Bespreking van inventarissen
Vereniging van Archivarissen. Een eerste oplage van 500 exemplaren was snel
uitverkocht en een tweede druk is inmiddels verschenen. Praktisch en theore
tisch was vorm gegeven aan de samenwerking tussen registratuur en archief.
Rust zou de arbeidzame man wellicht kunnen behouden voor zijn gezin en zijn
vrienden. Op eigen verzoek werd hij met ingang van 1 september 1985 onder
dankbetuiging voor de langdurig bewezen diensten eervol ontslagen uit 's rijks
dienst.
Van Meerendonk bleef directeur van de Morrenstichting. In 1959 was hij de
oude E. A. Kuipers in die functie opgevolgd. De portefeuille aandelen en obli
gaties had hij in samenwerking met regenten gesaneerd en gevitaliseerd. Een
grondige verbetering van de zorgwekkende positie van de stichting volgde eerst
na het besluit van regenten, in 1969 genomen, om het bijna negentig jaar oude
pand Celebesstraat 76 te verkopen, waar eertijds Morren had gewoond en dat
de volgende vijftig jaar gediend had tot 'Tehuis' voor vele, Den Haag bezoe
kende archivarissen. Het pand vroeg om kostbaar herstel en het personeel had
recht op een betere positie. Van Meerendonk wist voor de huismeester en diens
echtgenote nieuw emplooi te vinden op een landgoed. De verkoop werd snel
afgewikkeld. Het herstel en het onderbrengen van het roerend bezit van het
'Tehuis', voor zover dat voor bewaring in aanmerking kwam, vergde veel van
zijn tijd. Ook moest het resterende onroerend bezit grondig worden opgeknapt.
Hij had het er druk mee. Het verbeterde beheer maakte het vervolgens moge
lijk om aanzienlijke financiële steun te geven aan archivistische activiteiten,
vooral aan die, welke uitgingen van de Vereniging van Archivarissen. Ook
maakten meer collega's dan weleer gebruik van de faciliteiten, om gratis in
Den Haag of op de Pauwhof in Wassenaar te logeren. Bij dit alles ontbrak
de zorgvuldigheid niet. Bij stijgende rente wees de directeur het college van
regenten met nadruk op de schaduwzijden van de inflatie, bij dalende rente
op de problemen, die teruglopende opbrengsten bij groeiende activiteiten mee
brengen. De stichting, die in 1959 op weg was naar de ondergang, toont in
1987 een solide structuur en vele mogelijkheden.
Rond het midden van de eeuw streden ambtsvoorgangers als Graswinckel, Pan-
huysen, Van Hoboken, Van der Gouw en Bloemen voor een actualisering van
het archiefwezen. De Archiefwet 1962 is een resultaat van die inzet. Van Mee
rendonk, die vanuit zijn functie allerlei contacten had met het ara, voelde zich
betrokken bij de strijd. Tussen 1952 en 1985 werkte hij ijverig en plichtsge
trouw mee aan de vernieuwing van het archiefwezen.
A.E.M. Ribberink
376
Redaktioneel
Met regelmaat publiceren de Nederlandse archiefdiensten inventarissen van en
andere toegangen op de door hen beheerde archieven en collecties. Bespreking
hiervan, in de zin van kritische toetsing op vaktechnische aspekten, is niet al
leen onmogelijk, maar ook weinig zinvol. De meeste inventarissen getuigen van
een eenvoudige toepassing van door ieder aanvaarde archivistische regels. Niet
temin zijn vele aldus ontsloten archieven inhoudelijk interessant en is het de
moeite waard op de een of andere wijze melding te maken van het verschijnen
van de inventaris.
De redaktie van het Nederlands Archievenblad wil hierin trachten te voorzien
door onder de rubriek 'Bespreking van inventarissen' een onderdeel 'Recent
verschenen' op te nemen. Als model staat de redaktie de kroniek van de Bij
dragen en mededelingen betreffende de geschiedenis der Nederlanden voor ogen.
De opzet is vooral te wijzen op de waarde van het ontsloten archief.
Aan deze nieuwe rubriek werken vijf 'correspondenten' mee:
drs. A. Pietersma, voor Groningen, Friesland en Drenthe
drs. P. W. J. den Otter, voor Overijssel en Gelderland
mw drs. S. Maarschalkerweerd, voor Utrecht, Noord- en Zuid-Holland
drs. H. Th. M. Roosenboom, voor Zeeland, Noord-Brabant en Limburg
drs. H. H. Jongbloed, voor de centrale regeringsarchieven.
Recent verschenen
J. J. hoogstins, Inventaris van de archieven van de Rijks Hogere Burgerschool
te Groningen 1864-1968 (1970). Groningen, 1986. Publikaties van het Rijks
archief in Groningen 1.
Thorbecke's wet op het middelbaar onderwijs van 1863 leidde al een jaar later
in Groningen tot de oprichting van de eerste rhbs in ons land. De universiteit
bleef voorlopig voor de hogere burgerscholieren gesloten, maar deze eerste po
ging om het gat tussen lager en gymnasiaal en universitair onderwijs op te vul
len bleek zeer succesvol. Tal van latere prominenten hebben hier lesgegeven (bij
voorbeeld aardrijkskundeleraar P. R. Bos, bekend van de Bos-atlas) of school
gegaan (bijvoorbeeld Wubbo Ockels, de eerste Nederlandse ruimtevaarder).
De hbs wist het als schooltype uit te houden tot de invoering van de Mammoet
wet in 1968. De inventarisator heeft dit jaar ook als einddatum van zijn inven
taris aangehouden. Het archief gunt ons een kijkje in honderd jaar schoolle-
377