Personalia
ambten en gogerichten. Daarna volgt een samenvatting. Het totale beeld komt
overeen met dat in soortgelijke territoria: eerst oorkonden, in de 14e eeuw
registratie in 'Amtsbuche' en in de 16e eeuw de 'akten'. Pas in de 17e eeuw
krijgt de 'Aktenregistratur' de voorrang boven de 'Amtsbuche'. Dossiervorming
vindt al vroeg plaats en in de 19e eeuw komen 'Pertinenz' moeilijkheden.
Wolfgang Wann, Die alten Mainzer Archive. Een domarchief moet reeds in
de 9e eeuw voorhanden zijn geweest. Eind 13e eeuw waren er minstens 1200
originele oorkonden, welk aantal een eeuw later vertienvoudigd was. Midden
18e eeuw waren slechts ruim 100 oorkonden uit de 13e eeuw en vroeger over.
In verband met oorlogsgevaren vonden herhaaldelijk evacuaties plaats, in 1792
zelfs 1000 kisten naar Amsterdam. In de Franse tijd verdeling der archieven
naar Pertinenz. Het meeste verkreeg Hessen-Darmstadt. In 1945 is ongeveer een
kwart verloren gegaan. P. Klemens Wieser O.T., Das Zentralarchiv des
Deutschen Ordens in Wien. Het eerste bericht, dat in het Duitse huis te Wenen
een soort archiefruimte bestond, waar burgers van de stad gewichtige oorkonden
wel uit veiligheidsoverwegingen deponeerden, geeft ons een oorkonde van 1344.
Een volgend bericht op deze archiefruimte betrekking hebbende dateert pas van
1602. In de 19e en 20e eeuw zijn ook archieven van andere balijen naar Wenen
gevoerd. In 1904 is het huidige gebouw betrokken. In de oorlog is betrekkelijk
weinig verloren gegaan. Het is bekend, dat bij de oorkonden (c. 12.000 van
I 1221963) ook stukken zijn betreffende Nederland. Bernhard Brilling, Die
Judenbiirgerbücher der Stadt Berlin. In Berlijn waren in 1750 2188 Joden, 1,93 °/o
der bevolking, in 1849 9595, 2.33 °/o. Die Judenbiirgerbücher der Stadt Berlin
18091851, mit Erganzungen für die Jahre 1791 1809, bearb. von Jacob
Jacobson, Berlin 1962, bevat ook materiaal over de periode 17501812 uit
Joodse huwelijksregisters. Na de emancipatie van 1812 berusten in het archief
der stad Berlijn banden over de opname van Joodse stadsburgers. In de oorlog
zijn veel bronnen verloren gegaan. Van 18091853 kregen 3128 Joden burger
recht, 18 reeds voor 1809, de eerste in 1792. Wolfgang Mommsen, The
National Union Catalog of Manuscript Collections. Dit Amerikaanse plan van
1958 beoogt een catalogus samen te stellen van rond 27.000 collecties van allerlei
aard, aanwezig in 75 bibliotheken en archieven. Er is nu een deel klaar van over
de 1000 bladzijden. Daarin zijn 7300 collecties opgenomen van 400, dus niet 75,
instellingen. Namen- en zakenindices maken het boek toegankelijk. Geen staats
archieven zijn erbij betrokken, aangezien zij niet „verzamelen". Voor de historici
is deze publikatie van grote betekenis. -Kleinere mededelingen volgen over de
bouw van nieuwe archiefgebouwen, te Aurich, reeds voor 80 °/o vol, en Detmold.
'Nachrufe', boekbesprekingen (o.a. Geschiedenis der Graven van Limburg
Stirum), inhoudsopgaven van tijdschriften (Nederlands Archievenblad) en boek
aankondigingen besluiten het tijdschrift. F
Een waarderende boekbespreking over de Guide to the Contents of the Public
Record Office, London 1963, besluit deze aflevering.
J. H. v. d. HO
130]
Afscheid Mr. B. van 't Hoff
Woensdagmiddag 26 mei 1965 hebben zich in de met planten versierde leeszaal
van het Algemeen Rijksarchief, die daardoor een ongewone, maar zeer feestelijke
aanblik bood, tal van genodigden verzameld om afscheid te nemen van Mr. B. van
't Hoff als rijksarchivaris van de Derde Afdeling, een functie door hem sedert
1 januari 1946 dus gedurende bijkans twintig jaren bekleed. Nadat de heer
F. Hinrichs, hoofd van de Onderafdeling 'Archiefwezen en Geschiedenis' van het
Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk de waardering van
de Minister had vertolkt, schetste Mr. H. Hardenberg als Algemeen rijksarchivaris
de archief- en bibliotheekloopbaan van de heer van 't Hoff, culminerend in zijn
inventaris van 'Het archief van Anthonie Heinsius' ('s-Gravenhage 1950) met
daarop aansluitend 'The Correspondence (17011711) of John Churchill first
Duke of Marlborough end Anthonie Heinsius, Grand Pensionary of Holland'
(Utrecht 1951), die internationaal de aandacht trokken. Vervolgens eerde Dr.
W. J. Formsma, voorzitter van de 'Vereniging van Archivarissen in Nederland',
in Mr. B. van 't Hoff een verdienstelijk voorganger. Aan Dr. Ir. C. Koeman,
lector in de cartografie aan de rijksuniversiteit te Utrecht, viel de taak ten deel de
betekenis van de heer van 't Hoff als cartograaf in het licht te stellen. Als
hoogtepunten van zijn activiteit als zodanig gelden de uitgave van de Nederlandse
provinciekaarten van Jacob van Deventer in 1941, waarvan het belang nog
geaccentueerd is, doordat de oorspronkelijke exemplaren in de Universiteits
bibliotheek te Breslau (Wroclaw) door oorlogsgeweld te niet zijn gegaan, benevens
de uitgave van de wereldkaart van Mercator in atlasvorm uit het Maritiem
Museum 'Prins Hendrik' te Rotterdam in 1961. De heer J. Fox, naaste mede
werker van de heer van 't Hoff, noemde de aftredende archivaris een bij uitstek
vriendelijk mens.
Het afscheidsgeschenk door de algemene rijksarchivaris overhandigd was drie
ledig: een radiotoestel, een prachtuitgave van Goethe's 'Italienische Reise' be
nevens het pas verschenen boekwerk 'De Monumenten van Zuid-Salland'. Niet
alleen het personeel van het Algemeen Rijksarchief en van het Rijksbureau voor
Vaderlandse geschiedenis, ook het gemeentebestuur van Deventer, dat zijn vroegere
gemeentearchivaris nog niet was vergeten, het museum 'de Waag' te Deventer en
een groot aantal vrienden hadden hieraan bijgedragen. Als toegift kon door de
heer Fox nog een herinneringsalbum worden aangeboden met foto's door de
assistentfotograaf C. G. van Haften in het Algemeen Rijksarchief genomen. Een
131