Iets uitvoeriger werd ingegaan op een onderzoek naar de sociale achtergron
den van de patriotten in Helmond. Een van de conclusies was dat kwantitatie
ve gegevens zeer spaarzaam te vinden zijn. Zodoende is uit dit archief de eco
nomische geschiedenis moeilijk naar boven te halen. Ondanks beperkingen,
onder andere bestaande in de onvolledigheid van het archief, zou er toch veel
onverwacht materiaal aanwezig zijn.
De laatste voordracht, die hij zelf liever een causerie noemde, werd gehou
den door prof. mr. J. Th. de Smidt. De enigszins mysterieuze titel Van een oud
naar een nieuw project werd door spreker snel verduidelijkt. Hij legde verbin
dingen tussen het 'Grote Raad-project', waarvan hij de algemene leiding
heeft, en het nieuwe project dat nog aan zijn begin staat: de bewerking van het
archief van de Raad van Brabant. Ook bij de bestudering van deze hoge
rechtscolleges is er sprake van een 'tweefasenstructuur'. De archieven moeten
eerst toegankelijk gemaakt worden. Daarbij ligt het accent bij de archief
diensten. Pas daarna kan er sprake zijn van wetenschappelijke bewerking,
waarbij het accent ligt bij de universiteiten.
Spreker gaf vervolgens een uiteenzetting inzake de toegankelijkheid van de
vele archieven van hoge gerechtshoven en bepleitte nogmaals het samenstellen
van een gids voor deze rechterlijke archieven. Heel concreet gaf hij suggesties
voor belangrijke vraagstellingen betreffende de Raad van Brabant, zoals wel
ke nadere toegangen nog mogelijk zijn en welke algemene en speciale vragen
gesteld en beantwoord moeten worden om voldoende inzicht te krijgen in wer
king en functioneren van de Raad. Tenslotte sprak hij de hoop uit dat het col
loquium de start zal zijn voor een meerjarenprogram voor de bewerking van
het archief van de Raad van Brabant.
Prof. mr. O. Moorman van Kappen moest tenslotte meedelen dat er helaas
slechts twintig minuten beschikbaar waren voor een discussie. Dat neemt niet
weg dat er onder zijn leiding toch een goed gesprek tot stand kwam.
Na een uitvoerig dankwoord van prof. Moorman van Kappen werd het col
loquium gesloten door mr. Ribberink. Tenslotte dankte prof. Coopmans de
subsidie-gevers, de inleiders en vooral de twee mensen die het meeste werk
voor het colloquium hadden gedaan, de heren Vriens en Sanders. Na een ge
zellige lunch in de kantine van het Provinciehuis ging ieder weer zijn weegs.
Een volledige teksten van de gehouden voordrachten, nog aangevuld met
Enige beschouwingen over de competentie in strafzaken in eerste aanleg van
de Raad van Brabant in 's-Gravenhage door mr. W. M. Lindemann zullen
binnenkort worden gepubliceerd in het tweede Noordbrabants Historisch
Jaarboek.
J. M. F. IJsseling
De cursus 1984-1985 van de rijksarchiefschool
Aan de cursus 1984-1985 nemen zes adspirant hogere en 42 adspirant middel
bare archiefambtenaren deel. Tevens volgen twee leerlingen uit de Antillen de
cursus.
De groep hogeren bestaat uit vijf historici en een neerlandicus. De gemid-
426
delde leeftijd is 31 jaar. Zij ontvangen les op maandag. De adspirant hogere
archiefambtenaren zijn praktisch werkzaam bij de eerste afdeling van het Al
gemeen rijksarchief, bij de rijksarchieven Zuid-Holland, Utrecht en Drenthe
en de gemeentearchieven Groningen en Maastricht. Tevens nemen vier mid
delbare archiefambtenaren die zich voorbereiden op het examen hoger ar
chiefambtenaar deel aan enkelen lessen.
De vooropleiding van de adspirant middelbare archiefambtenaar is als
volgt: havo 3, vwo 5, gymnasium b 1, mms 1, mms 4/pa 1, havo/pa 4,
havo/sod i en n 2, mulo a/gob ii 1, mulo/sod i en ii 1, Bibliotheekschool
6, mulo B/Museumopleiding 1, Bestuursschool 1, havo/go i/sod i en n/
WA 1, hbs a/ga i/sod i en ii 1Vervolgens hbs a/soc. academie/kandidaats
ned. recht 1, hbs a/nlo geschiedenis 1, Gymnasium B/kand. fysische geogra
fie 1, ath. A/kand. sociale geografie 1, ath. A/kand. rechten 2, ath. A/kand.
geschiedenis 1, gymn. A/kand. theologie 1, doctoraal sociologie 2.
De leerlingen zijn verdeeld over drie klassen, twee klassen op vrijdag en één
op maandag. De adspirant middelbare archiefambtenaren zijn werkzaam bij:
het algemeen rijksarchief 3; bij de rijksarchieven: Groningen, Drenthe, Fries
land, Overijssel, Gelderland, Utrecht, Noord-Holland, Zuid-Holland, Zee
land, Noord-Brabant; de rijksarchiefinspectie. Voorts bij de gemeentearchie
ven: Groningen 2, Zwolle, Arnhem, Apeldoorn, Nijmegen, Utrecht 2, Amers
foort, Haarlem, Dordrecht 2, Rotterdam, Leiden, Goes, Middelburg, Til
burg,'Maastricht, Sittard, Heerlen 2. Tenslotte bij de provinciale inspectie in
Overijssel, Gelderland, Noord-Brabant, de streekarchieven Oost-Gelderland,
Schouwen-Duiveland, Tiel-Buren-Culemborg, Rijnstreek en het Hoogheem
raadschap van Rijnland.
Voor elk vak is aangegeven, hoeveel lesuren aan adspiranthogere archiefamb
tenaren (h) en aan adspirantmiddelbare archiefambtenaren (m) worden gege
ven.
Ordenen en beschrijven van archieven (h 47, m 60)
drs. H. Bordewijk, gemeentearchivaris van 's-Gravenhage,
P. J. Horsman, medewerker bij de centrale directie van de rijksarchiefdienst,
drs. R. M. E. Raaff, provinciaal inspecteur der archieven in Zuid-Holland,
drs. A. J. M. den Teuling, provinciaal inspecteur der archieven in Drente.
Registratuur van de rijksadministratie in de 19e eeuw (h 6, m 8)
H. A. J. van Schie, archivist bij de 2e afdeling van het algemeen rijksarchief.
Het dossierstelsel en de toepassing van de u.D.C. (h 14, m 14)
J. van Delft, Hoofd Beheersdienst Gemeentepolitie in Hilversum,
J. O. van de Vegte, gemeentearchivaris van Apeldoorn.
Hoofdzaken van de archief wetgeving (h 6, M 7)
mr. J. D. C. de Vries, adjunkt-directeur van de rijksarchiefschool.
Methodiek van het archiefonderzoek (h 10, M 10)
dr. Florence Koorn, adjunct-gemeentearchivaris van Haarlem,
drs. J.P. Sigmond, directeur van de rijksarchiefschool.
427