Archives Nationales de France, samengesteld door Martine Dalas-Garrigues.
Het project bestaat uit 24 schitterende dia's, waarbij het boekje een uitvoerige
toelichting geeft met interessante informatie, niet alleen van sigillografische
aard. Schitterend zijn een vijftal zegels van Brugse gilden uit 1407.
De Belgische catalogus van zegels, zegelafbeeldingen en -replica's onder de ti
tel Sigillographie, samengesteld door René Laurent, bevat 440 catalogusnum
mers, waarvan een groot aantal in talrijke subnummers zijn onderverdeeld.
Op deze wijze bedraagt het aantal gecatalogiseerde zegels bijna duizend. Het
doel van de catalogus is met behulp van originele documenten, replica's en
foto's de ontwikkeling van de verschillende typen zegels te tonen, vooral in
de Zuidelijke Nederlanden en in België van de negende tot de twintigste eeuw.
Van sommige typen zegels kan men in België zelfs een compleet beeld geven,
zoals van de zegels van de Franse koningen vanaf Karei de Grote tot en met
Lodewijk xvi (88 zegels tussen 774 en 1790) of de 55 zegels der gilden te Brugge
in de veertiende en vijftiende eeuw. In het Algemeen Rijksarchief te Brussel
bezit men thans 37.154 replica's van zegels. Nog minstens 100.000 zegels zijn
in originali aanwezig. De belangrijkste daarvan staan in deze catalogus.
Eerst worden een aantal zegels beschreven aan de hand van het materiaal -
lood, goud of was. Vervolgens worden dubbele zegels en contra-zegels behan
deld, waarbij contra-zegels kleinere afmetingen hebben dan het eigenlijke ze
gel. Dubbele zegels komen vooral bij Engelse koningen voor, waarbij de voor
kant bijvoorbeeld een majesteitszegel en de achterkant een even groot
ridderzegel is. Vervolgens wordt de wijze van bevestiging gedocumenteerd, de
vorm en afmeting van het zegel en de diverse zegeltypen. Tenslotte wordt aan
dacht besteed aan zegelstempels. Een zeventigtal illustraties verluchtigt het boek.
De kwaliteit van de afbeeldingen is helaas niet altijd optimaal, die van de cata
logus is echter indrukwekkend.
De zegels, foto's en stempels zijn tentoongesteld in het Centre d'études pra
tiques pour les sciences auxiliaires de l'histoire, Minimenstraat 21 te Brussel,
toegankelijk voor groepen na afspraak en voor afzonderlijke bezoekers op
woensdagmiddag van 2 tot 5 uur.
Het laatste te bespreken boek is het fraaist uitgevoerd. Het verscheen ter gele
genheid van een tentoonstelling over sigillografie in het museo Correr te Ve
netië. De opening van de tentoonstelling viel samen met de laatste werkzitting
van het internationale zegelcomité van 3 tot 6 juli 1985 in Venetië. Op de dag
van de opening was de catalogus helaas nog niet van de persen gerold, maar
voor de deelnemers van de vergaderingen werd een exemplaar nagestuurd. He
laas heb ik dus niet tegelijk van tentoonstelling en catalogus kennis kunnen
nemen.
Toen op 22 november 1405 de afgezant van de stad Padua in Venetië kwam
om de souvereiniteit over de stad Padua aan te bieden aan de doge van Vene
tië, deed hij dat door het zilveren zegelstempel van Padua in de handen van
de doge te leggen. Met dit verhaal over het belang van stedelijke zegels in de
middeleeuwen opent het voorwoord door de staatsarchivaris van Venetië, Maris
Francesca Tiepolo.
De inleidingen van de verschillende secties in de catalogus zijn telkens zeer
168
kort; de beschrijvingen van de 246 catalogusnummers volgen na elke bijdrage
en van elk onderwerp zijn één of meer foto's afgebeeld.
Sezione I door Stefania Ricci behandelt 'modi e perché di un rito', over het
hoe en waarom van het zegelen. Haar eerste citaat stamt uit de bijbel, Genesis
38 18. Schitterende voorbeelden van opgedrukte sluitzegels (1358), van (ver
guld) bronzen zegeldozen met scharnierend deksel (circa 1475), een Venetiaans
rechtboek met een zilveren bul van de doge (1706), het majesteitszegel van ko
ning Hendrik vin van Engeland (1523, een dubbelzegel) aan een brief aan de
doge, met in die brief een versierde initiaal H, waarin het majesteitszegel her
kenbaar is getekend.
Sezione li door Giustiniana Migliardi O'Riordan Colasanti gaat over de sym
bolen op zegels van souvereine autoriteiten. Niet alleen zegels van koningen
en keizers passeren de revue, ook van de doge en van leiders van andere Itali
aanse stadstaten en van de Franse republiek (1794).
Sezione m door Alessandra Schiavon behandelt stadszegels en zegels van ste
delijke instellingen, waaronder universiteiten en colleges van notarissen.
Maurizio Rosada behandelt in Sezione iv de bullen en zegels van Venetië van
af circa 1130 tot de opheffing van de Venetiaanse republiek in 1797. De dogen
zegelden net als de pausen met een loden (of gouden) bul. Op de rectozijde
waren dan niet ss. Petrus en Paulus afgebeeld, maar s Marcus die met zijn
rechterhand een staf aan de betreffende doge geeft, wiens naam op de verso
zijde stond.
Francesca Cavazzana Romanelli schrijft in Sezione v over 'II settimo sigillo',
over figuren en symbolen op kerkelijke zegels. Net als Koorn in Verzegeld ver
leden begint zij met pauselijke bullen en gaat via bisschoppelijke zegels (onder
andere van de patriarch van Venetië, waarop een schip met elf apostelen is
afgebeeld, terwijl Petrus door Christus op de kant wordt geholpen Matthaeus
14 31) naar zegels van pastoors en klooster in Venetië.
Hierbij sluit Sezione vi door monsignore Aldo Martini over de zegels van het
Archivio Segreto Vaticano aan. Uitvoerig gaat hij in op de bezegeling door
de pausen met depinzaper bollatura, de zegeltang. Verder behandelt hij con
servering, restauratie en de vervaardiging van replica's. In het catalogusdeel
volgt dan een beschrijving van de gouden bullen uit het Vaticaans archief, waar
de oudst bewaarde gouden bul afkomstig is van keizer Frederik I Barbarossa
(1164) en het jongste zegel in rode was, gezet in een gouden doos, een traditie
die ook de Franse republiek kende (twee voorbeelden uit 1797 en 1801).
De laatste Sezione (vu) bevat een verhandeling over antieke traktaten en boe
ken betreffende sigillografie door Gigliola Bianchini Bosticco. Deze uiterst goed
verzorgde catalogus bevat acht pagina's afbeeldingen in kleur. Hoe fraai de
catalogus ook is, in mijn herinnering was de tentoonstelling veel indrukwek
kender.
Vele collega's zullen het vorig jaar de indrukwekkende tentoonstelling Orna-
menta ecclesiae in de Kunsthalle in Keulen bezocht hebben. De dag dat ik er
was trof ik althans verschillende archivarissen uit Nederland. Een klein maar
imposant onderdeel van de tentoonstelling vormden de romaanse zegels uit
de metropool. Het was niet voor het eerst dat de zegelkunst van één stijlperio
de in Keulen getoond werd. Ook al in 1978 bij Die Parler und die schone Stil,
1350-1400 was dat het geval.
169