De opleiding tot archiefambtenaar in de praktijk Ervaringen van stagiaires G.M. Baldéen E.A.T.M. Schreuder In 1987 publiceerde een drietal jonge archivarissen in het Nederlands Ar chievenblad het artikel 'De praktijkopleiding tot middelbaar en hoger ar chiefambtenaar'. Het drietal, Gruythuyzen, Kramer en Pennings, schreef de bijdrage uit onvrede met de gangbare praktijkopleiding van aspirant archivarissen. De in het artikel ontvouwde opzet van een mogelijk stage programma werd in 1989 /90 met de schrijfsters van dit artikel als stagiai res voor het eerst volledig in praktijk gebracht. Als bijdrage aan de discussie over de organisatie en inhoud van de prak tijkopleiding zetten G.M. Baldé en E.A.T.M. Schreuder hun ervaringen op papier, nog voor zij, geïncorporeerd in de organisatie, zeden en ge woonten van hun (toekomstige) werkgevers, de opleiding als een afgedane zaak beschouwen. In de discussies over de opleiding tot archiefambtenaar wordt buiten school of stageverband de stem van de student weinig ge hoord. Het stageprogramma Dit artikel is vooral geschreven vanuit de positie van archiefambtenaar-in-opleiding, voor geen van beiden onze eerste (beroeps)opleiding. Daar naast hebben wij gedurende onze opleiding in contacten met mede-studenten en collega's enig vergelijkingsmateriaal verkregen, dat wij hier en daar in ons artikel hebben verwerkt. Dit artikel beoogt inzicht te geven in de door ons verrichte werkzaamheden en de wijze waarop wij deze in het kader van de opleiding hebben ervaren en waarderen. We sluiten het artikel af met met een toetsing van onze ervaringen aan conclusies en aanbevelingen van Gruythuyzen, Kramer en Pen nings. In het studiejaar 1989/90 hebben wij stage gelo pen bij de Tweede Afdeling van het Algemeen Rijksarchief. De Tweede Afdeling heeft voor de begeleiding van stagiairs een stageprogramma op gesteld. Dit stageprogramma is een nadere uit werking van het artikel van Gruythuyzen, Kramer en Pennings. Het programma is niet vast om schreven, maar bedoeld als leidraad. Het voorziet in de mogelijkheid ervaring op te doen met alle werkzaamheden die binnen een archiefdienst kunnen voorkomen. De aan de inventarisatie te besteden tijd wordt afhankelijk gesteld van de hoeveelheid tijd benodigd voor aktiviteiten als ac quisitie, inspectie en dienstverlening. Het pro gramma is er op gericht de stagiaire zelfstandig, planmatig en gestructureerd te laten werken. Dat geeft de aspirant de gelegenheid vraagstukken zelfstandig te analyseren en op te lossen. In het programma staan de volgende doelen centraal: toepassing van archivistische kennis, alsmede het [238] ontwikkelen van een visie ten aanzien van beheer, toegankelijk maken en ter beschikking stellen van archieven. Aan het eind van het programma moet een verslag van alle aktiviteiten die de stagiaires hebben ondernomen, worden opgesteld. Dit ver slag dient dan als examenwerkstuk. De resultaten van diverse aktiviteiten kunnen als bijlagen bij het verslag worden gevoegd. De introductieperiode Het stagejaar ving aan met een algemene introduc tiecursus, verzorgd door Rob Kramer en Michel Gruythuyzen, onze stagementoren. In de cursus kwamen onder meer aan de orde: kennismaking met de dienst begrippen instituties en archiefvormers begrippen structuur- en bestemmingsbeginsel ordeningsstelsels gebruik van toegangen op archieven inventariseren van archieven als onderdeel van het beheer van archieven opstellen van een archiefbewerkingsplan archiefonderzoek, literatuur en andere bronnen informatie over het door ons te bewerken stage archief planning van werkzaamheden. De introductiecursus nam zes dagdelen in beslag, waarbij gebruik gemaakt werd van een concept syllabus en werkvormen. De introductiecursus bood ons beiden - hoewel ieder met een totaal ver schillende achtergrond - voldoende basiskennis om zelfstandig aan het werk te gaan met het op stellen van een archiefbewerkingsplan, als voorbe reiding op de daadwerkelijke inventarisatie van het stage-archief. Een dergelijke introductiecursus heeft een aan tal voordelen: in betrekkelijk korte tijd raken sta giaires vertrouwd met archivistische begrippen, de cursus heeft een nivellerende werking op het instapniveau en leert de stagiaires in een vroeg sta dium zelfstandig te werken. Bewerking van het stage-archief Het inventariseren vond plaats in de vorm van een stageprojekt. Het projekt werd gepresenteerd als een geheel van aktiviteiten, welke individueel en in samenwerking met elkaar diende te worden on dernomen. Het gewenste eindprodukt van het projekt waren twee inventarissen die deel zouden uitmaken van de examenwerkstukken. De Twee de Afdeling heeft voor dit projekt een verzameling van archieven van crisisinstellingen in verband met de wereldoorlog 1914-1918 geselecteerd. Deze archieven boden de gelegenheid ervaring op te doen met het oplossen van diverse vraagstukken die bij het ontsluiten van (overheids)archieven een rol kunnen spelen. Ieder van ons kreeg een deel van de archieven toegewezen. Uitgangspunt was dat de stagiaires tot een afgeronde inventari satie konden komen. Het was geen eis dat alle ar chieven in de inventaris zouden worden opgeno men. In het projekt was een aantal fasen te onder scheiden. De inventarisatie werd beschouwd als een te structureren aktiviteit. Daarvoor moest vooraf worden vastgelegd wat het gewenste eind produkt zou zijn, op welke wijze dat tot stand moest komen en hoeveel tijd daar aan moest wor den besteed. De eerste fase bestond uit het doen van vooron derzoek naar de archiefvormende instellingen, da ta van oprichting en opheffing, bevoegdheden en taken, alsmede naar de staat van de aangetroffen archieven, dat wil zeggen oude orde, schoning, toegankelijkheid en geschiedenis van de archieven tot de overbrenging naar het Algemeen Rijksar chief. De tweede fase was het opstellen van een ar chiefbewerkingsplan op basis van de in de onder zoeksfase verzamelde gegevens. In het plan werd aan de hand van deze gegevens een plan van aan pak voor de inventarisatie opgesteld, met werk- volgorde en tijdsplanning. De derde fase betrof het uitvoering geven aan het archiefbewerkings plan. Het opstellen van een archiefbewerkingsplan is oorspronkelijk geïntroduceerd als instrument voor de planning van werkzaamheden bij de sectie Acquisitie en Inventarisatie van de Tweede Afde ling van het Algemeen Rijksarchief. Zoals het plan in het stageprogramma werd gehanteerd bleek het [239]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1991 | | pagina 34