D Verzendprocedure 13 Ten behoeve van de uitleenadministratie wordt gebruik gemaakt van de door Con vent en Kring daartoe vastgestelde formulieren. 14 Uit te lenen archiefbescheiden worden in beginsel vervoerd door de aanvragende of uitlenende instantie zelf; indien dit niet mogelijk is, worden de archiefbescheiden binnen Nederland per P.T.T. en buiten Nederland per diplomatieke koerier via het Algemeen Rijksarchief verzonden. 15 Verzending per P.T.T. geschiedt als aangetekend pakje of als postpakket met aan gegeven waarde. 16 Verzendkosten worden betaald door de aanvragende instantie en kunnen worden verhaald op de raadpleger. 17 De uitleentermijn bedraagt in beginsel één maand met de mogelijkheid van verlen ging met telkens een maand, waarbij de uitlenende archiefbeheerder kan beslissen of de uitlening wordt verlengd of beëindigd. Voorstel tot wijziging van de artt. 23-26 van het Archiefbesluit Art. 23 1 De beheerder is, behoudens de beperkingen, welke ten aanzien van de openbaarheid zijn gesteld, verplicht voor bepaalde tijd archiefbescheiden uit te lenen op verzoek van de beheerder, zijnde een ambtenaar als bedoeld in art. 9 Archiefwet, van een ar chiefbewaarplaats waar een veilige bewaring is gewaarborgd en waar een ambtenaar als bedoeld in art. 9 Archiefwet het toezicht uitoefent op de raadpleging. 2 De beheerder is bevoegd een verzoek tot uitlening van archiefbescheiden aan ar chiefbewaarplaatsen, gelegen binnen een door Onze Minister vast te stellen afstand, af te wijzen. 3 Degene te wiens behoeve de uitlening geschiedt, kan de archiefbescheiden kosteloos raadplegen en gebruiken. De aan de uitlening verbonden kosten kunnen hem in re kening worden gebracht. 4 De beheerder is bevoegd archiefbescheiden voor bepaalde tijd uit te lenen in andere gevallen dan bedoeld in het eerste lid, mits een veilige bewaring is gewaarborgd. Aan zodanige uitlening kunnen voorwaarden worden verbonden. Art. 24 1 De beheerder is bevoegd een verzoek als bedoeld in het vorige artikel af te wijzen, indien: a de toestand, de omvang of de bijzondere betekenis van de archiefbescheiden voor de uitlening een beletsel vormt; b de archiefbescheiden niet uit de archiefbewaarplaats kunnen worden gemist; c indien de gegevens, voor de verkrijging waarvan uitlening van archiefbescheiden was verzocht, zonder uitlening kunnen worden verstrekt. 2 Een afwijzende beslissing krachtens het vorige lid kan door degene, aan wie de be heerder onmiddellijk ondergeschikt is, worden herzien indien de afwijzing onge grond wordt geacht. [214] Art. 25 De beheerder van een archiefbewaarplaats is verplicht desgevraagd tot enig onderzoek benodigde archiefbescheiden voor bepaalde tijd uit te lenen aan het overheidsorgaan, waaronder de archiefbescheiden, indien zij niet naar een archiefbewaarplaats worden overgebracht, zouden berusten, en waar een verblijfplaatsadministratie gevoerd wordt, tenzij de toestand van de archiefbescheiden voor de uitlening een beletsel vormt. [215]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1981 | | pagina 12