Brand is kennelijk een minder imaginair risico dan veelal wordt gedacht. De
omvang van de schades is niet aangegeven.
Nog opvallender is dat de mens, slijtage door gebruik, de grootste bedreiger
is. Is het te eenvoudig om te concluderen dat met een aantal management-
maatregelen de schade aanzienlijk moet kunnen worden teruggedrongen?
Tabel 7 Samenwerking met.
TOT
EUR
AFR
AZI
ZMA
PAC
NA
410
Bibliotheken
50
42
46
68
45
55
82
Archieven
45
44
32
58
41
45
53
Musea
28
21
30
59
28
35
38
Andere wetensch. instellingen
36
44
10
33
21
16
38
Buitenlandse instellingen
21
18
28
29
28
16
24
'International bodies'
20
16
26
39
21
15
22
Tabel 8 Genomen maatregelen
TOT
EUR
AFR
AZI
ZMA
PAC
NA
410
Kranten, waarvan
microverfilming
32
21
36
68
36
47
56
herbinden
55
45
82
81
43
68
62
versteviging
25
18
44
47
25
16
24
Zeer grote fonnaten
microverfilming - zwart wit
23
26
12
37
17
45
11
microverfilming - kleur
5
6
4
10
0
10
4
Uit de antwoorden blijkt dat kranten voornamelijk door bibliotheken worden
beheerd. Opvallend is de verhoudingsgewijs belangrijke rol die microverfil
ming in Azië en de Pacific speelt. Een omgekeerde, negatieve, conclusie voor
Europa lijkt voor de hand te liggen.
Tabel 9 Voorgenomen maatregelen ter verbetering van...
TOT
EUR
AFR
AZI
ZMA
PAC
NA
410
Bewaarcondities
65
65
63
74
59
52
71
Conservering
58
59
51
74
52
57
51
Verpakking
75
78
76
81
76
57
64
Substitutie
60
57
55
77
59
71
67
Opleiding personeel
46
37
57
60
62
57
53
80
Voorgenomen maatregelen hebben veel gemeen met lege briefjes. Het zou de
moeite waard zijn over tien jaar te meten in hoeverre deze maatregelen zijn
gerealiseerd.
2-3 Verslag van het congres
Van meet af aan was duidelijk dat er onderscheid gemaakt moet worden tus
sen factoren die wel door archivarissen en bibliothecarissen beïnvloedbaar zijn,
en factoren die dat niet zijn. Vervolgens moet onderscheid gemaakt worden
tussen factoren die op korte en die op lange termijn beïnvloedbaar zijn.
Factoren die op korte termijn beïnvloedbaar zijn werpen dikwijls snel resul
taat af. Voor deze catagorie kan worden gedacht aan instructies voor perso
neel en bezoekers, het starten van een bewustmakingsproces van politiek en
publiek (bezoekers) en substitutie van informatie en informatiedragers.
Opleiding van personeel en de introductie van verplichte standaarden voor
informatiedragers en hun bewaring worden gerekend tot de factoren die op
lange termijn beïnvloedbaar zijn.
Daarnaast zijn er ook door ons niet beïnvloedbare factoren, zoals de geolo
gische, biologische en klimatologische omstandigheden. Hun nadelige effec
ten kunnen in een groot aantal gevallen echter belangrijk worden geneutraliseerd.
Uitvoerig werd gepleit voor het behoud van realiteitszin waar het de intro
ductie van verplichte standaarden voor papier in andere informatiedragers van
'archiefkwaliteit' betreft. Bij bewaarpercentages zoals die gelden voor Israël
(7%), het Verenigd Koninkrijk (2%) en de Verenigde Staten (1%) is het con
traproductief, wanneer voor alle overheidsdocumenten wordt geëist dat zij op
dragers van 'archiefkwaliteit' worden geproduceerd.
Gewaarschuwd werd voor de neiging van vele managers een discrepantie te
laten ontstaan tussen de bedragen die beschikbaar worden gesteld voor de ont
wikkeling van nieuwe technieken en de verbetering van bestaande technieken.
De verdere ontwikkeling van bestaande technieken wordt te vaak veronacht
zaamd. Hier en daar lijkt de toekomst zoveel sterker te roepen dan het heden,
dat er zelfs sprake is van verwaarlozing van de normale bedrijfsvoering.
In zijn als secretaris gegeven samenvatting van een van de zittingen merkte
Ketelaar op, dat archivarissen een voorsprong hebben op de bibliothecaris
sen: doordat wij, in tegenstelling tot de bibliothecarissen, selectie en vernieti
ging als middel voor management hanteren, zullen wij - zelfs bij ongewijzigd be
leid - verhoudingsgewijs beter in staat zijn de problemen het hoofd te bieden.
Ook vóór deze Table Ronde was al duidelijk dat voor alle factoren de voor
waarde van voldoende kennis en geld geldt. De conclusie dat zowel internatio
naal als nationaal, bij een gezamenlijk optrekken door archieven, bibliothe
ken en musea, zowel in de beleidsontwikkeling, als bij onderzoek parallellen
kunnen worden getrokken, lag voor de hand; evenals de conclusie dat daar
mee kostenbesparingen en kwaliteitsverbeteringen kunnen worden bereikt. Dui
delijk werd dat een permanente educatie, ook op dit terrein, voor geen der be
trokken personeelsniveaus een luxe is.
Voor het eerst bekroop mij aan het einde van een Table Ronde een gevoel
van onzekerheid: een groot deel van de nodige wijzigingen zal moeten voort-
81