De Archiefraad heeft in zijn advies nr. 53 d.d. 10 april 1973 de staatsse
cretaris van cultuur, recreatie en maatschappelijk werk verzocht te be
vorderen dat de Raad over de formulering van een dergelijke algemene
maatregel van bestuur wordt gehoord.
1.6. Duur en overgang van het auteursrecht
1.6.1. Het auteursrecht vervalt door verloop van 50 jaar, te rekenen van de eer
ste januari van het jaar volgende op het sterfjaar van de maker (artikel
37).
Wanneer de maker niet is aangeduid of in het geval als maker een open
bare instelling, een vereniging, stichting of vennootschap wordt aange
merkt, vervalt het auteursrecht door verloop van 50 jaren te rekenen van
de eerste januari van het jaar volgende op dat waarin de eerste open
baarmaking door of vanwege de rechthebbende heeft plaats gehad (arti
kel 38).
1.6.2. Overgang van het auteursrecht
Het auteursrecht van de maker gaat door erfopvolging over op zijn erf
genamen. Zij kunnen het auteursrecht dan nog 50 jaar na het sterfjaar
van de maker uitoefenen. Het kan ook worden verpand, in vruchtgebruik
worden gegeven en overgedragen worden. De overdracht (die, zoals in
1.2.2. is vermeld, los staat van de overdracht van de eigendom van het
'stoffelijke' werk) dient te geschieden bij authentieke of onderhandse ak
te (artikel 2).
De inhoud van deze akte is in beginsel vrij. Het auteursrecht kan geheel
of gedeeltelijk (b.v. alleen overdracht voor de uitgave in de Nederlandse
taal of alleen ten aanzien van bepaalde wijzen van openbaarmaking of
verveelvoudiging) worden overgedragen.
1.6.3. Licentie
Men kan een ander ook vergunning tot het verrichten van bepaalde han
delingen verlenen, zonder het auteursrecht geheel of gedeeltelijk over te
dragen. Dit noemt men een licentie. Een licentie kan uitdrukkelijk of stil
zwijgend worden verleend.
1.6.4. Droit moral
De maker heeft, zelfs nadat hij het auteursrecht heeft overgedragen, be
paalde rechten (artikel 25). Hij heeft o.m. het recht zich te verzetten tegen
openbaarmaking van het werk onder een andere naam dan de zijne, tegen
het aanbrengen van een wijziging in de titel van het werk en tegen elke
andere wijziging (dit laatste tenzij de wijziging zodanig is dat verzet er
tegen in strijd zou zijn met de redelijkheid). Hij behoudt het recht zich
te verzetten tegen elke aantasting van het werk welke nadeel zou kunnen
toebrengen aan de eer of de naam van de maker. Deze rechten komen
na het overlijden van de maker, tot het moment waarop het auteursrecht
vervalt, toe aan de door de maker bij testament of codicil aangewezene.
[270
Van de twee eerstgenoemde rechten kan afstand worden gedaan, voor
zover het het wijzigen in het werk of in de benaming daarvan betreft.
Ook na overdracht van het auteursrecht blijft de maker bevoegd in het
werk zodanige wijzigingen aan te brengen als hem naar de regels van het
maatschappelijk verkeer te goeder trouw vrijstaan. Zolang het auteurs
recht voortduurt komt gelijke bevoegdheid toe aan de door de maker bij
testament of codicil aangewezene, als redelijkerwijs aannemelijk is dat
ook de maker die wijzigingen zou hebben goedgekeurd.
1.7. Handhaving van het auteursrecht
1.7.1. Voor de verjaring van civiele acties ook die wegens inbreuk op het
auteursrecht geldt een termijn van 30 jaar. Het auteursrecht blijft ech
ter onveranderd op het werk rusten, behoudens de tijdsbegrenzing van 50
jaar. De maker of diens rechtverkrijgende zal zich dus wel tegen een nieu
we inbreuk kunnen verzetten.
1.7.2. Het auteursrecht kan gehandhaafd worden met behulp van burgerrechte
lijke acties (artikel 26-30). Daarnaast kent de wet een aantal strafsancties
(artikel 31-37). Degene die opzettelijk inbreuk maakt op een anders au
teursrecht wordt gestraft met gevangenisstraf van maximaal 6 maanden
of met een geldboete van ten hoogste 25.000,Voorheen kon de straf
vervolging alleen op klacht van de rechthebbende op het auteursrecht
worden ingesteld. Deze beperking is nu vervallen.
1.7.3. De gewijzigde Auteurswet kent thans in artikel 36a de strafrechtelijke
aansprakelijkheid van een rechtspersoon, vennootschap, vereniging - niet-
rechtspersoon of doelvermogen (stichting). Dit artikel sluit aan bij soort
gelijke bepalingen in andere wetten. Wanneer het strafbare feit (opzette
lijke inbreuk op het auteursrecht) wordt begaan door personen die uit
hoofde van een dienstbetrekking hetzij uit anderen hoofde handelen in de
sfeer van die rechtspersoon enz., wordt het strafbare feit beschouwd be
gaan te zijn door de rechtspersoon. De strafvervolging kan dan worden
ingesteld en de straffen en maatregelen kunnen dan uitgesproken worden
hetzij tegen die rechtspersoon hetzij tegen degenen die tot het feit op
dracht hebben gegeven of die feitelijk de leiding hebben gehad bij het ver
boden handelen of nalaten, hetzij tegen beiden.
1.7.4. Vóór in een boek ziet men wel staan: 'Niets van deze uitgave mag worden
verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, foto
kopie, microfilm of op welke andere wijze ook zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van de uitgever.'
Deze zinsnede heeft auteursrechtelijk geen betekenis 2. Ook volgens het
2 Anders is het gesteld met de zg. copyright-notice: het teken vergezeld van de vermel
ding van de naam van de rechthebbende op het auteursrecht en het jaar van de eerste
openbaarmaking. Deze notice is van belang voor de bescherming van werken in landen
die niet de Berner conventie, maar wel de Universele auteursrechtconventie hebben onder
tekend, zoals de U.S.A. en, sinds juni 1973, de U.S.S.R.
[271