Archieven in de Europese gemeenschap Frankrijk WilmaWols ...De doorgang naar het tweede depot van het Gemeentearchief van Toulou se, die tevens dienst doet als werkruimte en fietsenstalling Het Franse archiefwezen is voor Nederlanders niet onbekend. Vooral de Archives Nationales in Parijs zijn door menig historicus en ook door vele Nederlandse archivarissen bezocht. De Franse gemeentearchieven zijn wat minder bekend. Wilma Wols ging in 1984 geschiedenis studeren aan de universiteit van Aix-en-Provence en rondde die studie af aan de uni versiteit van Toulouse in 1988. Voor het onderzoek ten behoeve van haar doctoraalscriptie maakte zij gebruik van de oud-rechterlijke archieven van Albi en zo kwam zij in aanraking met het archiefwezen. Na haar af studeren volgde zij een opleiding documentaliste, waarna zij een tijdelij ke betrekking kreeg bij de Services d'archives departementales du Tarn te Albi. Sinds september 1989 is zij in vaste dienst bij de gemeentelijke ar chiefdienst van Toulouse - een stad van zo'n 368.000 inwoners. Over de ze gemeentelijke archiefdienst gaat haar bijdrage in onze serie Archieven in de Europese gemeenschap'. Gemeentearchieven in Frankrijk Wettelijk kader Het wettelijk kader voor gemeentearchieven is de archiefwet van 1979, die zowel op archieven van de overheid als op particu liere archieven betrekking heeft. Deze wet defini eert het archiefstuk als zodanig en de compe tenties van de verschillende overheden. Daarnaast wordt de communicabilité, de openbaarheid, vast gesteld waarbij het uitgangspunt een wet van 17 juli 1978 was. Bepaalde documenten, zoals raadsverslagen, bouwvergunningen en dergelijke, zijn direct toegankelijk voor het publiek. Nor maal gesproken blijven administratieve docu menten dertig jaar ontoegankelijk, behalve als er sprake is van staatsgeheimen of privé-gegevens van particulieren (dan is de termijn 60 tot 150 jaar, vanaf de datum van het document of vanaf de ge boortedatum van de persoon in kwestie). In de praktijk blijkt de wet niet altijd even duidelijk als het er om gaat te beslissen of een document nu di rect toegankelijk is of dat er de dertig-jaar-termijn voor geldt. Gemeentelijke archiefdiensten vallen onder de directe financiële en administratieve verantwoor delijkheid van het gemeentebestuur; de burge meester is zelfs persoonlijk verantwoordelijk voor de staat van de archieven. Maar als men in aan merking neemt dat Frankrijk 36.000 gemeenten telt (dus even zoveel gekozen burgemeesters - en een archiefdienst is zelden een verkiezingsitem -), dan zal snel duidelijk zijn dat er enorme verschil len bestaan in dit land. Als men de officiële statistieken van de Direc tion des Archives de France (d.a.f., een directie van het Ministerie van Cultuur) bekijkt, zijn de gemeentearchieven te verdelen in verschillende groepen: ten eerste de archiefdiensten van ge meenten met meer dan 80.000 inwoners. Hierbij worden ook de steden gerekend die minder inwo ners hebben, maar wel een rijk verleden en (dus) een belangrijk oud-archief. De tweede groep wordt gevormd door steden van 20.000 tot 80.000 inwoners en de derde door steden en dor pen met minder dan 20.000 inwoners. De gemeenten uit de eerste groep zijn verplicht een archiefdienst te hebben onder leiding van een archivaris-paleograaf (iemand met het diploma van de Ecole des Chartes). Steden van meer dan 30.000 inwoners worden ook geacht over een ar chiefdienst te beschikken, maar kunnen die com bineren met een documentatiecentrum. De chef ervan hoeft geen chartiste te zijn. Sinds de wet van 21 december 1970 zijn de stadjes en dorpen van minder dan 20.000 inwoners in principe ver plicht al hun archieven die ouder zijn dan hon derd jaar aan de departementale archiefdienst over te dragen. Dit gebeurt echter lang niet in alle ge vallen, daar de departementale depots er vaak noch de ruimte noch het personeel voor hebben. De conservateur-archivaris van het departemen tale depot oefent trouwens controle uit op alle ge meenten van zijn district en kan eventueel, in ge val van notoire verwaarlozing, de archieven van een gemeente ambtshalve in beslag nemen. De meeste problemen leven bij de kleinere ge meenten, daar het aanstellen van gespecialiseerde krachten niet verplicht is. Men ziet dan ook regel matig de bibliothecaris (gemeentebibliotheken worden zwaar gesubsidieerd) zich over het ge meentelijk archief ontfermen, al dan niet na een stageperiode bij het departementale archief. In meer en meer departementen wordt nu een 'inter gemeentelijke' voorziening getroffen onder de di recte verantwoordelijkheid van de departementa le archiefdienst. Eén archiefmedewerker, betaald door verschillende gemeenten, verdeelt zijn tijd tussen de gemeenten. Meestal is zo'n regeling be doeld om de achterstanden in te halen en de ar chiefdiensten te organiseren. Opleiding Naast de welbekende Ecole des Chartes bestaat er sinds enkele jaren een opleiding van universitair niveau voor archiefmedewerkers. In Lyon en Mulhouse kan men een licence1 in ar- chivistiek en documentatie behalen. Alleen Mul house geeft de mogelijkheid om door te gaan voor maitrise en d.e.s.s. Het bezit van de licence en de maitrise maken het mogelijk om in kleinere ar chiefdiensten hoofdfuncties, en bij grotere dien sten categorie A-functies2 in te nemen. (Hier moet ik de Franse voorkeur voor de concours even aan stippen: drie belangrijke functies (twee in catego rie A en een in b) bij de departementale depots zijn alleen op deze wijze bereikbaar.3 De toelatingsei sen voor deze concours zijn simpel: maitrisee.n li- [163]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1991 | | pagina 52