andere vraagstukken in contact met Lord Chancellor's Office, the Keeper of Public Records en de onderscheidene functionarissen en archiefbeheerders op te lossen is aan het P.R.O. een nieuwe post gecreëerd en een nieuwe functionaris benoemd. Jean M. Imray weerlegt aan de hand van uitvoerige studie in de Acts of Court of the Mercers' Company de mening van miss L. Lyell, dat de Merchant Adventurers in 1527 hun hoofdkwartier van Londen naar het continent verplaatsten. Weliswaar is er een leemte in de gegevens over hun Londens ver blijf van 1526 tot 1553, maar van dat jaar tot 1666 geeft het artikel, getiteld: The merchant adventurers and their records, allerlei bijzonderheden. Dorothy M. Owen geeft enige gedachten over en voorbeelden van beschrijving te gebruiken bij het inventariseren van kerkelijke archieven. W. H. Langwell beschrijft Postlip duplex lamination, hetzij volgens de Barrow-methode met hoge tempera tuur, hetzij volgens enige methoden, waarbij geen verwarming nodig is. Degenen, die zich met deze materie bezig houden, doen er goed aan dit uitvoerige artikel zelf te raadplegen. The Iconography of archives werd in deze aflevering tot onze spijt niet voortgezet. In beide afleveringen de gebruikelijke shorter communications, notes and news, reviews en the society's chronicle. Hieruit stippen we het bericht aan van de Kentse archivaris Felix Hull over een van de zeldzame gevallen, dat een Britse archivaris ambtelijk een archief in handen krijgt, dat geheel betrekking heeft op een ander Europees land. Zulks overkwam de berichtgever met de familiepapieren Von Anacker uit het keizerlijke Oostenrijk. J. H. v. d. HO S.A. Argiefblad S.A. Archives Journal 1964 noemt als belangrijke gebeurtenissen voor het Zuid-Afrikaanse archiefwezen de toekenning van zelfbestuur aan de Transkei op 1 november 1963 en de overzeese reis van de directeur der Archieven, dr. A. Kieser, van mei tot september 1964 ter bestudering van de archiefaccomo- datie in West Europa en Engeland, de Verenigde Staten en Canada. W. Otto, hoofd van de 'tussenbewaarplek' te Umtata, beschrijft de bijdrage van de archiefdienst tot de ontwikkeling van de Transkei. Dit gebied ressor teerde onder de Kaapse archiefbewaarplaats. Zouden alle archieven van vóór 1 november 1963 naar die bewaarplaats worden overgebracht, dan zouden de zes Transkeise departementen geen achtergrond hebben voor de door hen te nemen beslissingen. De archieven zonder meer aan de Transkei overdragen was met het oog op het nodige toezicht onwenselijk en daarom werd als oplossing te Umtata een 'tussenbewaarplek' gesticht voor de archieven van de staatskantoren van de republiek in de Transkei, alsmede voor die van de vroegere Transkeise gebiedsoverheid. Een gegradueerde Bantoe zal hier mettertijd tot archivaris wor- [162] den opgeleid. Als de republikeinse archieven voor de Transkeise overheid hun praktische betekenis verloren zullen hebben, kunnen ze naar de Kaapse archief bewaarplaats worden overgebracht, waarna de daardoor vrijgekomen ruimte door Transkeise archieven gevuld kan worden. Zo is de Transkei in de archivistisch gelukkige positie gelijktijdig met haar ontstaan over een goede archiefdienst te beschikken. De ontbinding van de federatie van Rhodesië en Nyassaland op 31 december 1963 bracht ook het uiteenvallen mede van het nationaal archief van dit gebied1. E. E. Burke vertelt hoe de verdeling over het archief van Zuid Rhodesië in Salis bury, dat van Noord Rhodesië in Lusaka en dat van Nyassaland in Zomba (sedert 7 juli 1964 archief van Malawi) geregeld werd. De tijdelijke archivaris voor bronnennavorsing, dr. A. Wypkema, doet uitvoerig verslag van zijn naspeuringen en verfilmingswerk in Nederland, voornamelijk in het Koloniale archief op het Algemeen Rijksarchief. Naast het archief van de V.O.C., raadpleegde hij ook talrijke van bewindhebbers afkomstige bescheiden, archieven uit de Bataafse en Franse tijd en particuliere archieven. Van de laatste worden die van Hendrik Swellengrebel, H. J. Emous, W. B. E. Paravicini di Capelli en C. J. v. d. Graaff (kaartverzameling) in het bijzonder besproken. Ter bestudering staan nog op het programma het Nederlands Suid-Afrikaanse Spoorwegarchief, het huisarchief Uitenhage De Mist, het Kaapse kerkarchief, het familiearchief Fortuyn en het ar chief van het Kon. Inst, van Ingenieurs. Notes on a research trip surveying the archives and libraries of Africa behelst het verslag van de reis van W. S. Jenkins en F. Kirk van de Universiteit van North Carolina. Zij bezochten Marokko, Senegal, Nigeria, Zuid-Afrika, Rhodesië en Nyassaland, Ethiopië en Egypte. In Zuid-Afrika legden zij grote belangstelling aan de dag voor dr. Kiesers methode van restauratie van archiefstukken 'that entails the replacing of desintegrated inner and outer margins by ones of new paper, which are bound to the original under heat by a layer of Persian silk pressed into fibre of the paper'. A. J. Böeseken vertelt van haar bezoek aan de Archives Nationales te Parijs en in het bijzonder van de daar in 1963 gehouden tentoonstelling Les Grandes Heures de la Diplomatie Fran?aise 1599—1815. De verhouding tussen de archivaris en de wetenschappelijke onderzoeker wordt behandeld door B. J. T. Leverton van het archief van Natal, vooral aan de hand van de daarvoor in Zuid-Afrika vastgestelde regels. A. P. Smit, archivaris van het Nederduits Gereformeerde Kerkarchief van Kaapland, bespreekt drie recente aanwinsten van dat archief, t.w. de dagboeken van de zendelingen Johan Gottlieb Leipoldt2, Paul D. Lückhoff en John Bailie. De archivaris van Réunion, André Scherer, geeft een kort over zicht van de geschiedenis van dat eiland en de neerslag daarvan in de aan zijn zorg toevertrouwde archivalia. Ds. A. J. van Wyk van de Nederduits Gerefor meerde Kerk van Natal roert enige praktische problemen aan in verband met kerkelijke archieven, zoals gebrek aan vakkundig personeel en behoorlijke bewaar plaatsen, de geringe archiefbewustheid bij het kerkpubliek en de ambtelijke instan- 1 Ned. Archievenblad 1964, blz. 84 n.a.v. L. H. Gann in S. A. Argiefblad 1962. 2 Grootvader van de dichter C. Louis Leipoldt. [163]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1966 | | pagina 14