denberg wijst op de slechte huisvesting van het archief aldaar en op de mogelijkheid
dat een bezoek van de vereniging misschien mee zou kunnen werken aan een
verbetering hiervan. Dr. Van Hoboken vraagt hoe het bestuur zich voorstelt de
reis naar het moeilijk bereikbare Brielle te maken. Mr. Van 't Hoff stelt voor te
vergaderen in het hotel van de Delta-werken, terwijl mr. Hardenberg het bestuur
in overweging geeft in de namiddag een bezoek aan de Delta-werken te brengen.
De voorzitter zegt toe een en ander te zullen bekijken. De vergadering gaat hier
mede accoord.
De rondvraag
Op een vraag van dr. Van Hoboken over de beantwoording van de vragenlijsten,
verzonden door de congrescommissie te Brussel, antwoordt de voorzitter dat hier
over overleg is gepleegd met de Algemene Rijksarchivaris. De vragen zullen ten
Algemeen Rijksarchieve worden beantwoord. Dr. Van Hoboken vindt dit een uit
stekende oplossing. Hij vraagt of de vrijheid blijft bestaan om zelf in bepaalde
gevallen zijn antwoorden in te zenden. De voorzitter antwoordt bevestigend. De
heer Wondaal vraagt of het niet mogelijk is gezamenlijk naar Brussel te reizen. De
voorzitter acht dit niet erg practisch. Brussel is te dichtbij. Dr. Panhuysen vraagt
of het bestuur ten departemente geinformeerd heeft naar de mogelijkheid van het
verstrekken van reistoelagen, om de deelname aan het congres te bevorderen.
Mr. Hardenberg merkt op dat hierover al met O.K.N. contact is opgenomen. Hij
is van mening dat van enige bereidheid hiertoe sprake is. Dr. Van Hoboken wijst
op de houding van het gemeentebestuur van Amsterdam dat 6 archiefambtenaren
in staat zal stellen het congres te bezoeken. De heer Van Loo is van mening in het
jaaroverzicht van de voorzitter een tendens beluisterd te hebben om de contacten
met duitse collegae te verminderen wegens taalmoeilijkheden. Spr. vraagt naar de
stand van zaken voor wat betreft de samenwerking met de bedrijfsarchieven. De
voorzitter antwoordt, dat hij niet van 'verminderen' gesproken heeft, maar van
bezwaren van uitbreiding wegens taalmoeilijkheden. Contact met bedrijfsarchiva-
rissen zal straks wel ter sprake komen, zegt de voorzitter, die van mening is dat
onbegrip oorzaak was van de moeilijkheden in het verleden. Alhoewel de vereni
gingen op zichzelf moeten blijven, kunnen bij bijzondere gelegenheden op beperkte
schaal leden van de andere vereniging worden uitgenodigd. Drs. Scherft uit zijn
bezwaren tegen rondzending van circulaires betreffende vacatures wanneer de ge
boden honorering te laag is. De voorzitter verzoekt de secretaris in de toekomst
hieraan meer aandacht te besteden. De verantwoording blijft bij het bestuur. Een
vraag van mr. Van 't Hoff over het zenden van uitnodigingen voor alle vergade
ringen der vereniging aan belgische collegae is aanleiding tot een uitvoerige dis
cussie waaraan verscheidene leden deelnemen. De voorzitter merkt op dat inder
tijd besloten is de Belgen alleen voor de studiedagen uit te nodigen. Mr. Hardenberg
is met de voorzitter van mening dat de Belgen niets hebben aan een aan huishou
delijke zaken gewijde bijeenkomst. De voorzitter vraagt de vergadering of zij van
oordeel is dat de belgische collegae voor alle vergaderingen moeten worden uit
genodigd. Mr. De Vey Mestdagh en de heer Van Loo steunen een voorstel van
[2]
mr. Van 't Hoff dat hiertoe wil leiden. Dr. Van Buijtenen noemt enige duitse col
legae, die uitstekend nederlands verstaan en dan ook uitgenodigd zouden kunnen
worden, terwijl dr. Van Hoboken en dr. Panhuysen te kennen geven dat zij de
Belgen slechts voor excursies en studiedagen zouden willen vragen. Stemming bij
zitten en opstaan wijst uit dat voor- en tegenstanders ongeveer even sterk zijn. De
voorzitter verklaart dat het bestuur zich over deze kwestie nader zal beraden en
wat betreft de te Brielle te houden zomervergadering: de Belgen zullen voor het
volgen van het gehele programma worden uitgenodigd, de huishoudelijke vergade
ring incluis.
Mr. Van Campen wijst op het misbruik van de titel archivaris en vraagt naar
mogelijkheden tot bescherming. De voorzitter antwoordt dat hier al eerder over
is gesproken maar ziet geen kans om hiertoe te komen, de moeilijkheid ligt vooral
bij het vrije bedrijf. Mr. de Vey Mestdagh kent het gebruik van de titel door
registratoren bij de overheid. Dr. Struick wijst op de mogelijkheid om door toe
voeging van afkortingsletters, zoals bij architecten en accountants, onderscheidin
gen mogelijk te maken. Het blijkt overigens dat er wel eens is opgetreden tegen
ambtenaren die de titel archivaris misbruikten. Nadat dr. Pirenne een geval van
buitensporige verhoging van legestarieven in een brabantse gemeente heeft gesig
naleerd, waardoor een wanverhouding komt te bestaan tussen de tarieven van rijk
en gemeenten sluit de voorzitter de vergadering om 13.00 uur.1
Jaaroverzicht 1963.
Als voorzitter van onze vereniging heb ik de plicht, heel vaak ook het genoegen,
allerlei vergaderingen en congressen in binnen- en buitenland te moeten of te
mogen bijwonen. Meestal zijn het samenkomsten met vakgenoten, dikwijls ook
besprekingen met beoefenaren van aanverwante takken van wetenschap of dienst.
Ook al zijn de onmiddellijke resultaten in de regel niet zichtbaar, de contacten
zijn in elk geval nuttig. Men leert elkaar kennen en men komt dikwijls in aan
raking met problemen waarmee men zich van nature niet bezig zou houden.
Belangrijk is ook, vooral in gesprekken met niet-vakgenoten, dat we herhaaldelijk
gedwongen worden ons te bezinnen op de waarde van onze eigen opvattingen en
theorieën. Heel vaak blijkt immers, dat deze niet de minste indruk maken zolang
we de bruikbaarheid of het nut voor de praktijk niet kunnen aantonen. Met
name geldt dit op het terrein van wat men 'documentatie' pleegt te noemen, waar
niet altijd de grenzen tussen archief- en andere documentatie in acht worden
genomen zoals wij ze zien.
In mijn vorig jaaroverzicht heb ik vermeld, dat op de Table Ronde te Madrid
o.a. de verhouding archief-documentatie aan de orde is geweest. Thans wil ik be
ginnen met het Documentatiecongres, dat op 24 oktober te Scheveningen gehou
den is op initiatief van het Nederlands Instituut voor Documentatie en Registra
tuur (Nider) onder auspiciën van dit Instituut alsmede van de Ned. Ver. van
Bedrijfsarchivarissen (N.B.V.A.), de Secties voor Speciale en Wetenschappelijke
Bibliotheken van de Ned. Ver. van Bibliothecarissen, de Studiekring voor docu-
1 De inleiding van de heer W. Dreese zal hopelijk in een volgende aflevering kunnen
verschijnen. Red.
[3]