m Opening van het gemeentearchief Haarlem op 11 mei 1981 Ook buiten de gemeente deed de heer Dinkgreve zich kennen als een autoriteit op zijn vak gebied en een zeer bekwaam docent. Zulks kwam onder meer tot uiting in zijn lidmaat schap van talrijke besturen, commissies en werkgroepen op het gebied van archiefverzor ging, registratuur en documentatie, zoals de Algemene Classificatie Commissie voor de Overheidsadministratie (ACCO), de Commissie Ordening Bedrijfsarchieven, de Studie groep voor beheersdocumentatie, het Nederlands Genootschap voor Documentrepro ductie, de Studiekring voor Overheidsdocumentatie (SOD), het Contactorgaan post- en archiefzaken van de universiteiten in Nederland, de Archiefcommissie van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten, de werkgroep van chefs interne zaken ter secretarie van gro te gemeenten en de werkgroep vernietigingslijst gemeentelijke archiefbescheiden. Van de oprichting in 1955 af trad de heer Dinkgreve op als docent aan de gemeentelijke cursus tot scholing van het registratuurpersoneel. Voorts gaf hij les aan de landelijke cursus van de Gemeenschappelijke Opleidingscommissie van het Nederlands Instituut voor Documentatie en Registratuur, de Nederlandse Vereniging van Bedrijfsarchivaris- sen en de Nederlandse Vereniging van Bibliothecarissen en aan de Noordhollandse Bestuursschool. Enige malen is hij in het kader van de zusterrelatie Amsterdam-Jakarta in de Indonesische hoofdstad geweest om te adviseren over het inrichten van archieven. Voor de Vereniging van Archivarissen trad de heer Dinkgreve als spreker op op de alge mene vergadering in Marcanti te Amsterdam op 27 september 1957, waar hij de ontwik keling van de registratuur bij de gemeente Amsterdam behandelde.1 Op 26 mei 1978 hield hij in de Buitensociëteit te Zwolle op een gemeenschappelijke vergadering van de Vereniging voor Documentatie en administratieve organisatie en de Vereniging van Ar chivarissen in Nederland een inleiding over de inspectie van de archieven.2 Bij de opheffing van het Gemeentelijk Bureau voor Documentatie en Registratuur werd de heer Dinkgreve per 1 augustus 1980 van de gemeentesecretarie overgeplaatst naar de Gemeentelijke Archiefdienst als hoofd van de afdeling Registratuur. Op 17 maart 1981 werd ter gelegenheid van zijn 40-jarig ambtsjubileum in het Wibaut- huis een druk bezochte receptie gehouden.3 Hij werd toegesproken door de loco gemeentesecretaris mr. K. Kooiker, door de voorzitter van de SOD, de heer K. van der Woude, en door de gemeentearchivaris mevrouw dr. W. Chr. Pieterse. De heer Van der Woude wees op de profetische inslag van de jubilaris, die ruim vijftien jaar geleden al sprak over het gebruik van computers in de administratie. Alle sprekers prezen de des kundigheid van de heer Dinkgreve en dankten hem voor het vele werk dat hij voor de Amsterdamse gemeentelijke registratuur heeft verzet. In zijn dankwoord haalde de ju bilaris enige persoonlijke herinneringen op en zei hij het gemeentebestuur dank voor de vrijheid die hem gelaten was bij de uitoefening van zijn functie. Werkelijk tot een afsluiting kwam de ambtelijke loopbaan van de heer Dinkgreve toen hem op 8 juli 1981 ten stadhuize in kleine kring door de gemeentesecretaris drs. W. Lemstra de versierselen werden opgespeld, behorende bij zijn benoeming tot ridder in de orde van Oranje Nassau. Deze koninklijke onderscheiding vormt een welverdiende bekroning van zijn werk. J. H. van den Hoek Ostende 1 Ned. Archievenblad 1957-1958, blz. 91-101. Opgenomen in een afzonderlijke uitgave van de beide organiserende verenigingen 3 Overheidsdocumentatie 1981, blz. 192. [206] De zijbeuk van de Janskerk is ingericht als tentoonstellingsruimte. Foto Jos Fieimich De opening van het gemoderniseerde en gerestaureerde gemeentearchief van Haarlem begon omstreeks half vier met een welkomstwoord van de gemeentearchivaris, drs. J. J. Temminck, die iedereen bedankte en hulde bracht die bij de bouwwerkzaamheden een aandeel had gehad. De staatssecretaris van CRM, de heer G. C. Wallis de Vries hield daarop een toespraak, waarin hij memoreerde hoe het toenmalige kerkbestuur van de Hervormde gemeente in 1927 van plan was geweest om de hele Janskerk te slopen. Gelukkig had het gemeente bestuur dit door aankoop van het gebouw weten te vermijden. Maar het duurde tot 1936 voor het gemeentebestuur met steun van het Werkfonds de kerk tot een archief had weten te verbouwen. Hierbij werd de oude diaconiekamer leeszaal en werd de kosterswoning de kamer van de archivaris. Het oude archiefdepot is in het kader van de [207]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1981 | | pagina 8