■HMMSi Reliekhouder met de arm van St. Thomas (einde 14e eeuw), die zich heden nog bevindt in de schatkamer van de Sint-Servaaskerk te Maastricht. Gravure uit: F. Bock, M. Willemsen, Antiqui- tés sacrées conservées dans les anciennes collé giales de S. Servais et de Notre-Dame a Maas tricht (Maastricht 1873), p. 209. voor het (verloren gegane) origineel van de ordinarius stellen wij dus voor het laatste decennium van de veertiende eeuw. Deze ordinarius is daarmee één van de oudste bronnen voor liturgisch-historisch onderzoek met betrekking tot de Sint-Servaaskerk van Maastricht.44 Het afschrift is ruim twee eeuwen later, tussen 1602 en 1618, vervaardigd door Henricus Lenssens, notaris te Maastricht, in zijn functie van secretaris van het kapittel van Sint-Servaas. 240 Naschrift: de arm van Sint Thomas Een van de pronkstukken van de schatkamer van de Sint-Servaas van Maas tricht is een reliekhouder, genaamd de 'Arm van Sint Thomas', een zogenaamde 'sprekende reliekhouder', uitgevoerd in de vorm van een arm. Het stuk bevat namelijk een gedeelte van de rechterarm van de H. Thomas, waarmee deze de doorstoken zijde van Christus na diens verrijzenis had aangeraakt. Deze re liek was indertijd door Godfried van Bouillon aan het Sint-Servaaskapittel ge schonken, zo meenden de Maastrichtse kanunniken.45 Van deze zilveren Thomas-arm, die het oudst bekende Maastrichtse zilverkeur draagt, was tot nu toe bekend dat hij in ieder geval dateerde van vóór 1451.46 De Thomas- arm wordt ook vermeld in de hierboven besproken ordinarius, maar met een uiterst waardevol detail dat nieuw licht werpt op zijn datering (folio 23 verso). Bij de processie van Sacramentsdag moest de diaken de arm van Sint Thomas dragen, namelijk monstranciam novam maiorem iam noviterfactam (de nieuwe grotere reliekhouder die onlangs gemaakt is). De nieuwe arm van Sint Tho mas is dus vervaardigd kort vóór het op schrift stellen van de originele ordina rius, en aangezien we hopen aannemelijk gemaakt te hebben dat deze uit het laatste decennium van de veertiende eeuw dateert, mogen we met grote waar schijnlijkheid de arm van Sint Thomas dateren kort vóór 1390. Dat er in de relatief korte periode van zestig jaar, die ligt tussen beide genoemde jaartal len, een tweede Thomas-arm zou zijn gemaakt, lijkt erg onwaarschijnlijk. Het moet wel om één en hetzelfde stuk gaan. Noten Alcuinus, Carmina, ed. e.dummler, mgh Poe- tae latini aevi Carolini, deel i (Berlijn 1881), 320. 1 ral, archief broederschap Sint-Servaas, inv.nr. 56. Door de inventarisator van het archief ge dateerd in de vijftiende eeuw. Renate Kroos heeft echter aangetoond dat deze ordinarius uit het begin van de veertiende eeuw stamt. Zie: renate kroos, 'Jocundus und die Servatius- Liturgie', in: De Maasgouw 93 (1974), 181-198; renate kroos, Der Schrein des Heiligen Serva- tius, und die vier zugehörigen Reliquiare in Brüssel (München 1985), 327. Een publicatie van deze ordinarius, door br. pr. S. Tagage, is in voorbereiding. 2 e.nuyens, Inventaris van de archieven van het kapittel van Sint Servaas te Maastricht (Maas tricht, ral, typeschrift). 3 e.m.th. w.nuyens, Inventaris der archieven van het kapittel van Sint-Servaas te Maastricht (Maastricht 1984, Inventarissenreeks Rijks archief in Limburg 31). 4 p. c. boeren, Heiligdomsvaart Maastricht. Schets van de geschiedenis der heiligdomsvaar ten en andere jubelvaarten (Maastricht 1962), 222. Behalve het ordinarius-gedeelte is het oudste gedateerde gegeven uit het handschrift inderdaad van 1598 (folio 44 verso) en het jongste van 1618 (folio 53). 5 A.M.KOLDEWEIJ, P.M.L. VAN VLIJMEN (red.), Schatkamers uit het Zuiden (Utrecht 1985), 184-185. 6 a.j.j.mekking, 'Het 'Vera Icon' uit de Sint Servaaskerk te Maastricht teruggevonden. De omzwervingen van een paneel', in: Van der Nyersen upwaert, een bundel opstellen over Limburgse geschiedenis aangeboden aan drs. M. K. J. Smeets bij zijn afscheid als Rijks archivaris in Limburg (Maastricht 1982, Wer ken uitgegeven door Limburgs Geschied- en Oudheidkundig Genootschap 7), 108 noot 67. 7 ral, archief kapittel Sint-Servaas, inv. nr. 1767 (Apotheca), 413. 8 ral, archief kapittel Sint-Servaas, inv. nr. 1766 (Apotheca), 431-432. 9 ral, Frans Archief, inv. nr. 2238 folio 90. 10 p.c. boeren, 'Nalezing op de Maastrichtse charters in Parijs, in: pshal 100 (1964), 71-84. 11 Over deze cultuurbarbarij, zie met name: ral, Frans Archief, inv. nr. 2456. Enige literatuur: a. j. flamentCatalogus der Stadsbibliotheek te Maastricht (Maastricht 1888-1889), i, (79)- (91); e. persoons, 'Franse bronnen over de Limburgse bibliotheken', in: Het Oude Land van Loon17 (1962), 12; j.p.l.spekkens, 'L'Ecole Centrale du département de la Meuse- 241

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1988 | | pagina 27