kwalitatief goede blusinstallatie, is de kwaliteit van de brandmeldinstallatie die de blus installatie in werking stelt van minstens even groot belang. De kwaliteit van de brand meldinstallatie die reageert op brandverschijnselen, wordt onder andere bepaald door de keuze van het type melders en de situering van deze melders. In archiefbewaarplaat sen zal mijns inziens gekozen moeten worden voor melders die reageren op rookver- schijnselen. Deze melders zullen het snelst reageren op brandverschijnselen van het type dat in archieven verwacht kan worden. Hoe gevoelig echter een dergelijke melder ook wordt ingesteld, de brandverschijnselen die nodig zijn om rook te produceren in vol doende hoeveelheid en van voldoende kwaliteit om een dergelijke melder in werking te laten treden, zullen een zodanige omvang hebben dat deze niet volledig met Halon ge blust kunnen worden. Voorzieningen die voor het nablussen door derden noodzakelijk zijn, moeten, ondanks het installeren van een blusinstallatie, getroffen worden. Tenslotte wil ik u nog wijzen op mogelijke vergissingen ten aanzien van de keuze van kleine blusmiddelen in archiefruimten. Beheerders van archieven mochten naar aan leiding van de lofzang op Halon in het artikel geneigd zijn kleine blusmiddelen gevuld met Halon in hun archieven te plaatsen. Dit kan kwalijke gevolgen hebben omdat dit type blussers gevuld is met Halon 1211. Dit produkt en zijn ontledingsprodukten kun nen een bijzonder nadelige invloed hebben op de kwaliteit van de opgeslagen goederen en dus eventueel een grote gevolgschade veroorzaken. Halon 1301, dat dit zoals in het begin geschetst in minder mate doet, is niet geschikt om als blusstof in een klein blusmiddel verwerkt te worden. Concluderend kan ik zeggen dat een automatische Halon 1301 blusinstallatie, in tegen stelling tot blusinstallaties, werkend met andere blusstoffen (water, kooldioxide) even tueel wel toegepast kan worden in een archiefbewaarplaats. Het aanbrengen van een dergelijke installatie dient echter niet zonder een nauwkeurige afweging ten aanzien van het eventuele gevaar voor aanwezige personen en ten aanzien van eventuele gevolgschade voor de inhoud van de archiefruimten te geschieden. ir. J. W. Scherjon Inspectie voor het Brandweerwezen afdeling Preventie Naschrift van G. Kouwenhoven en J. Verseput Het lijkt ons inderdaad nuttig onderzoek te verrichten naar eventuele schadelijke effec ten van Halon 1301 of ontledingsprodukten daarvan op archiefstukken. Dit ligt echter niet op onze weg als alpha gerichte mensen. Een verzoek hiertoe hebben wij de heer Jütte dan ook gedaan, zoals ook is aanbevolen door de afdeling preventie van de in spectie voor het brandweerwezen. Zijn antwoord behelsde, dat het Centraal Laboratorium voor onderzoek van voorwer- pen van kunst en wetenschap best bereid is dit te doen, mits het archiefwezen (of een ar chiefdienst) hiertoe de middelen verstrekt. Verder nog het volgende: - natuurlijk moeten mensen worden gealarmeerd en de ruimte verlaten, hetgeen niet samenhangt met de toegepaste blusconcentratie, want die staat namelijk vast: minder kan niet en meer is overbodig. - vanzelfsprekend moeten er goede brandmelders en in voldoende concentratie aan wezig zijn. Maar die zijn er en de meesten van ons kennen ze. Zij melden zelfs brand als men een sigaret (of sigaar) opsteekt in de bewuste ruimte. - korrekt is dat onze lofzang niet sloeg op Halon 1211 (broomchloordifluormethaan). - eveneens terecht opgemerkt is dat wij steeds voor ogen hadden Halon 1301 in een vaste installatie (inderdaad niet leverbaar in draagbare toestellen) welke automatisch in werking treedt en automatisch de mensen in de bewuste ruimte waarschuwt. - tot slot is het opvallend dat Dr. Jütte een schadelijke stof noemt die vrij zou komen bij blussing met Halon 1301, die niet in het rijtje van vijf voorkomt dat door de inspec tie is opgesomd. Wij wachten af. [375] [374]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1982 | | pagina 60