Nieuwe eisen voor het beroep van archivaris In samenhang met en aansluitend op het derde in ternationale symposium over archiefopleidingen onder auspiciën van de Committee on professional training and education van de International Coun cil on Archives (ica), organiseerde de van op 13 sep tember 1990 een colloquium onder de titel 'New de mands on the archival profession and their conse quences for archival training'. De voorzitter van de Committee on professional training and education (cPT-sectie van de ica), E.G. Franz, maakte als eerste spreker direct duide lijk dat vakontwikkeling en opleiding hand in hand gaan en dat internationale samenwerking daarvoor een vereiste is. In 1979 is al een technische commis sie voor opleidingen opgericht die zich gesteld ziet voor verschillende uitdagingen, zoals nieuwe op slagmethoden, de steeds groeiende massa's papier en het groeiende aantal bezoekers. Een belangrijk mo ment was twee jaar geleden in Parijs, toen een akkoord werd gesloten waarbij de afspraak werd gemaakt om tot een hechtere samenwerking te ko men tussen de opleidingsinstituten in de hele we reld. Het voorstel is om de commissie om te zetten in een sectie voor opleidingen. Inmiddels hebben reeds 65 landen en instellingen zich voor deze sectie aangemeld. Fransz behandelde drie velden waarin nieuwe ontwikkelingen zich manifesteren. Allereerst het aantal nieuwe archiefopleidingen, niet alleen in Eu ropa maar ook in de Verenigde Staten, Kenia, Noord-Afrika en Zuid-Amerika. Het streven zal ge richt moeten worden op een vergelijking van de di verse opleidingen. Daarnaast lijken de traditionele opleidingen langzaam af te brokkelen en zich aan te passen aan de nieuwe ontwikkelingen. Een proces dat natuurlijk heden ten dage in Oost-Europa ge schiedt, maar ook in Frankrijk, Duitsland, Italië en vele andere landen. Als laatste terrein van ontwikke ling zag Franz de totstandkoming van werkboeken en handleidingen. Opvallend is dat het merendeel van de relevante boeken uit de jaren tachtig stamt. De sectie acht deze ontwikkeling een zeer belangrij ke, die gevolgd zou moeten worden door een verge lijking van de diverse handboeken. Een dergelijk vergelijkend onderzoek zou wellicht kunnen leiden tot een internationaal handboek, hetgeen de sectie tot één van haar voornaamste aandachtspunten heeft verheven. Ontwikkeling en standaardisering Dr F. Keverling Buisman, voorzitter van de Vereni ging van Archivarissen in Nederland, benadrukte vooral het van belang te achten meer te weten over de behoeften in 'het veld' en over welke kennis en vaardigheden een afgestudeerde van de Rijksarchief- school volgens ervaren archivarissen moet beschik ken voor een baan in het archiefwezen. Daarom richtte het bestuur van de van een commissie 'oplei dingen en selectie' op, die de opdracht kreeg om de toekomstige ontwikkelingen, de veranderende be hoeften van de archiefdiensten en de gevolgen hier van voor de opleiding te bestuderen. De nadruk in Groot-Brittannië ligt momenteel op de ontwikkeling van gediplomeerde archivaris sen, aldus mevrouw E. Dambury, verbonden aan de Universiteit van Liverpool. Aanvullende archiefop leidingen als een cursus financiële documenten voorzien in een behoefte. Het is volgens haar essen tieel dat na het doorlopen van de basisopleiding aan permanente educatie wordt gedaan. Veranderingen in het systeem worden bewerkstelligd door rappor ten van de Universiteit en de Engelse van en door evaluaties van de docenten zelf. Aan de opleiding zijn behalve vakinhoudelijke docenten ook perso- neelsmanagers verbonden. De Britten hebben ook de weg naar het continent gevonden. Het Europese [56] Sociale Fonds (een onderdeel van de eg), betaalt voor de opleiding van studenten in technische aan gelegenheden, zoals nieuwe opslagmethoden etc. Voorts is de zogenaamde 'Erasmus-uitwisseling' voor één week a drie maanden van studenten van opleidingen in Lissabon en Liverpool een groot suc ces geweest. In de jaren 1988-1990 zijn bij dit project twaalf studenten betrokken geweest. Ook uit Engeland afkomstig is The manual of ar chival description, kortweg 'mad' genoemd. Het doel van 'mad' is het bereiken van standaardisering in het beschrijven van archieven, aldus Michael Cook, verbonden aan de Universiteit van Liverpool. De ica heeft een werkgroep ingesteld die najaar 1990 in Koblenz de mogelijkheden en het nut van internationale standaardisering op het gebied van het beschrijven heeft bekeken. Anders dan de mees te Engelse standaardnormen is 'mad' niet gebaseerd op bibliotheekstandaardisatie, maar op de archivis- tische praktijk. Standaardisatie is onder andere noodzakelijk om de geautomatiseerde gegevensuit wisseling mogelijk te maken. De experimentele in voer van beschrijvingen volgens 'mad' in het door de Amerikaanse vakbroeders ontwikkelde 'marc'- format (electronische beschrijvingen) lukt redelijk. Cook pleit er overigens voor om in EEG-verband een eigen format te ontwikkelen, omdat anders het ge vaar dreigt dat Europa door de Verenigde Staten overspoeld wordt. Een dergelijk proces is alleen in collectief verband haalbaar en daarom is Europese samenwerking en overleg gewenst, mad zal van be gin af aan in de opleiding moeten worden gebruikt. Vernieuwing van opleidingen Ook aan de Russische archivarissen worden nieuwe eisen gesteld, maar daarvoor is de nieuwe politieke situatie verantwoordelijk. E. Starostin, hoogleraar aan het Historisch-archivistisch Staatsinstituut te Moskou, belichtte de situatie in de Sovjetunie. In het Sovjetarchiefwezen staan grote veranderingen voor de deur. Men is bezig met het opzetten van nieuwe opleidingen, maar het is nog niet duidelijk wie er gaat doceren en waar het geld vandaan moet komen. Starostin verwacht veel van de automatise ring. Hij spreekt van een revolutie in de archiefwe tenschap en vergelijkt de huidige ontwikkelingen op het vakgebied met die ten tijde van de Franse re volutie. Ook de perestrojka heeft zijn sporen in het archiefwezen al nagelaten. Een aantal verouderde leerboeken is uit de roulatie genomen. Starostin ziet de ontwikkelingen die zich de komende decennia zullen voltrekken als een grote uitdaging. E. Starostin Ook in Frankrijk zal 1991 een belangrijke verande ring in de opleiding voor archivarissen met zich meebrengen met het doel zich aan te passen aan de eisen van de tijd. De befaamde stage technique zal worden omgebouwd, meldde B. Delmas, werkzaam bij de Ecole des chartes in Parijs. Een nieuw curricu lum is reeds ontwikkeld, bestaande uit twee jaar voorbereiding op het eindexamen, drie jaar l'école des chartes en tenslotte in de hoedanigheid van ambtenaar twee jaar praktijkervaring. De eerste twee opleidingen vallen onder de verantwoordelijk heid van het ministerie van Onderwijs, terwijl die van de twee praktijkjaren bij het ministerie van Cul tuur is ondergebracht. [57]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1991 | | pagina 29