unie (chu) uitsluitend gedrukte stukken en documentatie de oorlog doorstaan. Paradoxaal genoeg is als enige archief van de grote vooroorlogse partijen dat van de Sociaal-De mocratische Arbeiderspartij (sdap) bewaard. In 1939 was het centrale archief van de sdap reeds op het iisg gedeponeerd. In verband met de toene mende oorlogsdreiging begon het Instituut delen van zijn internationale collectie over te brengen naar Engeland. De SDAP-leiding echter wenste niet dat haar archivalia over de grens werden gebracht. Na de Duitse inval vielen zij dan ook in handen van de bezetter, die ze samen met andere verzamelingen van het iisg in 1944 naar [246] Polen overbracht. Nadat het SDAP-archief in een zoutmijn was opgeslagen, dook het uiteindelijk in Krakau op. In 1956 werd het - gehavend - door de Poolse autoriteiten weer aan het iisg overgedra gen: met name wat betreft de periode 1914-1918 waren er hiaten ontstaan. Ook de periode na 1933 vertoont veel leemten, doordat in mei 1940 het partijsecretariaat vele stukken uit die jaren zelf had vernietigd.d Het archief van de Nationaal-Socialistische Be weging (nsb) is ook gehavend uit de Tweede We reldoorlog te voorschijn gekomen. Was bij de an dere partijen de Duitse bezetter hiervoor (soms indirect) verantwoordelijk, de archivalia van de nsb werden voor een deel door de partij vernie tigd na de Geallieerde landing in Normandië en de daarop volgende opmars. 'Rond Dolle Dins dag, in september 1944, zijn tijdens de toen heer sende verwarring veel nationaal-socialistische be scheiden verloren gegaan', aldus de archivaris van het RIOD.'4 Ook bij de bevrijding gingen waarde volle documenten in vlammen op, vaak doordat de bevolking n s B-panden in brand stak. Vrij ongeschonden bleek het archief van de fas cistische partij van Arnold Meijer, Zwart Front en Nationaal Front (1934-1941), de oorlogsjaren te hebben overleefd. Toen deze partij door de Duit sers in 1941 werd verboden, werd het archief veilig heidshalve opgeborgen, eerst in een kluis, daarna in de grond en nadien in de woning van Arnold Meijer. Na de dood van Meijer in 1965 kwam het archief in handen van mr J. Th. Stakenburg, die het in 1970 in eigendom overdroeg aan het Rijks archief in Noord-Brabant. Archiefbewaarplaatsen Op het kdc zijn de archieven gedeponeerd van de landelijke politieke partijen van katholieke signa tuur of oorsprong. Naast het hierboven vermelde archief van de rksp - geen partijarchief in de ei genlijke zin des woords, maar meer een achteraf samengesteld geheel - is op het kdc ook het ar chief van haar opvolger de Katholieke Volkspartij (kvp) aanwezig. Dit bijna 100 meter grote archief bestaat uit zeven onderscheiden archieven, waar van dat van het Partijbureau (66,9 m) en de Twee de Kamerfractie (19,3 m) de belangrijkste zijn.1' Min of meer als Fremdkörper is op het kdc ook het archief van de Politieke Partij Radicalen (ppr) gedeponeerd. Als linkse afsplitsing van de kvp in 1968 geraakte de ppr geleidelijk aan in het gezelschap van de psp en cpn. In 1990 ging zij met deze partijen en de Evangelische Volkspartij (evp) op in Groen Links. Binnenkort zal het ge hele archief van de ppr zijn overgedragen aan het KDC. De archieven van de arp en de daarmee ver wante instellingen worden - gescheiden - beheerd door het hdcnp. Naast de archieven van Cen traal Comité (58,0 m) en Kamerfractie (1,4 m) be staat deze collectie onder andere uit het archief van de jongerenorganisatie arj os (45,0 m) en van de Dr A. Kuyperstichting, het wetenschappelijk bureau van de antirevolutionairen (50,0 m). Ver der zijn de archieven van meer dan dertig lokale kiesverenigingen op het hdcnp raadpleegbaar.16 Landelijke archieven van de sociaal-democrati sche partijen zijn zonder uitzondering op het iisg ondergebracht. In de eerste plaats geldt dat voor de sdap. Van dit archief maken tevens de notulen van de Tweede Kamerfractie deel uit. De stukken van de vrouwen- en jongerenorganisaties zijn daarentegen weer opgenomen in zelfstandige ar chieven. Ook archivalia van vele afdelingen en fe deraties van de sdap zijn hier gedeponeerd.1? De naoorlogse opvolger van de sdap, de Partij van de Arbeid (pvda), heeft haar archief eveneens op het iisg gedeponeerd. Van dit partijarchief maken de Tweede Kamerfractie, de jongeren- en vrouwen organisaties en de Wiardi Beckmanstichting (het wetenschappelijk bureau van de pvda) geen deel uit; de vaak omvangrijke archieven van deze in stellingen zijn zelfstandig gedeponeerd.18 In het eveneens op het 11 s G aanwezige archief van de Pa cifistisch Socialistische Partij (psp) maken deze neveninstellingen daarentegen wèl weer - herken baar - deel uit van de gehele collectie.1? Het archief van de psp loopt tot 1981. Na de fusie van de psp met cpn, ppr en evp in Groen Links is het res terende deel inmiddels ook aan het iisg overge dragen. Tot slot verdient het archief van de Revo lutionair-Socialistische Partij (rsp), vanaf 1935 omgedoopt tot Revolutionair-Socialistische Ar beiderspartij (rsap) vermelding.10 [2.47]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1991 | | pagina 38