Pionieren in onbekend gebied
M. Doornink-Hoogen
Een interview met mevrouw dra M
raad
Annelies Abelmann
Een aantal maanden geleden kreeg drs Annelies Abelmann, chartermeester bij
het Rijksarchief in Drenthe, de gelegenheid om een langgekoesterde wens te
realiseren: een gesprek met de oud-archivaris en oud-directrice van respectie
velijk het Gemeentearchief en het Stedelijk Museum van Zutphen. Mevrouw
dra M.M.Doornink-Hoogenraad, inmiddels hoog-bejaard, beschikt nog over
een helder geheugen waaruit talrijke gebeurtenissen zonder moeite naar bo
ven gehaald worden. Dat betekende een boeiend gesprek met een van de wei
nige archivarissen, die tevens belangrijke museumfuncties vervuld hebben. He
den ten dage zijn alleen de archivarissen van Venlo, Heerlen en Brielle nog
museumdirecteur.
Mevrouw Doornink in haar werkkamer, 1970.
De aanwezigheid van zeer recente publikaties, her en der door de kamer ver
spreid, verraadt een nog steeds aanwezige interesse voor de hedendaagse lite
ratuur. Een groot belangstellingsgebied blijkt de klassieke oudheid te zijn, ge
tuige diverse titels in de boekenkast die dit gebied raken. Wat betreft de moderne
schrijvers staat Frederique Bastet met zeker drie titels bovenaan, maar Hella
Haasse's meest recente pennevrucht ligt eveneens geopend op de bank.
Een andere liefhebberij, die in de boekenkast haar sporen heeft achtergela
ten, is de liefde voor de natuur. De daadwerkelijke aandacht voor de natuur
kan zij botvieren in haar huisje 'de Fitis' in de bossen rond Gorssel, waar zij
nog geregeld komt.
Ook een artistieke en kunsthistorische belangstelling komt in de inrichting,
voornamelijk in de wandversiering, naar voren. Mooie fijne tekeningen en aqua
rellen, waaronder een sepia-tekening van de zo geliefde Maria Vos, een laat-
negentiende-eeuwse Gelderse kunstenares. Deze kunstenares, 'haar ontdekking',
was het onderwerp van de tentoonstelling en van de begeleidende catalogus
waarmee mevrouw Doornink in 1973 afscheid nam als directrice van het Ste
delijk Museum. In datzelfde jaar nam zij eveneens afscheid als gemeentear
chivaris. Ter gelegenheid van datzelfde afscheid overigens werd haar door de
Gelderse archivarissen een tentoonstelling aangeboden met de titel 'Curiosa
uit Gelderse archieven' in het Stedelijk Museum.
De Museumkamer
Het mooie statige huis aan de Rozenhoflaan met het hoge portaal en de steile
trap met een donkerrode loper bekleed, biedt een ideaal onderkomen voor de
nog altijd 'museaal' ingestelde bewoonster. In het benedenhuis, sinds enkele
jaren onbewoond, heeft mevrouw Doornink een smaakvolle 'museumkamer'
ingericht, zoals zij het zelf noemt. Mensen die echt belangstelling tonen, krij
gen een kleine rondleiding waarbij de aandacht gevestigd wordt op enkele be
zienswaardige voorwerpen en details. De 'museumkamer' bestaat uit een woon
vertrek en direkt aanpalend een keuken geheel in de stijl van rond 1900.
Naastaan zijn een televisie-toestel en een muziek-installatie opgesteld, want
deze wil zij liever niet in haar eigenlijke woonvertrekken op de eerste verdie
ping hebben staan. De temperatuur in de kamer doet vermoeden dat mevrouw
Doornink haar tijd niet al te veel vult met tv kijken en platen draaien.
De eigenlijke woonkamers van mevrouw Doornink op de eerste verdieping
zijn gezellig en comfortabel ingericht. Een kolenkachel, waarvoor nog op gu
re en winterse dagen kolen gehaald moeten worden, verspreidt een prettige
warmte.
Het extraverte museumvak en het introverte archiefvak
Het archiefwerk heeft zij dertig, het museumwerk achttien jaar lang met veel
affectie uitgevoerd. Al naar gelang de prioriteiten was zij, zo zegt zij: 'de ene
keer meer museum-, de andere keer meer archiefvrouw.' Beide instellingen flo-