voordeel is dan, dat er via gemeentelijke commissies voor beroepsschriften of via de Raad van State een jurisprudentie ontstaat, die de individuele archief beheerder verlost van het als lastig ervaren monopolie van besluitvorming. De tweede is een duidelijk voorbehoud ten aanzien van het primaat van de privacy boven de vrijheid van onderzoek. Deze reserve komt voort uit de op vatting, dat de legitimiteit van historische research een afgeleide is van de norm van openbaarheid, die fundament is en voorwaarde van onze democra tie. De hedendaagse geschiedenis bestaat bij de gratie van de democratie; niet- democratische staten kennen dan ook geen contemporaine geschiedenis, die de naam van wetenschap waardig is. Het slotwoord is naar de geest van dit land de moraal van het verhaal. Ik zou de archivarissen onder u de vraag willen voorleggen: wat wilt u liever? On genoemd te blijven door een al te strikte ambtsvervulling of met dankbaarheid te worden vermeld in een publicatie, die zowel door conclusies als door nieuw onderzoek stof doet opwaaien? Twee zielen huizen in uw borst: die van de ambtenaar met de eervolle taak om de geheimen van Staat en landgenoten te behoeden voor onredelijk of onzedelijk inzicht en die van de dienaar van de archief- en geschiedwetenschap, die beseft, dat archieven er zijn om geheimen te openbaren en zonder wiens hulp wij, historici, niet vooruitkomen. Ik hoop, dat ik idealistisch genoeg heb gesproken om het beste aan u te ontlokken. Een alternatief perspectief? Access to Information and Privacy Acts (Canada 1983) Jake V. Th. Knoppers Mijnheer de voorzitter. Namens de Association of Canadian Archivists en de Association of Records Managers and Administrators wens ik het gemeen tearchief geluk met het 100-jarig bestaan. In Canada en ook in de Verenigde Staten is men geneigd in bepaalde geval len bij kwesties bij toepassing van wettelijke regelingen en onderwerpen van politieke aard mensen van buiten te betrekken vanwege hun onpartijdigheid en ervaringen. Ik ben zo iemand, begonnen als historicus/econoom. Ik heb dus altijd met informatie gewerkt. Ik heb gewerkt als adviseur voor informa tiebeleid en heb zitting gehad in een werkgroep van de Canadese regering be last met de invoering van de Wet access-information en privacy. Thans ben ik werkzaam bij Information Management Services Inc. in de functie van senior vice-president. In mijn lezing ga ik uit van een viertal principes: er is een nationale eenheid en een democratische regeringsvorm, de belastingbetalers hebben het recht te zien wat er met hun geld gebeurt, de Canadese wetgeving gaat ervan uit dat degene die informatie achterhoudt daarvoor redenen moet hebben en deze moet kunnen verdedigen; wanneer er redenen zijn voor achterhouden van informatie moeten die duide lijk en specifiek zijn. Inzage van kabinetsstukken dient door de desbetreffen de minister goedgekeurd te worden. Een ambtenaar heeft in deze geen be voegdheid. In het verleden zijn er namelijk vergissingen gemaakt. De wet gaat ervan uit, dat de regering weet over welke informatie zij beschikt. In de prak tijk blijkt dat niet zo te zijn, wat als zeer belemmerend wordt ervaren. Verder 366 voert de wet het principe van 'public accountability in information manage ment' in. De Canadese wetgeving voor openbaarheid en privacy is een gebundeld wets ontwerp waarin zich twee wetten verschuilen. Wij hebben gebruik gemaakt van de ervaring van de Verenigde Staten, zowel de slechte als de goede. Para graaf 19 van de wet zegt dat persoonlijke gegevens niet openbaar zijn. De defi nitie van persoonlijke gegevens is vastgelegd in de Privacywet, die zegt dat per soonlijke gegevens niet toegankelijk zijn voor derden, tenzij krachtens de wet. Later kom ik hierop nog terug. Brieven of opinies aan de regering over het ver strekken van fondsen, beurzen e.d. worden niet aangemerkt als persoonlijke gegevens. Brieven die vertrouwelijk zijn, worden wel aangemerkt als persoon lijke gegevens. Opinies van ambtenaren zijn geen persoonlijke gevens. De wet zegt hierover: 'personal information does not apply to officers of the crown Namen, adressen en functies van ambtenaren zijn geen persoonlijke gegevens. Hun salaris wel, maar niet hun salarisniveau. Aanvragen om informatie als over defensie of buitenlands beleid worden per geval bekeken of de gewenste informatie verstrekt kan worden. Men gaat er van uit dat een ambtenaar die immers betaald wordt uit de publieke kas, ten dienste staat van het publiek; ook wat het verstrekken van informatie betreft. Wanneer hij fouten maakt, hoopt men dat hij er van leert en het de volgende keer goed zal doen. De Priva cywet heeft geen werking op verkeer tussen mensen onderling. Privacy wordt echt gezien als een grondrecht en heeft niets te maken met het zakenleven. In de Wet openbaarheid is een ontheffingsclausule opgenomen ten aanzien van het vragen van informatie door derden. Firma's e.d. kunnen van deze pa ragraaf gebruik maken. Zij moeten de rechter dan kunnen aantonen, dat openbaarmaking van die informatie (bij voorbeeld produktiegeheimen) daad werkelijk tot financiële schade zal leiden. De beide wetten zijn van toepassing op alle informatie zonder acht te slaan op de technologie. Als informatie met bestaat maar kan worden voortgebracht of samengesteld uit een computerge heugen, valt het ook onder de wet. In de privacywet wordt zelfs het woord 'do cument' niet gebruikt. Er wordt gewoon van 'persoonlijke gegevens' gespro ken. De wet is alleen van toepassing op instanties van de federale regering die in de wet zijn vermeld. Er is veel over gesproken, welke instanties hiervoor in aanmerking zouden moeten komen. De Canadian Broadcasting Corporation komt niet in de wet voor, Canada Post echter wel. De wet heeft betrekking op alle informatie waar men de controle over heeft. Het hoeft dus niet zo te zijn dat men deze informatie in zijn bezit heeft (ver werking via computerbureau). De wetten zijn niet van toepassing op ar chiefstukken van derden. Dit zijn stukken afkomstig van privé personen die gedeponeerd zijn bij overheidsarchieven. De openbaarheid ervan is een pri vaatrechtelijke zaak tussen de archivaris en degene die de stukken in bewaring heeft gegeven. De archivaris moet zich wel afvragen of hij overheidsgelden kan gebruiken voor de bewaring van stukken waarvan de openbaarheid is be perkt. Paragraaf 8 van de Privacywet stelt dat alle persoonlijke gegevens in dos siers toegankelijk zijn voor archivarissen in het kader van de uitoefening van hun archieffunctie. De archivaris moet namelijk bewaartermijnen kunnen 367

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1985 | | pagina 44