De heer T. Wiegman, middelbaar archiefambtenaar ter gemeentesecretarie van Ensche de, merkt op dat de archivarissen vroeger vrijwel alleen wetenschappers waren, maar thans ook meer oog hebben voor de technische kanten van het materiaal waarmee ze om gaan, al gaapt er nog een kloof. Ook zijn er moderne methoden van archiefonder zoek ontwikkeld. Hij bepleit dat leden van de SOD tevens lid van de VAN kunnen wor den en dat er in de toekomst een integratie van de opleidingen plaats zal vinden. Drs. B. Woelderink bepleit een peiling van de mening van alle leden. Hij steunt overi gens de nota van het bestuur en verklaart zich voor een brede openstelling voor alle soorten van beheerders van documentatieverzamelingen in de meest ruime zin, alsmede voor leden van SOD en NVBA. Mr. T. N. Schelhaas verklaart zich daartegen; z.i. moet de VAN een vereniging blijven voor het beheer van archieven. Het gebruik en openstellen van archieven wordt steeds belangrijker. De voorzitter resumeert de meningen i.v.m. een toekomstige statutenwijziging, maar wil toch nog wat meer weten over de behoefte aan complete openstelling van de vereni ging en de behoefte aan een enquête hierover onder de leden. Eerst later kunnen dan toelatingseisen en de wenselijkheid van een federatie met 'De Topografisch-Historische Atlas' en de Vereniging van archiefrestauratoren aan de orde komen. Dr. W. J. van Hoboken bepleit éérst een enquête te houden. Dit wordt echter sterk bestreden door dr. Ketelaar, die vreest dat die de standpunten alleen zal verharden. Dr. Van Hoboken meent dat het weinig zin heeft voor slechts een paar leden extra heel de structuur van de VAN op zijn kop te zetten. De voorzitter benadrukt dat er nü wat moet gebeuren. Hij denkt met een enquête wei nig te zullen kunnen doen. Drs. Caminada wil éérst een peiling bij de THA en VAR. Door de voorzitter wordt nogmaals benadrukt dat er nu al iets uit de vergadering zal moeten komen. Daarom brengt hij het voorstel tot het houden van een enquête in stemming. 13 leden stemmen er vóór, een grote meerderheid wenst echter geen enquête. De voorzitter concludeert daaruit dat het bestuur thans als taak krijgt de zaak nader uit te werken en op een volgende vergadering met verdergaande voorstellen te komen. Hierna niets meer aan de orde zijnde sluit hij de vergadering om 12.30 uur. De presentielijst werd door 109 personen getekend. Voor het middagprogramma waren er eerst een viertal bezichtigingen georganiseerd, te weten van het Rijksarchief in Overijssel, het gemeentearchief van Zwolle, de ten toonstelling '750 jaar Zwolle in archiefstukken' in het gemeentearchief en de ten toonstelling Thuis in de late middeleeuwen, het Nederlands burgerinterieur van 1400 tot 1535 in het Provinciaal Overijssels Museum. De dag werd besloten met de aanbie ding door het gemeentebestuur van Zwolle aan de leden van een ontvangst in de burger zaal van het nieuwe stadhuis, gevolgd door een rondleiding door het stadhuis met een diapresentatie over de stad. Door de voorzitter werd aan de burgemeester overhandigd een gebonden exemplaar van het aan prof. Van der Gouw aangeboden derde nummer van het Archievenblad 1980. In memoriam W. Zondervan Eind augustus 1980 overleed te Zutphen de heer W. Zondervan, oud-streekarchivaris van De Liemers en Doesburg. De heer Zondervan was, met name in het Gelderse, een bekende en geziene persoonlijkheid, zozeer zelfs, dat na zijn overlijden de eerste reactie van een van de collega's was: 'zonder Zondervan is het Gelderse archiefwezen niet meer wat het geweest is'. Dat hij een dergelijke plaats binnen het archiefbestel zou gaan innemen, liet zich in zijn jonge jaren niet aanzien. Hij werd op 22 mei 1909 te Zutphen geboren, waar hij ook zijn jeugd doorbracht. Weliswaar was hij als jongeman historisch geïnteresseerd, maar, uitblinker als hij op de H.B.S. was in de exacte vakken, ging hij in 1926 schei kunde studeren aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam. Op den duur bevre digde deze studie hem echter niet en, gedreven door zijn historische en bibliografische interesse, verliet hij in 1933 de universiteit en was sindsdien werkzaam in de boekhandel en uitgeverij. In 1950 keerde hij terug naar zijn vaderstad Zutphen en begon op het gemeentearchief aldaar onder leiding van de archivaris mevrouw M. M. Doornink-Hoogenraad een sta ge, welke hij in maart 1952 afrondde door het diploma archiefambtenaar tweede klasse te behalen. Het bleek echter niet eenvoudig om passend werk te vinden. Daarom werkte Zondervan voorlopig een dag per week als ambtenaar van de gemeente Doesburg, ter wijl hij de overige tijd besteedde aan een aantal tijdelijke inventarisatieprojecten in Gel derland onder auspiciën van de provinciale archiefinspectie en aan werkzaamheden op het Zutphense gemeentearchief. Uit deze periode stamt een aantal inventarissen van zijn hand van kleinere Zutphense archieven en van archieven van de gemeenten Didam, Hoevelaken en Zevenaar en de zeepolder Arkemheen; bovendien verrichtte hij in Zutphen veel indiceerwerk. Per 1 februari 1959 werd hij benoemd tot archivaris van het nieuw opgerichte streekar- chivariaat De Liemers en Doesburg. Op dit nieuwe streekarchivariaat kwamen zijn ca- [525] [524]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1981 | | pagina 15