het familiearchief met stukken betreffende een huis of heerlijkheid en
het familiearchief met stukken betreffende een bedrijf.
1-2-1 Het persoonsarchief
Een persoonsarchief is in beginsel het archief van één persoon. Archieven van
echtgenotes, kinderen en verwanten dienen als afzonderlijke archiefbestanden
beschouwd te worden (archieven van Jan Jansen en zijn verwanten). Persoons
archieven, die ook onderdelen kunnen zijn van familiearchieven, dienen zo
mogelijk zo ingedeeld te worden dat alle personen als archiefvormers een af
zonderlijke functie krijgen (dus: Jan Jansen en Petronella Pietersen; onder
verdeling: a. Jan Jansen, b. Petronella Pietersen). De stukken die bij beide
personen zijn ingekomen plaatse men gemakshalve bij de echtgenoot.
De hoofdindeling van het persoonsarchief wordt in eerste instantie bepaald
door de structuur van dat archief. Indien dit archief bestaat uit mémoires met
bijlagen, chronologisch geordende stukken en dergelijke, dan overwege men
of deze structuur als basis voor de indeling kan dienen. Veelal echter ontbreekt
een dergelijke structuur. In dat geval kan men het persoonsarchief het beste
indelen in:
a Stukken betreffende persoonlijk en openbaar leven gezamenlijk
b Stukken betreffende het persoonlijk leven
c Stukken betreffende het openbaar leven
Uiteraard is een dergelijke indeling pas zinvol bij een voldoende aantal inven
tarisnummers (minimaal 10) en een evenwichtige verdeling van deze nummers
over de rubrieken. Ook kan het voorkomen dat activiteiten in het openbaar le
ven dusdanige consequenties hebben voor het persoonlijk leven, dat een on
derscheid niet mogelijk is: men denke aan de processtukken van de gevangen
crimineel of de in ongenade geraakte dienaar aan een feodaal hof, de publici
teit rond het privéleven van de kunstenaar en dergelijke.7
Indelingen die men beter kan vermijden zijn: particulier - functies en
persoonlijk - ambtelijk, omdat er dan geen uitsluitende categorieën ontstaan
(het lidmaatschap van bijvoorbeeld de Tweede Kamer of het directeurschap
van een onderneming is geen ambtelijke functie; het lidmaatschap van een po
litieke partij of activiteiten in actiegroepen zijn niet te vangen onder functies,
maar zijn ook geen persoonlijke aangelegenheden).
In rubriek a (stukken betreffende persoonlijk en openbaar leven gezamen
lijk) worden stukken ondergebracht als dagboeken (tenzij deze heel specifiek
over één onderwerp gaan), mémoires en correspondentie. Bij het onderscheid
tussen de rubrieken b en c is het aan te raden om onder stukken betreffende
het openbaar leven die stukken te groeperen, waarin de betreffende persoon
uitdrukkelijk een maatschappelijke rol vervult. Dit kan variëren van een indi
viduele actie door middel van een ingezonden stuk, de organisatie van een in
zameling voor een jubilaris of een charitatief doel, het actief lidmaatschap van
een vereniging (het mag een club als de Vereniging van Terraszitters zijn!) tot
het lidmaatschap van een politieke partij, van de Tweede Kamer of een be-
drijfsfunctie. Onder deze rubriek dele men ook publicaties en daarvoor opge
maakte voorstukken in.
198
Een nadere onderverdeling van de rubriek b (stukken betreffende het persoon
lijk leven) blijft altijd een subjectieve zaak. Als de rubriek erg groot wordt
(bijvoorbeeld meer dan 30 nummers) kunnen enkele vaste categorieën er altijd
uitgelicht worden, zoals beheer van persoonlijke gelden en goederen, voogdij
en familieaangelegenheden, nalatenschap.8 Pogingen om onderscheid te ma
ken tussen bijvoorbeeld jeugd - huwelijk of huisgezin - diversen (vergelijk de
inventarissen van het archief van H. A. Lorentz en van hel archief van E. A.
van Beresteyn9) laten veel problemen liggen. Waar horen in dergelijke geval
len de briefwisseling met de maïtresse of de stukken betreffende het aanwen
den van een magnetiseur ter genezing van podagra (d.i. voetjicht)?
De rubriek c (stukken betreffende het openbaar leven) dele men in naar
functie, daarbinnen is de orde weer chronologisch. Indien het onderscheid
tussen hoofd- en nevenfuncties zinvol is kan men ook hierin een nadere inde
ling brengen (vergelijk de inventaris van het archief van J.W.Meijer
Ranneft). Een andere mogelijkheid is het ordenen van de functies naar gebie
den, bijvoorbeeld politiek, cultureel, economisch (vergelijk de inventaris van
het familiearchief Van Beresteyn10).
Soms is het wenselijk een conglomeraat van functies voortkomende uit het
beroep samen te voegen, bijvoorbeeld ambtenaar van de burgerlijke stand in
Batavia controleur in Besuki ambtenaar ter beschikking van de resident
in Probolingo assistent-resident te Ambon Indisch ambtenaar. Voorbeel
den van dergelijke overkoepelende termen zijn militair, landmacht-/marine
officier, diplomaat, handelsreiziger, ambtenaar.
Basisschema persoonsarchief
Jan Jansen en Petronella Pietersen
1 Jan Jansen
a Stukken betreffende persoonlijk en openbaar leven
b Stukken betreffende het persoonlijk leven
c Stukken betreffende het openbaar leven
1 Indisch ambtenaar
2 Ontvanger van de invoerrechten in de Bommelerwaard
3 Hoofd van het domeinkantoor in Middelburg
4 Lid van Provinciale Staten van Zeeland
5 Auteur
6 Nevenfuncties en andere bemoeienissen
li Petronella Pietersen etc.
1-2-2 Het familiearchief'1
Een familiearchief is een 'overgeleverde combinatie van archieven van perso
nen, die tot elkaar in familiebetrekking staan' Lexiconnr. 3).
In deze algemene paragraaf over de inventarisatie van een familiearchief wor
den globaal de hoofdindelingsvarianten van een dergelijk archief besproken.
Aan de nadere onderverdeling en rubricering wordt alleen aandacht geschon-
199