Kroniek
Een feestelijk gebeuren in Luxemburg
Op maandag 12 december 1983 vond in het Staatsarchief te Luxemburg de ope
ning plaats van een tentoonstelling met voor de Luxemburgse geschiedenis zeer
belangrijke documenten, waarvan het oudste dateerde uit het jaar 762 en het
jongste uit 1965. De archivalia waren niet alleen uit het Staatsarchief of uit an
dere Luxemburgse instellingen afkomstig. Verschillende archiefdiensten en bi
bliotheken uit de omringende landen hadden hun medewerking aan deze voor
Luxemburg belangrijke gebeurtenis gegeven door het ter beschikking stellen
van soms kostbare stukken. Het gezelschap bij de opening aanwezig weerspie
gelde deze samenwerking. Voor Nederland mocht ondergetekende de hon
neurs waarnemen, daar de algemene rijksarchivaris, de tweede Nederlandse
bruikleengever, als voorzitter van de archief-examencommissie verhinderd was
de reis naar Luxemburg te ondernemen.
Archiefdirecteur dr Paul Spang wijdde in zijn toespraak ruime aandacht aan
de ontwikkeling van de archiefzorg in zijn land en stond uitvoerig stil bij het re
geringsbesluit van 5 december 1958 tot instelling van het staatsarchief, op
grond waarvan deze archiefdienst zich naar behoren heeft kunnen ontwikke
len. Het zilveren jubileum van dit besluit vormde de aanleiding tot de fraaie ten
toonstelling met zijn internationale entourage. Spang en de zijnen wilden op
deze manier aan de bevolking van het Groothertogdom tonen op welk een
vruchtbare wijze een staatsarchief werkzaam kan zijn ten behoeve van de ge
schiedbeoefening, maar ook in cultureel opzicht. In dit licht bezien was het niet
meer dan passend dat Pierre Werner, de voorzitter van de Luxemburgse Mi
nisterraad en beheerder van de portefeuille cultuur, de opening verrichtte.
Hoe zorgvuldig de zaken aangepakt waren blijkt wel uit het gelijktijdig met
de tentoonstelling op de markt verschijnen van een fraai boek, waarin de eigen
lijke organisator van de expositie, de heer Guy May, alle geëxposeerde docu
menten in drie talen beschrijft en middels uitstekende kleurenfoto's van Marcel
Schroeder afbeeldt.1
De heren May en Spang mag inventiviteit niet ontzegd worden, want de tweede
vlag waaronder deze publicatie in de vaart is gebracht is die van de internationa
le archiefweken 1984. Luxemburg volgt dus het spoor van Oost-Duitsland en
Nederland met het op de markt brengen van een boekwerk voor een breder pu
bliek, dat een indruk geeft van het belangrijke culturele erfgoed dat in archie
ven beheerd wordt en waarin de landsgeschiedenis zich weerspiegelt.
Ik wil deze korte bijdrage niet beschouwen als een formele boekbespreking,
maar één kritische opmerking over de publikatie moet mij toch van het hart.
80
Een van de moeilijkste problemen bij de samenstelling van dit soort kijkboe
ken is dat van de grootte waarop de documenten zouden moeten worden afge
beeld. Op Nederland in Stukken is terecht voor wat betreft dit punt kritiek ge
leverd. Formsma kon in dit blad met zijn bespreking van het Oostduitse Mit
Brief und Siegel zich al iets positiever uiten. De samensteller van de Luxem
burgse publicatie drukt op één bladzijde van ruim formaat doorgaans slechts
één foto van een document af, bij jongere documenten ook wel twee of meer
pagina's uit een akte.
Met name in het eerste geval is er soms wonderbaarlijk weinig ruimte van de
bladspiegel benut voor het afdrukken van de foto, zodat in die gevallen de
leesbaarheid van de stukken minder goed is dan mogelijk was geweest. En ook
bij een bredere leeskring spreekt het aan wanneer zo niet het hele document
leesbaar is, er toch woorden herkenbaar zijn.
Tot slot geef ik graag nog wat informatie over de afgebeelde documenten.
De oudste akte, tevens het oudste stuk in het Luxemburgse staatsarchief, da
teert van 20 juli 762 en heeft oorspronkelijk behoord tot het archief van de ab
dij Echternach. Het jongste document is het besluit van de zes regeringen van
de eeg op grond waarvan de stad Luxemburg der zetel blijft van een aantal or
ganen van de gemeenschap (8 april 1965).
De Nederlandse bijdrage aan de dubbelmanifestatie tentoonstelling-boek
bestaat uit een kladontwerp voor de verkoop van het groothertogdom door
Koning Willem m aan Napoleon m in 1851 uit het archief Van Zuylen van
Nijevelt (Algemeen Rijksarchief), de toespraak van de burgemeester van de
gemeente Berdorf t.g.v. de opening van de spoorlijn Diekirch - Echternach
door prins Hendrik der Nederlanden in 1873 (Koninklijk Huisarchief) en het
familieverdrag tussen de koning-groothertog Willem m en hertog Adolf van
Nassau, chef van de Walramse linie van het Huis Nassau, regelend de troons-
overgang in Luxemburg op laatstgenoemde bij het ontbreken van mannelijke
erfgenamen in het Nederlandse koningshuis (september/oktober 1884) (Ko
ninklijk Huisarchief). Alleen op een foto op de tentoonstelling vertegenwoor
digd waren de verdragen van Wenen (1815) en Londen (1839); deze staatsver
dragen werden niet voor uitlening ter beschikking gesteld. Als immer waren de
kartografische documenten indrukwekkend. Zij gaven in dit geval getuigenis
van de stad Luxemburg als vesting (1684 en 1844/45). Luxemburg behoorde
tot de indrukwekkendste vestingen van West-Europa. Een ieder die deze char
mante stad bezoekt kan de sporen daarvan nog ruimschoots aanschouwen.
Op het moment dat deze bijdrage door U gelezen kan worden is de expositie al
voorbij. Des te gelukkiger dat in de publikatie van de heer May de herinnering
aan deze manifestatie levendig wordt gehouden.
B. Woelderink
Noten
1 GUY MAY, Luxembourg, Mémorial de l'histoi-
re, Dokumente zur Geschichte, Evidence of the
past, met een voorwoord van Pierre Werner,
président du Gouvernement. RTL-Édition,
Luxembourg, 1983.
81