Asperen Schepenen dateren een akte op 1394 april 175. Het paasjaar 1394 loopt van 19 april - 10 april, wat paasstijl onmogelijk maakt. Fruin staaft zijn opvatting dat hier nieuwjaar stijl gebruikt werd, enkel met een laat voorbeeld: In de leenboeken van de heerlijkheid volgen akten van 1560 december 27 en 1561 januari 24 op elkaar6. Besoyen Rechter en heemraden dateren een akte op 1474 april 87. Het paasjaar 1474 loopt van 10 april - 25 maart, zodat paasstijl onmogelijk gebruikt kan zijn. Ook Van Bavel gaat er van uit dat hier geen paasstijl gevolgd is8. Drimmelen Schout en heemraden dateren een akte op 1531 april 69. Paasstijl is dus niet gebruikt. Emmikhoven Een akte van Jacoba van Beieren, gravin van Holland, is gedateerd 1417 maart 10 na de loop van ons hof 1418 maart 10). Daarin geeft ze toestemming en opdracht tot het in leen geven van een stuk land. De daadwerkelijke belening voor rechter en heemraden vond plaats in een akte, gedateerd 1418 maart 2210. Hier paasstijl te veronderstellen ligt niet voor de hand. Geertruidenberg Fruin geeft aan de hand van een cartularium van het klooster Sint Catharinadal een aantal voorbeelden van schepenakten uit de periode 1419-1485, waaruit duidelijk blijkt dat de schepenbank de paasstijl hanteerde11. Wij kunnen een vroeger voorbeeld aanrei ken nl. de datering: dinsdag 10 maart 1410 1411)12. In de 16e eeuw geeft de vermel ding 'volgens schrijven van het hof van Holland' uitsluitsel13. Gorinchem Schepenen van deze stad transfigeren op 1433 december 1 een akte van hun schepen bank, die gedateerd is op 1433 januari 4. Zestien dagen later, op 16 december, verwijzen 5 RANB HH inv. nr. 2, eerste deel, f.8, A 21. 6 R. Fruin, a.w., p. 96. 7 RANB HH inv. nr. 2, eerste deel, f.l4-14v, B 50. 8 H. van Bavel, a.w., p. XXXVII. 9 RANB HH inv. nr. 280. 10 RANB HH inv. nr. 2, eerste deel, f.141, W 66. 11 R. Fruin, a.w., p. 94-95. 12 RANB HH inv. nr. 2, tweede deel, f.3, B 13. Opvallend is het grote aantal op dinsdag gedateerde akten. Naast de voorbeelden van R. Fruin: RANB HH inv. nr. 2, eerste deel, f.57, L 3; f.88v, N 1; f.118, S 4; tweede deel, f,12v, B 54; f.93, S 24. 13 RANB HH inv. nr. 2, tweede deel, f.5v, B 20. R. Fruin, a.w., p. 95. ze weer naar een akte die op 1433 januari 4 voor de schepenbank gepasseerd is14. Paasstijl was hier dus niet in zwang. In de akte gedateerd 1434 maart 3, wordt prior Hendrik van Best genoemd, die in 1435 niet meer aan het bewind was15. De data 1441 april 10, 1452 april 4 en 1470 april 1516 komen in die paasjaren niet voor. Fruin conclu deert tot nieuwjaarstijl op grond van bewijzen in 1520-1521 en 1549-1550. De bijvoe gingen 'stilo communi' in 155817 en 'naer gemeijn stijle van schrijven, alhier tot Gorin chem geobserveert' in 156318 nemen alle twijfels weg. 's-Gravenmoer De datering 1520 maart 31 sluit het gebruik van paasstijl door rechter en heemraden uit19. Het paasjaar 1520 loopt immers van 8 april - 30 maart. 's-Grevelduin - Capelle Het schepenregister meldt na een akte van 1524 december 31 een akte van 1525 januari 9, zodat tot nieuwjaarstijl besloten moet worden20. Heusden In een voetnoot van een artikel over Heusden betogen de schrijvers, P. Avonds en H. Brokken, dat in Heusden in het begin van de 14e eeuw de paasstijl of boodschapstijl in zwang was. Ze bewijzen dit voor het jaar 131721. De tegenstelling met Van Bavel hoeft niet zó groot te zijn, omdat laatstgenoemde vooral de 15e en 16e eeuw behandelt. Van Bavel gaat daarbij, in navolging van Fruin, uit van het gebruik van kerst- of nieuw jaarstijl, waarbij hij aan de laatste vorm de voorkeur geeft22. Fruin geeft twee be wijsplaatsen in de tweede helft van de veertiende eeuw voor kerst- of nieuwjaarstijl. Of gevolg is gegeven aan de beslissing van de heer en het gemeen gerecht in 1403 dat men in Heusden voortaan volgens nieuwjaarstijl zou dateren23, valt wellicht te betwijfelen. Schepenen van Heusden dateren namelijk een akte op 1419 zaterdag na St. Andriesdag 1419 december 2). In deze akte vidimeren ze ook vier akten, waarvan de eerste (ook een schepenakte van Heusden) gedateerd is 1419 "s donresdachs nae keersdach'24. De enig toelaatbare gevolgtrekking is omrekening van deze datum tot 1418 14 RANB HH inv. nr. 1, f.l33v-134 en inv. nr. 2, tweede deel, f.45, G 18 (1 en 2, 4 en 5). 15 RANB HH inv. nr. 1, f.133 en inv. nr. 2, tweede deel, f.44v, G 16 (daar staat abusievelijk 1444 afgeschreven). 16 Resp. RANB HH inv. nr. 2, tweede deel, f.45v, G 20; ibidem f.45v-46, G 22; H. van Bavel, a.w., Ill, reg. nr. 1167. 17 R. Fruin, a.w., p. 95-96. 18 RANB HH inv. nr. 2, eerste deel, f,144v-145, G 30. 19 RANB HH inv. nr. 103. 20 J. Smit: Voorioopige inventarissen der rechterlijke archieven van het deel van het baljuw schap Zuid-Holland, thans behoorende tot de provincie Noord-Brabant (typeschrift), pp. 258- 350, p. 265. 21 P. Avonds en H. M. Brokken, Heusden tussen Brabant en Holland (1317-1357).Analyse van een grensconflict, in Varia Historica Brabantica IV (1975), pp. 1-95, p. 32 noot 1. 22 H. van Bavel, a.w., p. XXXVI, vooral noot 107. 23 R. Fruin, a.w., p. 95. 24 RANB HH inv. nr. 1, f,108-108v en inv. nr. 2, eerste deel, f.9-9v. [244] [245]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1983 | | pagina 15