rouwd£vormen van r— -s— ,erS'a!" ™rd' Jhr. mr. Sandberg informeert of er een toelage-regeling komt voor ambtenaren, die het archiefcongres in Madrid willen bijwonen. De voorzitter vreest, dat er in dat opzicht nu van het Rijk weinig te verwachten valt. Mr. K. Schaap merkt op, dat kleine gemeente-archieven vaak te maken krijgen met archeologische problemen. Zou de vereniging niet een archeologische cursus kunnen organiseren? De R.O.B. heeft blijkbaar geen gelegenheid in dit opzicht iets te doen. De voorzitter antwoordt, dat ook dit misschien iets voor de studie dagen is. Mr. Schaap meent, dat de universiteiten voor vragenlijsten aan archivarissen over leg moeten plegen. De vragen door prof. Van der Kieft gesteld, hadden hem en meerdere collegae veel moeite bezorgd. De voorzitter acht het van veel belang, dat de archiefdienst aan onderzoekingen als die van prof. Van der Kieft alle mede werking verleent. Indien nodig zal men de dienstverlening aan het middelbaar on derwijs of aan verenigingen daarvoor dienen in te krimpen. Er zijn overigens reeds voortreffelijke antwoorden van collegae op de gestelde vragen binnengekomen. Dr. Brekelmans informeert naar datum en tijd van de volgende vergadering. Dr. Pirenne stelt voor een bezoek te brengen aan de Universiteitsbibliotheek te Nijmegen, Van Emstede denkt aan Philips in Eindhoven. De voorzitter bedankt voor deze suggesties en sluit de vergadering om 3.15 uur. Drs. P. J. Mey geeft daarop een overzicht over de bouwgeschiedenis van het tegen woordige rijksarchief en wijst op enige technische bijzonderheden van dit gebouw. Drs. G. J. Mentink geeft een korte toelichting op de expositie 'Facetten van de Gelderse geschiedenis van de 13e eeuw tot 1795', waarop de vergadering in groe pen gebouw en tentoonstelling bezichtigt en bewondert. Jaarrede van de Voorzitter Dames en heren, Het gebruik wil, dat de voorzitter van Uw vereniging in de voorjaarsvergadering een overzicht levert van het afgelopen jaar. De vaderlandse drift, die iedere lente tot schoonmaak dwingt, zal de oorsprong zijn van deze schouw, welke ook dit maal moet staan in het teken van bezinning. Op 31 januari j.l. trad immers dr. Panhuysen af als rijksarchivaris in Limburg; een gebeurtenis, die min of meer ook als het einde van een na-oorlogse belang rijke ontwikkelingsfase kan worden gezien. Als vice-voorzitter en voorzitter van de vereniging en als voorzitter en lid van archiefwetcommissies had Panhuysen in de jaren 1939 tot 1961 een groot aandeel in de ontwikkelingen binnen het ne- derlandse archiefwezen. Met betrekking tot zijn voorzitterschap in de jaren 1953 tot 1961, sprak Formsma, een van de andere groten uit wat men oneerbiedig de oude generatie kan noemen, in januari 1966 terecht van de dynamische periode Panhuysen. De inspectie van de nog niet overgedragen archieven en de daarmede gepaard gaande actualisering van het ambt van archivaris, waar de nu afgetreden Limburgse rijksarchivaris jaren lang voor pleitte, is op vele plaatsen reedïTere! liseerd en het Archievenblad 1967 kon een verslag bevatten over de goede -uT taten, welke sinds 1961 in deze te Rotterdam werden bereikt. De archiefwet 962 - we eens de Lex Panhuysen genoemd waarin deze inspectie foTmeel ls vastgelegd zal, naar men zegt, met 1 mei a.s. in werking treden Z vin BuvtnS nU m een VOlgende fase' De actuali-ing van het ambt wijzigt de erudiete^ eeleerd °0Uda °P Wj het bibliotheekwezen manager. J V6rVangen Werd en wordt door de bibliothecaris- Voor het beroepsbeeld van de archivaris nieuwe stijl levert de rede van de minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk dr. Klompé op zaterdag 25 no zoïlslz "I, J h'J d' °Pening Van dit nieuwe Arnhemse rijksarchiefgebouw patroon Staatscourant van 28 november j.l., een grond- De minister ziet het plichtenpakket van de archivaris driedelig: dienstverlening aan de a<tainia""ie- Sn°Zndba?i r° r" Harct,iev;n met de ai da°niet jn bekend, al zal met ieder archivaris zich de lof horen toezwaaien dat ziin cójwaTZ Z J,0' M° Tderde" Va" he' 8escl™dk»°<li8 instituut, zoal, collega dr. De Jong b, z„„ afsche.d al, gemeente-archivaris van Nijmegen on 29 februari j.l. van prof. Rogier vernam P dlfhei11^86 °ntWikkeIingen is actieve s*eun aan het universitaire scriptiewerk suggereren van handzame onderwerpen en het assisteren van de begin ners een plicht, die profijtehjke resultaten kan leveren, zoals het geval was met de door het gemeente-archief van Arnhem uitgegeven doctoraalscriptie Van W geschiedenis van de arbeidersbeweging in Arnhem in de 2de helft van de 19de eeuw; welk gemeente-archief ons in 1967 in de reeks teksten en documenten n het instituut van Middeleeuwse geschiedenis te Utrecht verraste met de stadsrekeningen van Arnhem. Scripties kunnen naast de andere loot - de Rotterdamse die voor U in het Wanneer in het kader van de inspectie van de nog niet overgedragen archieven bewarem "d, Üg VCr?'f)g',ngSbeleid Wie niet kan vernietigen, weet niet te admln 7 W" 'J br°nnen Waarin de rechten en de ontwikkeling van dmimstraties en diensten liggen vervat, blootgelegd en toegankelijk gemaakt die'wdU ht StUdr gCdlend W°rden met handzame' actuele studie-onderwerpen, ie wellicht voor later tot dissertaties noden, en is de administratie gediend door dielltbit611 b!S?hnjVmgen van recente ontwikkelingen op bestuursgebied; een t2] [3]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1968 | | pagina 5