Uit het algemeen gedeelte vermelden wij nog dat van het Belgisch Nationaal Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek de derde en laatste zending mikrofilms van documenten, berustend in het Oostenrijkse staatsarchief en de Nationale bibliotheek te Wenen werd ontvangen; zij bevat o.a. documenten betreffende de Compagnie van Oostende. De films zijn te raadplegen op het A.R.A.; inventaris sen berusten op het bureau der Commissie en op de studiezaal voor geschiedenis van elk der Nederlandse universiteiten0. Wat de stand der publikaties betreft kunnen wij het volgende mededelen. Levantsche handel (een der oudste opdrachten). Aan dl IV is geregeld doorge werkt; het is zo omvangrijk geworden dat het in twee banden zal moeten ver schijnen. De bewerker hoopt dat het in 1962 gedrukt zal kunnen worden. Resolution Staten-Generaal, 1576-1609. De bewerking van het 14e en laatste deel vorderde tot 1608; tijdrovend was de bewerking van een speciaal secreetregister met resoluties over het Bestand en van de particuliere notulen van Nicolaas Berck, dat uit het Legatiearchief te voorschijn was gekomen. Kroniek van Johannes de Beke. De kopij van de eigenlijke tekst kwam gereed; bij de noten moet nog een algehele controle geschieden. De inleiding is grotendeels klaar. Johan van Oldenbarnevelt.. Dl II, 1602-1613, verscheen in 1962. Als nieuw materiaal was een 30-tal brieven uit het archief Culemborg uit het rijksarchief in Gelderland verkregen en enkele stukken uit het Huis Gunterstein en het Kon. Huisarchief. - Bouwgeschiedenis Dom Utrecht. Het verslag over 1959 deelde mede dat de be werker in 1960 zijn eerste deel hoopte te voltooien; beide volgende echter zijn in mineur, maar nu assistentie in het vooruitzicht is gesteld voor 1962 heeft de bewerker het voornemen de kopij van het deel 1480-1510 weldra te voltooien. Dagvaarten Staten van Holland vóór 1547Verweesd door het overlijden van de bewerker dr. P. A. Meilink, wordt deze uitgave in alle drie verslagen slechts pro memorie vermeld. Briefwisseling Hugo Grotius. Dl III, 1626-1628, ver verscheen in 1961. Van dl IV, dat de jaren 1629-1631 zal beslaan, is de stof grotendeels bijeengebracht en bewerkt. Het verslag over 1961 doet mededeling van belangrijke ontdekkingen voor latere jaren in het archief-Van Boetzelaer. Geschiedenis bedrijfsleven en gildewezen van Amsterdam. In de voortzetting dezer publikatie is enig schot gekomen door de medewerking van enige opeenvolgende assistenten van de Universiteit van Amsterdam. Verwacht wordt dat de kopij van dl III in de loop van 1962 persklaar zal zijn. —Rekeningen grafelijkheid uit de Beierse tijd. De tresoriersrekeningen tot 1370 grensjaar van het eerste deel zijn nagenoeg alle, de rentmeestersrekeningen van Holland grotendeels bewerkt. Bekorting is nodig gebleken. Handel Beneden Maasgebied tot 1500. Het regis ter is afgedrukt; alleen het voorwerk ontbreekt nog. Diarium Egbert Ailing, 1553-1594. De tekst is geheel afgedrukt, de index van eigennamen werd voltooid, de zakenindex in 1961 ongeveer half gereed. Generale missiven O.l.C. Dl I, 1610-1638, verscheen in 1960; de kopij van dl II, 1639-1656 kwam gereed; met 6 Voor opgave der facsimile-verzamelingen, door de Commissie in bewaring gegeven aan het A.R.A., zie bijl. D dezer Verslagen. [130] behandeling der volgende jaren werd begin gemaakt. Oostzeehandel 1585-1702 Eén der bewerkers onderzocht de archieven te Danzig en Stettin voor de gehele periode der uitgave; een omvangrijke mikrofilm werd vandaar ontvangen (o.a. correspondentie magistraten Amsterdam en Danzig). De Koningsberger tolboeken, de Elbinger pondtolregisters en hier te lande de archieven der admiraliteiten over de periode 1585-1600, de archieven van een aantal Zuid-bollandse steden en het notarieel archief van Enkhuizen werden onderzocht. De Directie van de Ooster- sche Handel en Reederijen subsidieerde het assistentschap. Notulen N. Stel- lingwerff der Staten van Holland, 1622-1640. Wegens zijn ambtsbezigheden heeft de bewerker geen vorderingen kunnen maken met deze publikatie. Ook de Cor respondentie tussen stadhouders van Holland en de gouverneurs-generaal der Nederlanden, 1507-1593, vorderde niet. Classicale acta Ned. Herv. Kerk, 1573-1620. De opdracht voor de classes buiten Noord-Holland maakte door aan neming van een assistent aanmerkelijke vorderingen. Als voorlopig eindpunt werd 1610 aangenomen. De opdracht betreffende de classes in Noord-Holland wordt pro memorie vermeld daar aan de bewerking der Kerkeraadsprotocollen der Ge reformeerde kerk te Einden in de 16e eeuw voorrang is verleend. Deze vorderde slechts langzaam. Romeinse bescheiden voor de geschiedenis der R.K. kerk in Nederland, 1727-1853. Dl I, 1727-1754, verscheen in 1959. Voor dl II, voorlopig geprojecteerd tot 1795, werd materiaal verzameld in het Vaticaanse archief en in dat der Propaganda. Bescheiden betreffende de buitenlandse politiek van Nederland, 1848-1919. Zoals weet zijn hierover drie publikaties beraamd: eerste periode, 1848-1871, in bewerking bij prof. dr. J. C. Boogman; hiermede is goede vordering gemaakt, doch het notenapparaat is naar verhouding het meest tijd rovend. Wanneer zich geen tegenslagen voordoen kan dl I eind 1962 of begin '63 geheel persklaar zijn. Tweede periode, 1871-1898 Dl I, 1871-1874, bewerkt door onze collega dr. J. Woltring, is in 1961 van de pers gekomen; de kopij voor dl II, 1874-1880, is vrijwel bijeen. Derde periode, 1899-1919, bewerkt door mr. dr. C. Smit. Verschenen zijn in 1958 dl II (1903-1907) en in 1962 dl III (1907-1914). Van deel IV, omvattend de eerste helft van Wereldoorlog I, is de kopij ingeleverd, voor dl V (1917-juni 1919) is de kopij gereed. Over de door de regering gewenste voortzetting na 1919 tot 1940 (45)" zwijgen ook deze verslagen. -Inventarissen van de boedels van de verblijven der Oranjes, 1567-1795. In de opzet dezer publi katie kwam enige wijziging: de indeling naar paleizen, die de historische gang van zaken en het organisch verband te veel geweld aandeden, werd vervangen door één naar personen. Deze indeling heeft bovendien het voordeel dat zij een over zicht geeft van kunst en cultuur in opeenvolgende perioden en de specifieke ken merken van een bepaalde tijd beter doet uitkomen. Vele inventarissen zijn reeds gekopieerd; bewerking en annotatie kan eerst volledig op gang komen bij het ge reedkomen van de gehele reeks van inventarissen. Wegens het overlijden van de bewerker der Bronnen betreffende de werkzaam heid van de Raad van Beroerten, vrnl. in West-Brabant, pater P. Pennings O. F. 7 Zie Ned. Archievenblad 1960 p. 42. [131]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1964 | | pagina 28