De lotgevallen van het familiearchief
Van Keverberg
J. H. Hanssen
Noten
De jaarrede werd uitgesproken in de ledenver
gadering op 28 maart 1985 in Schouwburg
Orpheus te Apeldoorn.
1 nab 84 (1980) 521.
2 nab 78 (1974) 182.
3 Zie hierna blz. 206.
4 c.braibant, Le 'grenier de l'histoire et l'arse-
nal de I'administrationIntroduction aux cours
des Stages d'Archives de l'Hótel de Rohan
(Paris 1957), 25.
124
Op 9 januari 1903 overleed op het kasteel Aldenghoor te Haelen Karei George
Clemens Joseph baron van Keverberg als laatste mannelijke telg van zijn
geslacht. Hij was geboren te Brussel op 11 oktober 1823 als oudste kind van
Karei Lodewijk Willem Joseph baron van Keverberg (1768 1841) en de
voormalige Engelse danseres Mary Lodge (1794- 1879). In tegenstelling tot
zijn vader, die onder andere lid was van de Ridderschap van het Pruisisch
Overkwartier (1790 - 1794), maire te Haelen (1800), lid van de 'Conseil Géné-
ral' van het departement van de Nedermaas (1800— 1804), onderprefect van
het arrondissement Kleef in het departement van de Roer (1804- 1811), pre
fect van het departement van de Boven-Eems te Osnabrück (1811-1813),
gouverneur van de provincies Antwerpen (1815- 1817) en Oost-Vlaanderen
(1817-1819) en lid van de Raad van State 1819 - 1841bekleede Karei van
Keverberg tijdens zijn leven practisch geen openbare functies. Bij testament
had hij als zijn universele erfgenaam een verre neef aangewezen: Frans Hugo
Maria baron von Weichs zu Rosberg, burgemeester van Sechtem bij Bonn.
Gepasseerd werden zijn zuster Elfrida van Keverberg (1832- 1910), die in
een inrichting zou overlijden, en verder nog zijn nicht Mathilde van Kever
berg (1858 - 1921), dochter van zijn broer Frits (1825 1876), die als religi
euze bij de Congregatie van het Heilig Hart was ingetreden. In zijn testament
had Karei de wens uitgesproken dat zijn erfgenaam het kasteel Aldenghoor
cum annexis in één hand verenigd zou houden, zonder dit echter als bindende
voorwaarde te stellen. Deze wens is niet in vervulling gegaan: al zijn goederen
werden kort na zijn dood openbaar verkocht. Het kasteel kwam in bezit van
Zusters Ursulinnen.1 Wat was er echter gebeurd met het archief van de fami
lie van Keverberg?
Rentmeester Slanghen en zijn weduwe
Dat er überhaupt archief moest zijn geweest was bekend door de publikaties
van Egidius Slanghen. Deze verwees meermaals in zijn notenapparaat naar
'Archief Aldenghoor'.2 Slanghen kon over deze bron beschikken doordat hij
in de jaren 1843 - 1853 rentmeester was geweest op het kasteel. Later, in 1857,
werd hij burgemeester in zijn geboorteplaats Hoensbroek.3 Hij was, als kind
van zijn tijd, een verwoed verzamelaar van archivalia, handtekeningen, mun-
125
