het werken met image-informatie. Het ordenen
van papieren valt bij zo'n werkwijze bijvoorbeeld
weg. Het selectieprobleem lijkt bovendien een
stuk minder gecompliceerd bij de wetenschap
dat bij de huidige stand van de techniek zo n
i.ooo.ooo papieren op een beeldplaat in een nor
male attachékoffer geborgen kunnen worden. De
demonstratie van het systeem dat men bij Philips
in samenwerking met het Gemeentearchief van
Dordrecht heeft ontwikkeld, kreeg een aandach
tig publiek. Het betrof hier een combinatie van
een scanner, een vindsysteem (databank) en een
beheerssysteem (optische schijf), waardoor aller
lei documenten zowel snel in te voeren en te vin
den waren als op het scherm te voorschijn te ha
len. Het aantal toepassingen van het systeem is
ongetwijfeld legio. In ieder geval veel groter dan
het aantal archieven dat over voldoende financiële
middelen beschikt om zoiets aan te schaffen.
Dr ir C. Koenen
De volgende twee voordrachten van sprekers
werkzaam bij de Koninklijke ptt Nederland vie
len na de gestroomlijnde Philips-presentie niet
mee. IrJ.T.A. Neessen hield een bar ingewikkeld
verhaal over moderne en toekomstige manieren
van communiceren. De vraag welke gevolgen dit
alles kon hebben voor het vak van de archivaris,
kon hij niet beantwoorden.
Ir], T.A. Neessen
...IrG. Roelofsen
[68]
Dagvoorzitter dr F. C.J. Ketelaar toonde zich van
zijn strenge kant, door voor de koffie ook ir G.
Roelofsen van de ptt nog aan het woord te laten
over de beveiliging van elektronische dokumen-
ten. Diens verhaal over cryptografie (geheim
schrijverij) zal een zaal wiskundigen ongetwijfeld
geboeid hebben, aan menig vermoeid archivaris is
het grotendeels voorbij gegaan.
De laatste gaste was dr Angelika Menne-Haritz,
docente aan de archiefschool in Marburg. Zij zet
te nog eens op een rijtje welke gevolgen voor het
archiefvak de recente ontwikkelingen in de admi
nistraties hebben. Wat volgde was een griindlich
betoog over een veranderend beroepsbeeld en ver
anderende werkwijzen. De archiefwetenschap ver
andert: van beschrijving naar analyse. Hiermee sa
men gaat een herwaardering van het herkomstbe-
ginsel. De taak van de archivaris is die stukken te
herkennen en te selecteren die prozesgenerierte
(primaire) informatie bevatten. De belangrijkste
archiefstukken zijn die stukken die voor de eigen
organisatie zijn geschreven, niet voor de buiten
wereld. De drie kenwoorden zijn: context, vorm
en funktie, niet zozeer inhoud. Hiermee verschil
den de ideeën van mevrouw Menne niet wezenlijk
van die van de Nederlandse archivarissen, zoals
die bijvoorbeeld door Bordewijk waren bespro
ken. Het belang van institutionele kennis wordt
door niemand meer ontkend.
Het was geen toeval dat verschillende inspec
teurs na afloop nog enkele vragen stelden. Zo
wees drs A.J.M. den Teuling op de financiële ge
volgen van de noodzaak elektronische documen
ten permanent te moeten converteren.
De voorzitter van het organisatiecomité, mr P.
Brood, sloot het congres af. Hij stond even stil bij
de functie van een dergelijke bijeenkomst. Is het
ook niet even afstand nemen van alledag en weer
even relativeren, vroeg hij zich af. Brood noemde
het reünie-element bij een dergelijke manifestatie
altijd van groot belang. Hij achtte dit zeker ge
slaagd. Een terechte conclusie.
Dr Angelika Menne-Haritz
Summary
Anniversary of a Royal Organisation
Report on the congress 100 Years of Choosing for
Tomorrow
On the occasion of the centenary of the Society
of Archivists (van) a national congress was held
in Groningen, 24-26 April 1991, called 100 Years of
Choosing for Tomorrow. In his opening speech
H.J. L.VonhofF, chairman of the committee of
recommendation, stressed the importance of the
Society's activities and, in his capacity of Royal
Commissioner for the province of Groningen,
announced that her Majesty Queen Beatrix had
bestowed the Society with a royal title. Apart from
social activities and excursions, a number of lectu
res were given.
[69]