Het is prettig werken in het Vaticaan: inventarissen
en catalogi zijn over het algemeen duidelijk en goed
verzorgd. Met name kerkhistorici vinden in de Vati
caanse bibliotheek alles van hun gading bij elkaar; al
leen de meest recente werken zal men hier niet snel
aantreffen. Voor het maken van foto's, fotokopieën
en microfilms brengt het Vaticaan relatief hoge prij
zen in rekening. Het Vaticaan beschikt over een ei
gen uitgeverij, die onder andere bronnenpublicaties
verzorgt.
Toegang tot een van de instellingen van het Vati
caan verkrijgt men wanneer men aan een universiteit
is afgestudeerd en men een aanbevelingsbrief van een
wetenschappelijke instelling of persoon kan tonen.
Deze regel geldt voor een groot deel van de archieven
en bibliotheken te Rome. In een land waar bij wijze
van spreken een afgestudeerde tandarts zonder pro
blemen benoemd kan worden tot directeur van een
museum, moet men hieraan echter niet te zwaar til
len. Met de juiste connecties komt men overal bin
nen. Het is alleen wél zo dat bepaalde instellingen
bepaalde bezoekers trekken. Wanneer men in het Va-
Religieuze gemeenschappen
In het kielzog van de paus vestigden zich vele geeste
lijken te Rome, zowel seculieren als regulieren. Ge
meenschappen van reguliere geestelijken beschikten
vaak over aanzienlijke archieven en bibliotheken,
waarvan sommige nu nog steeds door wetenschap
pers kunnen worden geraadpleegd. Zo bevindt zich
op een steenworp afstand van het bekende Piazza
Navona de Biblioteca Angelica, waar een groot aantal
manuscripten en incunabelen bewaard wordt die
vroeger toebehoorden aan de Augustijner orde. De
Biblioteca Casanatensebevat een nog rijkere collectie
handschriften en incunabelen. De bibliotheek is ver
noemd naar haar stichter, kardinaal Girolamo Casa-
nate van de orde der Dominicanen, die zijn wens in
vervulling zag gaan vlakbij de Dominicaner kerk
S. Maria sopra Minerva een bibliotheek voor deze
De vleugel waarin de Vaticaanse bibliotheek en het
Vaticaans archief zijn gehuisvest. Foto: J.Pennings
ticaan bijvoorbeeld niet tot de categorieën geestelij
ken of heren wetenschappers op leeftijd behoort, valt
men toch enigszins uit de toon, waardoor men zich
automatisch wat behoedzaam en zo onopvallend
mogelijk tussen de stellingen door gaat bewegen.
bedelorde te bouwen. Tenslotte is ook de oude
bibliotheek van de Oratorianen (een orde gesticht
door Philippus Neri), met een grote collectie hand
schriften en incunabelen, bewaard gebleven. Dit is
de zogenaamde Biblioteca Vallicelliana.
In 1873 besloot de Italiaanse staat tot het opheffen
van de kloosterorden in Italië. Hun bibliotheken en
archieven werden staatseigendom. Voor de Angelica,
de Casanatense en de Vallicelliana betekende dit dat
zij overgingen in staatshanden. De verzamelingen van
andere religieuze orden, zoals van de Franciskanen,
werden uit elkaar gehaald en kwamen vaak versnip
perd in het Archivio di Stato di Roma en de Biblioteca
Nazionale Centrale Vittorio Emanule terecht.
Dit alles heeft tot gevolg gehad dat men in de be
standen die de religieuze orden na deze tijd weer op
bouwden, bijna uitsluitend modern materiaal zal
aantreffen. Ofschoon bezoekers van buiten wel wor
den toegelaten tot deze archieven en bibliotheken,
zijn zij toch primair bedoeld voor de geestelijken
verbonden aan een bepaald generalaat, priestercolle
ge of universiteit. Voor mijn eigen onderzoek heb ik
vrij veel gebruik gemaakt van de zeer omvangrijke
bibliotheek van de Pontificict Universita Gregoriana,
de universiteit van de Jezuïeten. Men was hier zelfs
zo vriendelijk mij uit te nodigen voor het bijwonen
van een bezoek van de paus in de Gregoriana aan
Pedro Arrupe, de toenmalige generaal-overste van de
orde van de Jezuïeten. Een historische ontmoeting
gezien het feit dat de paus tot grote woede van de Je
zuïeten een paar maanden daarvoor zelf een zoge
naamde 'persoonlijke afgevaardigde van de heilige
vader' had benoemd als plaatsvervanger van de door
een beroerte getroffen Arrupe. Dit bezoek van paus
Johannes Paulus n aan de nog steeds gedeeltelijk
verlamde Arrupe werd gezien als een tegenmoetko-
ming van de paus aan de Jezuïeten.
Naast de archieven en bibliotheken van grote reli
gieuze gemeenschappen zijn er ook kleine religieuze
gemeenschappen die zelf hun verzamelingen behe
ren. Zo beschikt het Duitse hospitium Santa Maria
dell'Anima aan de Via della Pace nog over zijn oude
archief, dat in een deel van het oorspronkelijke gas
tenverblijf door een kloeke Beierse wordt beheerd.
Het is drie ochtenden en twee middagen per week
geopend. Het hospitium dateert uit 1386. In dat jaar
kochten Johannes Pietersz. uit Dordrecht en zijn
vrouw Catharina drie woonhuizen, waarin zij on
derdak wilden bieden aan behoeftige mannen en
vrouwen uit het Duitse Rijk. Het middelste gedeelte
werd verbouwd tot een kerk, waar onder andere de
enige Nederlandse paus, Adrianus VI (1522-1523),
begraven ligt. Tegenwoordig is de kerk in gebruik als
parochiekerk voor Duitsers die in Rome wonen.
Een andere religieuze gemeenschap met de be
schikking over een eigen, rijk archief is die van de
Benedictijnse oblaten van Tor de' Specchi, gelegen
aan de voet van het Capitool, dichtbij piazza Vene-
zia. Deze gemeenschap werd in de vijftiende eeuw
gesticht door Francesca Romana, een van de meest
populaire heiligen te Rome. Francesca's leven speel
de zich grotendeels gedurende de eerste helft van de
vijftiende eeuw af, een nogal duistere periode in de
Romeinse geschiedenis. Door toedoen van de paus
die maar niet kon besluiten definitief naar Rome te
rug te keren, en de Romeinse families Colonna en
Orsini die elkaar met grof geweld de politieke
macht betwistten, was het vrij slecht gesteld met de
stad. Door zieken en armen te helpen en gewonden
te genezen deed Francesca wat zij kon om het leed
van de Romeinen te verzachten. Hiervan getuigen
nog altijd de fresco's in het vijftiende eeuwse orato
rium van Tor de' Specchi. Deze afbeeldingen van de
wonderen en visioenen van Francesca Romana wor
den eens per jaar aan het publiek getoond. Dit ge
beurt op negen maart, de sterfdag van de heilige. Zij
zijn zeker de moeite van het bekijken waard. Min
der makkelijk is het toegang tot het archief te ver
krijgen. Sinds een Benedictijn van het moeder
klooster een aantal belangrijke documenten uit het
archief heeft meegenomen en nooit meer heeft te
rug gebracht, zijn de huidige Benedictijnse oblaten
wat wantrouwend geworden. Desondanks werd mij
ruim een maand lang toegang tot dit archief ver
leend. De notariële aktes, waarin ik voornamelijk
geïnteresseerd was, waren goed bewaard gebleven.
De Italiaanse staat
Over de Italiaanse staatsarchieven is al het een en an
der gezegd in de vorige jaargang van het Nederlands
Archievenblad (bladzijden 156-170), zodat ik hier vrij
kort kan zijn over de inhoud en de opzet van deze in
stellingen. Van de in totaal 95 staatsarchieven bevin
den zich er twee in Rome: het Archivio Centrale dello
[35]