Limburg? Er van uitgaande dat zelfontdekking slechts mogelijk is in contrast
met de buitenwereld, is het oordeel van buren belangrijk. Enzovoorts... Het
zal duidelijk zijn dat het vat krijgen op deze veelheid van vragen, halve vragen
en kwart antwoorden niet gemakkelijk is en dat getracht moet worden het on
derzoeksveld nader te definiëren.
Ad 2 Een goede tactiek om een dergelijke complexe materie te ordenen is
een visueel-schematische benadering. Hieronder volgt een voorbeeld. Heel dui
delijk zij erop gewezen dat dit niet dé concrete inhoudelijke benadering is van
het thema, maar het is een mogelijkheid, die laat zien hoe men een onder
zoeksprobleem kan segmenteren en onderzoeksrijp maken.
De onderverdeling van 'bevolking' onder 2 kan op verschillende wijzen ge
schieden, naar sociale laag, elite-midden-basis, maar ook geografisch of cultu
reel, creatief-gestandaardiseerd-nietschrijvende groepen. Een volgende opmer
king: naar rechtsbeneden wordt het schema vager. Ten eerste is het onderzoeks-
object diffuser, ten tweede nemen de bruikbare uitingen, naar gelang men lager
komt op de maatschappelijke ladder, af. De bovenlaag van de bevolking is
in staat tot individuele schriftelijke uitingen over een eigen beeldwereld. Een
trapje daaronder, in de ambtenarij, worden de uitingen al veel meer bepaald
door formulieren of formulierachtig taalgebruik. Grote groepen tenslotte schrij
ven in het geheel niet. Er bestaan slechts schriftelijke uitingen over hen. Dat
betekent dat de afstand tussen bron en interpretatie steeds groter wordt.
Ad 3 Men kan in deze fase twee ingangen of benaderingen kiezen, de
thematisch-heuristische of de archiefsystematische. Bij de eerste benadering
zal men trachten stereotype elementen te definiëren, te achterhalen in beschik
bare teksten, bronnen, volgens onderstaand schema.
Onder vorm, structuur wordt gekeken naar de verschijningsvorm van het for
mulier, de presentatie. Is er een Limburgs model van briefhoofd dat afwijkt
van het in de rest van Nederland gangbare? Een ander exempel: wanneer en
waar wordt de in kranten gebruikte taal Nederlands in plaats van Frans of Duits?
En deze vraag niet alleen te beantwoorden in de formele titel en/of ondertitel,
maar eveneens, wanneer verschijnen en met welke frequentie Nederlandstali
ge advertenties in Le Journal du Limbourgl
Een andere categorie vraagstellingen heeft betrekking op de instellingen en
de bemanning ervan. Het betreft zowel wereldlijke als kerkelijke instellingen:
de overgang van Roermond van apostolisch vicariaat naar bisdom; op het we
reldlijke vlak het ontstaan van sociëteiten, Momus in Maastricht bijvoorbeeld,
maar ook in andere plaatsen. Dan de 'pasfoto's'. Wie waren lid van de sociëtei
ten, wie waren rijksambtenaren in Limburg? Bleven zij na voltooiing van een
taak in Limburg of keerden ze terug naar waar ze vandaan kwamen? Wie wa
ren de priesters, de pastoors, waar kwamen ze vandaan en waar bleven ze?
In dit domein van vragen zal gedegen sociaal historisch onderzoek, prosopo-
grafie, de noodzakelijk basis moeten vormen voor diepergaande vragen.
Is de eerste trap van de speurtocht naar Limburgs-Nederlandse mentaliteit
nog zeer concreet te betreden met rechtstreeks aanwijsbaar bronnenmateriaal,
moeilijker wordt het bij het onderzoek naar gedragingen. De differentiatie naar
subgroep, de subtiliteiten, de dubbele bodems, de misinterpretaties zijn reeds
veel tastbaarder en het bronnenmateriaal waaiert uit. Is het waar dat deuren
in Limburgse huizen breder zijn dan in de rest van Nederland omdat Limbur
gers nu eenmaal uitbundiger zijn? Kan men een Limburgse gedragswereld op
het spoor komen, die nolens volens Nederlands wordt?
Toch kan men ook in dit chapiter nog veel concreet onderzoek doen. Hoe was
241
Analyse van het onderzoeksveld
Sociaal veld Cultureel veld
Leefwereld (levensstijl/ Beeldwereld (Voorstellin-
gedrag) door welke ge- gen/normen/waarden)
dragsvormen identificeert wanneer acht men zichzelf
men zich als Limburger/ of een ander een
Nederlander? goede/echte Limburger/
Nederlander
Relatie tot Relatie tot
Limburg Nederland Limburg Nederland
1
Bestuurslaag (burgerlijk,
kerkelijk enz.)
2
Bevolking (normgroepen)
te onderscheiden (eventueel
met verdere verfijning) in
lagen:
a
hoog
b
midden
c
laag
3
de 'anderen' (die door als
afwijkend gezien gedrag de
grenzen van de norm aan
geven)
Elk van de vakken vormt een deelthema waar meer concrete, op zowel het sociaal als het
cultureel veld toegesneden bronnen bij kunnen worden gezocht. Verdere verfijning zal
vaak noodzakelijk zijn maar men dient er dan wel voor te zorgen dat de opdeling van het
veld een interne samenhang blijft vertonen.
240
1
2
3
vormen
structuren
gedragingen
voorstellingen
normen
waarden