van statutenwijziging te houden. Dr. Van Hoboken verklaart dit niet nodig; wanneer bij stemming per artikel artikel 4 verworpen wordt, is het gehele voorstel verworpen. De voorzitter wijst de vergadering op de vereiste van een meerderheid van ten minste tweederde van de geldig uitgebrachte stemmen voor de aanneming van het voorstel. De presentielijst is getekend door 113 personen, zodat een tweederde meerderheid tenminste 75 stemmen dient te bedragen. Hierna brengt hij de nieuwe tekst van artikel 4 lid 1 in stemming, dat aangenomen wordt met 2 tegenstemmen en geen onthoudingen. Artikel 4 lid 2 wordt aangenomen zonder tegenstemmen of onthoudingen. Bij artikel 4 lid 3 vraagt drs. F. C. Berkenvelder of de passage 'hetzij in vaste of tij delijke dienst hetzij op arbeidsovereenkomst' voor 'werkzaam zijn bij' onder b wel of niet geschrapt wordt, en bepleit dit laatste omdat daardoor vrijwilligers toegela ten zouden kunnen worden, bijv. zegelbeschrijvers. De voorzitter verklaart zich tegen de toelating van vrijwilligers; in speciale gevallen zouden die door de algemene vergadering toegelaten kunnen worden. Dr. Van Hoboken stelt drs. Berkenvelder voor dan een amendement te formuleren om die passage te schrappen. De voorzitter brengt in stemming de vraag of artikel 4 lid 3 sub b in die geest geamendeerd moet worden. Daar slechts één stem daarvoor is, wordt het verworpen. Hierna brengt hij artikel 4 lid 3, mét in b de bewuste pas sage, in stemming. Tegen zijn 27 stemmen, er zijn 7 onthoudingen, 78 stemmen zijn vóór en een persoon heeft de vergadering verlaten. De voorzitter concludeert dat hiermee artikel 4 lid 3 statutair aangenomen is. Artikel 4 lid 4 wordt aangenomen zonder tegenstemmen of onthoudingen. Het voorstel tot wijziging van de artikelen 4 lid 5, artikel 5 tweede lid met aante kening dat op voorstel van mr. Downer de notaris dit nog zal bezien artikel 6 lid 1 en lid 3, artikel 7 onder a, artikel 11 lid 4, artikel 12 lid 2, artikel 13 lid 1 en lid 4 wordt zonder tegenstemmen of onthoudingen aangenomen. De nieuwe tekst van artikel 15 lid 1 wordt met één stem tegen en zonder onthoudin gen aangenomen, artikel 15 lid 2 wordt zonder tegenstemmen of onthoudingen aangenomen. Hierna stelt de voorzitter aan de orde de wijzigingen van de artikelen 6 en 10 van het Huishoudelijk Reglement, die zonder tegenstemmen of onthoudingen aangeno men worden. Dr. Van Hoboken dient daarop het voorstel in om in de statuten artikel 8 lid 1 te amenderen met 'die door de algemene vergadering worden gekozen uit die leden die de hoedanigheid van hoger of middelbaar archiefambtenaar bezitten'. Tevens dient hij een motie in, waarvan de tekst luidt: De leden van de Vereniging van Archivarissen in Nederland, in vergadering bijeen op 23 februari 1981 te 's-Gravenhage; gezien het bestuursvoorstel tot herziening van de statuten en het huishoudelijk re glement, vermeld onder punt 8 van de agenda; overwegende, dat hogere en middelbare archiefambtenaren bij uitsluiting bevoegd moeten worden geacht om te beraadslagen over zaken betreffende de archiefwet geving en de wetenschap der archivistiek; [102] dat, nu het bestuursvoorstel is aanvaard, in het belang van het Nederlandse archief wezen moet worden gewaarborgd, dat de behartiging van de bedoelde zaken uit sluitend aan hogere en middelbare archiefambtenaren wordt toevertrouwd; verzoekt het bestuur om op de eerstvolgende ledenvergadering te komen met een uitgewerkt voorstel tot het instellen van een sectie voor hogere en middelbare ar chiefambtenaren, aan welke sectie de behartiging van de meerbedoelde zaken wordt opgedragen; en gaat over tot de orde van de dag' (w.g.) W. J. van Hoboken. Hierna schorst de voorzitter de vergadering voor de lunchpauze. Na de heropening verklaart drs. Steijns principiële bezwaren te hebben tegen de uit sluiting van bepaalde categorieën leden van het passief kiesrecht en hij vraagt of dit ook niet in strijd is met het verenigingsrecht zoals dat vastgelegd is in Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. De heer C. R. Schoute ondersteunt dit bezwaar; ook hij wil geen leden die meer zijn dan andere leden. Dr. Ketelaar zou het betreuren als het bestuur opdracht zou krijgen een voorstel in die richting uit te werken. Overigens zou die uitsluiting hoe onwenselijk z.i. ook volgens het verenigingsrecht wel toelaatbaar zijn. Dr. Van Hoboken benadrukt nog eens dat de vertegenwoordigers van de secties al léén een adviserende stem in het bestuur dienen te hebben. De voorzitter zegt toe het amendement eerst in het bestuur te bestuderen, waarna e- zo spoedig mogelijk op teruggekomen zal worden. De tekst van de motie leest hij nogmaals voor, waarna deze in stemming gebracht wordt. Daar slechts 12 stemmen vóór zijn bij twee onthoudingen, wordt deze verworpen. Mr. Downer stelt voor in artikel 1 lid 1 de naam van de vereniging te wijzigen in 'Vereniging van Archiefmedewerkers in Nederland'. De voorzitter zegt toe dat het bestuur zich hierover zal beraden. Dr. Van Hoboken suggereert de naam 'Vereni ging het Nederlandse Archiefwezen'; de voorzitter zegt toe dit in de beraadslaging mede te zullen betrekken. Tenslotte vraagt de voorzitter of de vergadering het bestuur machtiging wil verle nen wijzigingen van redactionele aard aan te mogen brengen als de notaris die wen selijk acht. De vergadering verleent deze machtiging. 9. Het bestuursvoorstel om mw. Soemartini, directeur van het Arsip National van de republiek Indonesia, te benoemen tot corresponderend lid, wordt aanvaard. 10. Mededelingen over de voortgang van de werkzaamheden van de commissie nota ar- chiefbeleid: daar de vertegenwoordiger van de VAN in deze commissie, drs. B. Woelderink, verhinderd is deze vergadering bij te wonen, is de vertegenwoordiger van de Landelijke Kring in de commissie, drs. Van Albada, bereid gevonden deze te doen. Hij verklaart dat sedert de verzending van de interimnota in december 1978 over een veelheid aan onderwerpen gesproken is. Er is enige vertraging ontstaan door langdurige besprekingen 'in het veld', waarbij veel kritiek geuit werd. Na de zomer van 1979 werd opnieuw gestart; binnenkort zal de 26e vergadering gehouden wor den. De Staatssecretaris van CRM is zijn mening gevraagd over een drietal varian- [103]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1981 | | pagina 4