Aanbieding van het CRM-advies inzake de Centrale ArchieJ Selectiedienst Op 9 december 1980 overhandigde Staatssecretaris G. C. Wallis de Vries van CRM een onlangs uitgebracht advies over een Centrale Archief Selectiedienst aan zijn ambtge noot van Binnenlandse Zaken, mr. H. E. Koning. Plaats van handeling was het Alge meen Rijksarchief. De Algemene Rijksarchivaris, mr. A. E. M. Ribberink, sprak een kort welkomstwoord. De heer Wallis de Vries wees allereerst op het feit, dat de Centrale Archief Selectie dienst uit nood is geboren: de capaciteit van het Algemeen Rijksarchief is max. 200 km archief, terwijl er nog 300 km aan archiefbescheiden terecht moet komen al kan daar van een groot deel worden vernietigd. Dat opschonen zou eigenlijk op de departemen ten zelf moeten plaatsvinden maar van een regelmatige en systematische bewerking is, zoals uit een onderzoek van de archiefinspectie blijkt, op dit moment nog geen sprake. De Regering heeft gemeend dit vraagstuk radicaal aan te pakken en zal het advies van de Rijksarchiefdienst volgen om in Winschoten een Centrale Archief Selectiedienst te vestigen. Werklozen uit de regio kunnen daar straks, na omscholing en verdere vor ming, aan de hand van officiële lijsten, voorlopige bestanden aanleggen van staatsstuk ken die vernietigd kunnen worden. De Staatssecretaris vatte de activiteit van het archiveren als volgt samen: het overleve ren aan het nageslacht van een beeld van onze samenleving, maar niet alles wat erover is geschreven. Staatssecretaris Koning dook in de voorgeschiedenis van de nieuwe rijksdienst, waarbij hij het loffelijk initiatief van de toenmalige plv. secretaris-generaal Mostert memoreer de. Diens idee kwam erop neer dat de achterstand in de verwerking van de rijksarchie ven ingelopen zou worden door werklozen in te schakelen. De heer Koning was zeer er kentelijk voor de bijstand die de rijksarchiefinspectie gaat verlenen bij het omscholen van de toekomstige medewerkers in Winschoten. Burgemeester T. J. Koek van de gemeente Winschoten achtte het een goede zaak, dat na de zorgelijke berichten over zijn regio, nu eens een positief geluid te horen was. Voor wat betreft het aanbod van personeel zag hij geen enkel probleem, noch wat de kwaliteit noch wat de kwantiteit van de nieuwe werknemers betreft. Hij hoopte ten slotte dat ook andere toezeggingen zoals het Scheepvaart Dollard kanaal en andere verbeteringen van de infrastructuur, gerealiseerd zullen worden, wat een ver dere positieve inpuls zal geven aan het gebied1. 1 Zie ook Trefpunt van januari 1981 blz. 11-12. Toespraak van de staatssecretaris van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk Waarde ambtgenoot, geachte aanwezigen! De Centrale Archief Selectiedienst is uit nood geboren. De depots van dit nieuwe gebouw van het Algemeen Rijksarchief kun nen maximaal 200 km archiefbescheiden omvatten. De rijksadministratie bezit momen teel, aldus de uitkomst van een enquête, 300 km aan archiefbescheiden, welke voor het grootste deel hier terecht zullen komen ware het niet, dat veel daarvan vernietigd kan worden. De veertien departementen dienen zelf zorg te dragen voor hun archieven. Dit betekent, dat de geordende archieven op bewaren of vernietigen moeten worden geselecteerd. De Archiefwet 1962 bepaalt de overdracht van de 50 jaar oude archieven aan de archief bewaarplaatsen. De departementen zouden derhalve nu bezig moeten zijn de overbren ging van de bescheiden voor het jaar 1930 voor te bereiden. De praktijk, of eigenlijk de archiefinspectie, toonde echter aan, dat bij de semi-statische departementsarchieven nog allerminst sprake is van een regelmatige systematische bewerking van dit niet- actuele archiefgedeelte. Er is sprake van een grote werkachterstand bij de afdelingen post- en archiefzaken. Als voornaamste oorzaak moet worden genoemd het tekort aan deskundige selecteurs en inventarisators in de semi-statische archiefsector. Om hierin te voorzien organiseerde de rijksarchiefinspectie, in loffelijke samenwerking met de Vereniging van overheidsregistratoren, de S.O.D., sinds 1974 cursussen Voort gezette Vorming Archiefbeheer. Desondanks is er vooral in de rijkssector nog steeds een grote behoefte aan gespecialiseerde archiefmedewerkers. De regering heeft gemeend dit vraagstuk radicaal te moeten aanpakken. Ik ben mij er zeer wel van bewust, dat vele vakmensen enige twijfel hebben over het welslagen van de Centrale Archief Selectiedienst. Kunnen 200 mensen die werkloos waren, die geen ar chiefervaring hebben, bij het inhalen van de achterstand worden ingeschakeld? En zo vraagt men zich af wat komt er van de archieven terecht? Tussen de Ministeries van Binnenlandse Zaken en CRM werd al in 1975 een afspraak gemaakt, dat de rijksarchiefdienst een advies zou uitbrengen over de vakmatige kant van deze zaak. Dat advies ligt nu voor mij. Het advies bevat aanwijzingen voor de werkwijze met niet in het archiefvak geschool den. Het bevat voorts een plan voor de introductie, de omscholing en de verdere vor ming van de toekomstige medewerkers. Ook de werkmethoden, de organisatie, taak- indeling en functieomschrijvingen worden uitvoerig belicht. De scholing van de medewerkers stelt de leiding van deze nieuwe dienst voor een zware opgave. Deze mensen hebben geen ervaring met archiefwerkzaamheden. De meesten zullen slechts een vaag idee hebben wat een overheidsarchief inhoudt. Hen daarmede bekend maken is niet zo moeilijk. Moeilijker is hen de selectie van de archieven in te vernietigen en te bewaren stukken te laten uitvoeren. [17] [16]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1981 | | pagina 13