In de tweede plaats is niet iedere openbaarmaking van een werk een au teursrechtelijke openbaarmaking (zie 2.1.2.-3.), noch is, in de derde plaats, iedere auteursrechtelijke openbaarmaking ongeoorloofd (zie 2.7.4.-5.)- In de vierde plaats laat de Auteurswet 1912 in bepaalde gevallen verveelvou diging van een werk toe: zie 2.8. 2.7. O penbaarmaken 2.7.1. Onder openbaarmaking van een werk valt ook (zie 1.5.2.1.) de verbrei ding van het werk of de verbreiding van een verveelvoudiging van het werk, zolang het niet in druk verschenen is. Wanneer iemand dus een in de archiefbewaarplaats berustend stuk waarop auteursrecht rust (en dit is, zoals gezegd, lang niet altijd het geval) kopieert en deze kopie ver breidt, pleegt hij ongeoorloofde openbaarmaking. Ook het kopiëren zelf kan ongeoorloofd zijn: zie hierna onder het verveelvoudigen. 2.7.2. Voorstelling in het archiefgebouw Als voordracht, op- of uitvoering of voorstelling in het openbaar geldt niet (zie 1.5.2.3. en 1.5.2.4.) die welke uitsluitend dient tot het onderwijs (voor zover de voordracht enz. deel uitmaakt van het leerplan) of tot een wetenschappelijk doel. In artikel 12, derde lid, van de Auteurswet 1912 is alleen sprake van voordracht, op- of uitvoering of voorstelling, niet van een tentoonstelling. Gezien de ratio van de bepaling lijkt het mij echter gerechtvaardigd ook een tentoonstelling welke uitsluitend dient tot het onderwijs enz. of tot een wetenschappelijk doel dus voor een wetenschappelijk, kritisch gezelschap niet te begrijpen onder een voor dracht enz. in het openbaar. Foto's, films, tekeningen, brieven enz. waarop auteursrecht rust, mogen m.i. daarom zonder toestemming van de maker of diens rechtverkrijgen den geëxposeerd dan wel vertoond worden in het archiefgebouw: zulk een voorstelling kan immers geacht worden te dienen tot een weten schappelijk doel. Of de voorstelling in het archiefgebouw in besloten of open kring wordt gehouden doet dan niet ter zake. Een expositie of filmvoorstelling voor een klas die in schooltijd het ar chiefgebouw bezoekt kan deel uitmaken van het leerplan (wanneer der gelijke demonstraties daarin voorzien zijn) en dus geoorloofd zijn. Wat precies onder 'deel uitmaken van het leerplan' moet worden verstaan, zal eerst door de rechtspraak verduidelijkt kunnen worden. Een expo sitie of filmvoorstelling voor leden van een historische vereniging is ge oorloofd indien zij dient tot een wetenschappelijk doel. Of daarvan sprake is, hangt af van de omstandigheden. Ook op dit punt zal de rechtspraak de nodige precisering kunnen geven. Overigens moet men erop bedacht zijn dat, wanneer een film wordt vertoond onder het ten gehore brengen van op een afzonderlijke plaat of band vastgelegde muziekfragmenten, zich het geval kan voordoen dat op de film geen auteursrecht (meer) rust, terwijl de muziekuitvoering ongeoorloofd is. Soms zelfs dubbel on- geoorloofd: na een ongeoorloofde verveelvoudiging heeft ook een onge oorloofde openbaarmaking plaats. 2.7.3. Uitlening van archiefbescheiden enz. voor een tentoonstelling of voor stelling buiten het archiefgebouw zal, gesteld al dat dit onder openbaar making valt, ook geacht kunnen worden te dienen tot een wetenschappe lijk doel en zal dus auteursrechtelijk geoorloofd zijn. Er geldt dus voor een voordracht, voorstelling enz. die dient tot een wetenschappelijk doel geen beperking tot vertoning 'within the premises' (zoals bv. geldt in het British Institute of recorded sound). 2.7.4.1. Laat ons hetgeen vermeld is in 1.8.5. over openbaarmaking van een ver veelvoudiging van een blijvend aan de openbare weg zichtbaar gesteld beeldhouw- of bouwwerk vóór en na 7 januari 1973, op een concreet ge val toepassen. In het door de gemeentelijke archiefdienst van Rotterdam, namens het Historisch genootschap Roterodamum, uitgegeven (vóór de inwerking treding van de herziening van de Auteurswet 1912) boek 'Standbeelden, monumenten en sculpturen in Rotterdam' zijn foto's opgenomen van een groot aantal beeldhouwwerken die op of aan de openbare weg blijvend zichtbaar zijn opgesteld. Dit boek mag men blijven verkopen. Ook een eventuele volgende druk in geheel dezelfde vorm is geoorloofd. Het in een nieuwe druk opnemen van nieuwe foto's van thans bestaande beel den is, zonder toestemming van de rechthebbende (in bepaalde gevallen kan de gemeente als zodanig gelden zie 1.4.2.) ongeoorloofd. De foto graaf heeft overigens auteursrecht op de vervaardigde foto's. In dit ge val is het een fotograaf van de gemeentelijke archiefdienst, zodat het auteursrecht op de foto's toekomt aan de gemeente. 2.7.4.2. Een ander geval is dat waarin de archiefdienst opdracht geeft aan een tekenaar om een bepaald bouwwerk te tekenen. De tekening wordt ver volgens in het jaarverslag van de archiefdienst gepubliceerd. Zonder toe stemming van de rechthebbende op het auteursrecht op het bouwwerk en zonder toestemming van de rechthebbende op het auteursrecht op de tekening is zulks niet geoorloofd. De rechthebbenden kunnen bij of na het aanvaarden van hun opdracht het auteursrecht hebben overgedragen of een licentie hebben verstrekt. In het geval van een opdracht door de archiefdienst is het geraden het auteursrecht te doen overdragen, daar dan alle rechten aan de gemeente toekomen (ook bv. inzake com mercieel gebruik van de vervaardigde prent). Levert dit problemen, dan is in elk geval een licentie tot openbaarmaking en verveelvoudiging voor wetenschappelijke doeleinden (waarbij dan uitdrukkelijk te vermel den publikatie in een door de gemeente uit te geven werk) aan te raden. Ontbreken van een uitdrukkelijke licentie hoeft geen ramp te zijn: onder omstandigheden kan een stilzwijgende licentie worden aangenomen. [282] [283

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1973 | | pagina 22