Stadhuis van Chester, waar in de kelders de City Record Office gevestigd is ruimtes door een gerechtszaal. Tijdens de zittingen in de morgenuren is het natuurlijk niet toegestaan daar doorheen te lopen. Dat depot is dan alleen te bereiken door via studiezaal en buitendeur over straat te gaan naar de volgen de buitendeur, bij slecht weer met een regenjas aan en de archiefstukken in een plastic zak. Meestal komt men langs grote politie-auto's, om dan, eenmaal weer binnen, een paar middeleeuws aandoende cellen te passeren, die nog als wachtkamer voor gevangenen worden gebruikt, alvorens de archiefmedewer ker de sleutel in het slot van de depotdeur kan steken. Aan een nieuw gerechts gebouw schijnt gewerkt te worden. Ondanks deze behuizing beheert men in de Chester City Record Office vele archieven. Men heeft de archieven van het stadsbestuur en de rechterlijke macht vanaf de twaalfde eeuw met als oudste charter een stuk van koning Henry n uit circa 1175 en verder onder andere archieven van de plaatselijke gasthui zen, de lijkschouwer en de gevangenis, bevolkingsregisters en archieven be treffende het wegen-, kanalen- en spoorwegnet. Particuliere archieven die be heerd worden zijn onder andere die van de gilden, Chester College en de Chester Council of Social Welfare en van niet-anglicaanse protestantse kerken. De stu diezaal is op werkdagen overdag geopend en éénmaal per week 's avonds. De bibliotheek van het archief bevat ruim 2000 boeken. Tevens wordt de biblio theek beheerd van de Chester Archaelogical Society; deze bestaat uit ongeveer 7000 boeken, pamfletten, kaarten en prenten. Behalve Miss Kennett zijn nog twee archiefambtenaren, Mr. Simon Harrison en Miss Louise Rose werkzaam in de City Record Office, samen met een be heerder van het moderne, semi-statische archief en een administratieve hulp kracht. Deze laatste twee fungeren ook als depot-personeel. Er is geen restau rateur in dienst, wel een boekbinder. Miss Kennett is ook hoofd van de Chester Heritage Centre, gevestigd in een voormalig kerkgebouw. In deze expositieruimte worden kleine tentoonstellin gen gehouden; in één gedeelte betreffende de historische gebouwen van Chester, in het andere betreffende de lokale geschiedenis. Deze laatstgenoemde exposi ties worden samengesteld door de medewerkers van het archief en Miss Eileen M. Willshaw, die de Heritage Centre beheert. Zij is deels in dienst bij het ar chief, deels bij die afdeling van de gemeente, die voorziet in het onderhoud van de historische gebouwen. Zowel de City Record Office als de Heritage Cen tre hebben ook een edukatieve taak. Miss Rose en Miss Willshaw hebben in die zin regelmatig contact met scholen en andere opleidingen. Naast andere publikaties hebben Miss Kennett en haar medewerkers twee uitgaven verzorgd betreffende de geschiedenis van Chester in aansluiting op tentoonstellingen in de Heritage Centre: Loyal Chester (de stad stond aan de kant van koning Charles I (1625-1649) tijdens de Burgeroorlog) en Tudor Chester (de geschiedenis van de stad tijdens de regeringen van de vorsten uit het Huis Tudor (1485-1603). Aan Victorian Chester 19e eeuw) wordt momenteel gewerkt. De mensen van de Chester City Record Office werken ook nauw sa men met de historici, die zijn aangesteld om onder leiding van Dr Brian Harris de geschiedenis van de county Cheshire te schrijven. Al dit werk wordt met een aanstekelijk enthousiasme gedaan en ik ben blij, als dank voor de aan mij bestede tijd en energie, een bescheiden bijdrage te hebben kunnen leveren door het maken van een plaatsingslijst van een collec tie kranten en tijdschriften betreffende de Britse koninklijke familie. Een nadeel voor de archiefmedewerkers in Chester is dat zij ressorteren onder degene, wiens functie men kan vergelij ken met die van een wethouder van finan ciën; zo iemand heeft vaak weinig oog voor het belang van goed archiefbeheer. Verder heeft Miss Kennet ook nog het beheer over het zilver van de stad: the Regalia. Dat klinkt heel indrukwekkend, maar betekent ééns per jaar, voor dat het officiële diner van het stadsbestuur wordt gehouden, met alle archief medewerkers zilver poetsen. Miss Kennett was zo vriendelijk geweest afspraken voor mij te maken op twee County Record Offices en met de adjunct-directrice van de archiefoplei ding in Liverpool, Miss Elizabeth Danbury. In Groot-Grittannië kan men op vier plaatsen opgeleid worden tot archivaris: in Engeland in Londen en Liver pool en in Wales in Bangor en Aberystwyth. Ik denk dat het niveau vergelijk baar is met dat van hoger archiefambtenaar in Nederland. Men moet ook uni versitair gestudeerd hebben om aan de opleiding te kunnen beginnen. De officiële benaming is: Master's degree in archive-administrationhet duurt een jaar en wordt post-graduate genoemd. Kennis van het Latijn en Latijnse pale ografie is in feite onmisbaar: veel documenten werden tot 1733 in het Latijn opgesteld. Verder krijgen dezelfde vakken aandacht als bij ons, met dit ver schil: de opleiding vindt in zijn geheel plaats op de universiteit. De student heeft geen stage-plaats. Uiteraard houdt men vanuit het instituut wel nauwe contac- 325 324

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1987 | | pagina 34