ken voor zover deze van algemene toepassing zijn op alle in paragraaf 1 -2 ge presenteerde hoofdindelingsvarianten. Uit de grote variëteit aan in inventarissen van familiearchieven gehanteerde indelingsschema's zijn enkele modellen samengesteld: a een model voor een archief van een familie met grondbezit, dat gedurende meerdere generaties in het bezit van de familie is geweest;12 b een model voor een archief van een koopmansfamilie, van wie bezittingen zel den lang in de familie bleven.13 Model a heeft als hoofdindeling: i Stukken van genealogische en heraldische aard II Stukken van persoonlijke aard in Stukken van zakelijke aard In dit model staan de stukken van genealogische en heraldische aard vooraan als aparte hoofdafdeling. Motivering: deze stukken betreffen de leden van de hoofdfamilie en aanverwante families als geheel. Voorts wordt hiermee recht gedaan aan de centrale plaats, die deze stukken voor de familie in het archief hebben ingenomen. De belangstelling voor de familiegeschiedenis is veelal de bindende factor geweest voor het bijeenhouden van het familiearchief. Voor een andere indeling van de genealogica zie blz. 201 In deze hoofdafdelingen worden zo mogelijk eerst de genealogica van de hoofdfamilie beschreven, daarna die van de aanverwante families; hetzelfde geldt voor de wapentekeningen en andere heraldische stukken. Dikwijls zal een strikte scheiding in genealogica en heraldica niet te maken zijn, men denke bijvoorbeeld aan van wapentekeningen voorziene kwartierstaten. Men be- schrijve dan eerst de genealogica en heraldica van de hoofdfamilie en daarna in chronologische volgorde van aanverwantschap die van de aanverwante fa milies. Sommige inventarisatoren plaatsen bij hoofdafdeling i alle stukken van ge nealogische en heraldische aard, ook die waarvan het auteurschap duidelijk vast te stellen is; het verdient aanbeveling om, als de opsteller van een genealo gie bekend is, deze te plaatsen bij de auteur. Een analoge situatie doet zich voor bij hoofdafdeling m (stukken van zake lijke aard). Sommigen plaatsen daar alle stukken betreffende onroerend goed, ook bijvoorbeeld eigendomsbewijzen van een huis, dat slechts gedurende één generatie in het bezit van de familie is geweest. Deze wijze van plaatsing van stukken gaat wellicht teveel op toepassing van het pertinentiebeginsel lijken. Men kan ook de eigendomsbewijzen, akten van verhuur e.d., duidelijk bestemd voor één persoon, bij die betreffende persoon plaatsen. Eventuele onduidelijkheden worden met kruisverwijzingen opgelost. De hoofdafdeling in blijft op deze wijze gereserveerd voor die archivalia, welke de neerslag vor men van een administratie, gevoerd door meer leden van een familie na elkaar. Wanneer men deze methode toepast, is het zorgvuldiger, alhoewel minder strak ogend, de hoofdafdeling 'stukken van zakelijke aard' qua benaming te veranderen in 'stukken betreffende vererfde onroerende goederen en andere zakelijke rechten' (van leden van de in de tweede hoofdafdeling genoemde fa milies). De tweede hoofdafdeling bevat de stukken van persoonlijke aard, afkomstig van de afzonderlijke familieleden. Per familie worden de stukken generatiege- wijs beschreven en daarbinnen weer per gezinseenheid (vergelijk de volgorde in het Nederlands Adelsboekje en Nederland's Patriciaat). De volgorde van plaatsing van archivalia van aanverwante families wordt bepaald door het tijdstip, waarop de familie aan de hoofdfamilie geparenteerd raakte (liatiefase). Een complexe situatie ontstaat, wanneer zo'n aanverwante familie op haar beurt weer hoofdfamilie is van een aantal aanverwante fami lies. Men make dan in het archiefgedeelte van deze aanverwante familie een onderverdeling, analoog aan de indeling van de hoofdfamilie. Verstoor nooit het onderling verband tussen leden van de hoofdfamilie en die van de aanver wante families door de afzonderlijke leden van deze families in chronologi sche volgorde te beschrijven (bijvoorbeeld drie gelijktijdig levende neven uit drie verschillende families)! Het plaatsen van stukken van zakelijke aard meer direct bij de betrokken familie en niet in een aparte hoofdafdeling, zoals in de variant op model a, is nog sterker doorgevoerd bij het indelingsmodel voor een archief van een koopmansfamilie, model b.14 Dit model heeft als hoofdindeling: I Stukken van algemene aard li Stukken betreffende afzonderlijke families en personen Al Hoofdfamilieleden afzonderlijk (persoonlijke en zakelijke stukken) a-2 Zakenarchieven hoofdfamilie (niet te plaatsen onder één familielid B Aanverwante familieleden afzonderlijk (persoonlijk en zakelijk archief) etc. In dit model is afgeweken van de traditionele indeling in een hoofdindeling personalia en realia, aangezien het hier het archief betreft van een koopmans familie, die betrekkelijk weinig en slechts gedurende korte tijd achtereen vaste goederen heeft bezeten. De stukken betreffende vaste goederen zijn geplaatst direct bij de personalia (financiële zaken zie ook basisschema, blz. 205). Geheel hetzelfde geldt voor de handelsarchieven. Een scheiding tussen han delsarchief en persoonlijk archief is in de meeste gevallen namelijk niet te ma ken: denk alleen al aan de correspondentie, die zowel een zakelijk als een pri- vékarakter heeft. Daarom is in dit model het handelsarchief geplaatst bij de persoon, van wie het afkomstig is. Wanneer het niet mogelijk bleek het han delsarchief onder één bepaalde persoon te plaatsen (bijvoorbeeld zakenar- chief Jansen en zonen, zie basisschema, blz. 205), werd dit geplaatst in een af deling achter de archieven van de afzonderlijke leden van een familie. Op deze wijze blijft de zo belangrijke samenhang tussen persoonlijk en handelsarchief zoveel mogelijk bewaard en wordt de 'oude orde' zo min mogelijk geweld aan gedaan. De stukken die de familie als geheel betreffen (bijvoorbeeld genealogieën) zijn in dit model vooraan geplaatst onder 'stukken van algemene aard'. Een variant op model a voor een archief van een familie met generatieslang grondbezit heeft als hoofdindeling:15 I Stukken afkomstig van de hoofdfamilie A Persoonlijk gedeelte b Zakelijk gedeelte li Stukken verzameld door de hoofdfamilie (waaronder genealogica) 201 200

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1984 | | pagina 5