vonden, toen de hem onwelgevallige profetieën van Jeremia werden voorgelezen (Jere- mia 36 32 en volgende): 'De koning nu was gezeten in het winterpaleis in de negende maand met het vuurbekken voor zich. En telkens als Jehudi drie of vier kolommen gelezen had, sneed de koning ze met een schrijversmes af en wierp ze in het vuur, totdat de gehele rol verteerd was in het vuur, dat in het bekken was.' Zo zijn we dan nu rond we hebben de munimenta en de monumenta zien komen, we hebben gezien dat ze op alle mogelijke manieren veranderen we hebben ook nog eens gezien hoe ze weer verdwijnen, nog voordat de historicus ze voor zijn edel handwerk, namelijk de waarheid aan het licht te brengen, kan gebruiken. Het behoort tot de voorrechten van de docent, die zijn afscheidscollege geeft, dat hij ook iets persoonlijks mag zeggen. Ik ben in 1936 als schoolmeester ten behoeve van mijn geschiedenislessen in archieven gaan werken omdat het gebruikelijke geschiedenis onderwijs mij niet aanstond. Dat heeft tot gevolg gehad, dat ik na herhaald aandringen in 1938 als onbezoldigd part-time stagiaire toegelaten ben op het Rijksarchief in 's- Hertogenbosch. Dat onderwijs meer is dan kennis overbrengen, heb ik daar nog eens bevestigd gevonden. In Den Bosch heb ik het onschatbare geluk gehad in handen te vallen van de meest rechtlijnige en bekwaamste mentor, die men zich maar kan voor stellen, de rijksarchivaris mr. J. P. W. A. Smit. Aan deze man, die ook door zijn hou ding tegenover het werk en door zijn plichtsbetrachting tegenover zijn leerlingen voor mij altijd een voorbeeld is gebleven, denk ik op het moment dat ik mijn taak beëindig. Hij was zè vervuld van wat hem in het archiefwerk voor ogen stond en hij ons als zijn leerlingen voor ogen stelde, namelijk wars van propaganda en image-building zoeken naar de waarheid, dat hij er zelfs sonnetten over maakte. Bij wijze van eerbetoon aan mijn eerste leermeester in het vak, dat mijn leven zozeer heeft verrijkt, al heb ik dan de roeping van mijn jeugdjaren gemist, wil ik u tot slot zo'n gedicht voorlezen. Het heet: Het Resolutieboek De dorpsklerk heeft het schrijfambt jarenlang bekleed, Sinds hem de veeren pen werd in de hand gegeven. Dat plechtig oogenblik is steeds hem bijgebleven En vóór in 't resolutieboek schreef hij zijn eed. Dit boek bevat het werk, dat hij het liefste deed; Hij heeft het blad voor blad in één drift volgeschreven, Tot hem door hartgebrek de nette hand ging beven; Dat deed hem meer dan 't aanstaand scheiden leed. Het boek van hard- en zachtheid beide is beticht, Al is zijn schrijver op den achtergrond gebleven. Hij dacht aan 't werk en deed zijn dagelijksche plicht. En, wat de toekomst brengt, was hem wellicht om 't even. Nu schrijft hij 't laatste blad en sluit het boekdeel dicht. En tegelijk voorziet hij 't einde van zijn leven. Professor Van de Kieft overhandigt het in perkament gebonden exemplaar van Scrinium et Scrip- tura aan professor Van der Gouw. Foto W. P. J. Arzbach. Vervolgens werd de scheidende hoogleraar toegesproken door prof. dr. J. W. Smit namens de Universiteit en de faculteit der Letteren in het bijzonder, door de algemene rijksarchivaris mr. A. E. M. Ribberink, wiens rede hierachter is afgedrukt, door mevrouw Anja Wijnen namens de studenten en door prof. dr. C. van de Kieft. Laatst genoemde bood het Album Amicorum aan, dat tevens is verschenen als derde afleve ring van het Nederlands Archievenblad van dit jaar. Het overhandigde exemplaar was zeer fraai in perkament ingebonden door de heer G. A. de Graaf, restaurator aan het rijksarchief in Utrecht. Professor Van de Kieft betuigde zijn spijt dat mevrouw Van der Gouw wegens ziekte niet aanwezig kon zijn en wees op de sterke persoonlijkheid van zijn collega proximus, die in commissies altijd zeer merkbaar aanwezig was. Spreker bedankte de voorzitter van de Vereniging van Archivarissen in Nederland en de redacteur van het Archieven blad voor hun aandeel in het tot stand komen van de bundel en getuigde van vertrou wen in de opvolger van dr. Van der Gouw als hoogleraar, de rijksarchivaris in Utrecht dr. C. Dekker. [514] [515]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1981 | | pagina 10