jaren. Merkwaardig is het te vernemen dat Bossche messen in dat land 'belduques' werden genoemd. Het boekje, door de N.V. Centrale Drukkerij te Nijmegen keurig uitgegeven, is verlucht o.a. met een aantrekkelijke afbeelding van de markt te 's-Hertogenbosch rond 1525 met een groot aantal kramen, waarvan de toelichting terecht zegt dat de opbouw daarvan sindsdien nauwelijks is veranderd. Tenslotte, naar goed gebruik, enkele opmerkingen. Collega Pirenne spreekt (p. 42) van het 'vóór 1450 op mercantilistisch gebied nog oppermachtige Brugge', wel een lapsus calami voor mercantiel; het mercantilisme, een economisch systeem, moest toen nog uitgevonden worden! Niet duidelijk is mij wat hij met 'wilner Willems van Mosqueron' voor heeft, op p. 44 aldus gespeld, in de index (p. 117 2e kolom) met een kapitaal, wat onjuist is; wilener(e) ons wijlen. Belangrijker, wijl van algemeen belang is dat het mij opviel dat collega Formsma hardnekkig, tegen de regels van het Historisch Genootschap in, de y altijd zonder puntjes weergeeft. Desgevraagd deelde hij mij mede dat 'bij zijn arbeid aan het diarium van Alting voor de R.G.P. zoveel moeilijkheden en inconsequenties aan het licht kwamen bij het maken van de index dat hij besloten had deze regels nooit meer te volgen'. Begrijpelijk, maar toch wat te wild! Voor Groningen, waar men nog de ij als ie uitspreekt, geeft de oplossing voor de y bijzondere moeilijkheden, vooral bij eigennamen. En dit: 'in het handschrift van Van Bell staat vaak een ij, met één puntje'. Het is te hopen dat de ontwerpers van de ons toegezegde derde editie der Regels voornoemd aan deze cri de coeur van een zo gezaghebbend vak man niet voorbij zullen gaan. W. S. Unger t Patricia Carson. Materials for West African History in the archives of Belgium and Holland, 1962, VIII en 86 biz. In opdracht van een Comité, in 1951 in het leven geroepen door het Institute of Historical Research of the University of London, dat financiële steun geniet van de republiek Nigeria en de medewerking van de Research Fellowship in History, door het gouvernement van Ghana gevestigd bij het University College of Ghana1, is een serie Guides to materials for West African History opgezet. Dl. 1, gewijd aan de archieven enz. van België en Nederland en bewerkt door miss (thans mrs. Van Caeneghem-) Carson is onlangs verschenen; gidsen voor de archieven in Frankrijk, Italië en Portugal worden voorbereid. Daar de bewerking van een gids voor die van het Verenigd Koninkrijk de beschikbare middelen van het Comité voornoemd te boven gaat zal deze worden bewerkt door de School of Oriental and African Studies van Londen University. Uiteraard heeft Nederland voor deze gids heel wat meer materiaal opgeleverd dan België (56 tegen 17 blz.). Het voornaamste materiaal in het Zuiden bevindt 1 Het zal onze lezers deugd doen te vernemen dat het gouvernement van Ghana mr. Akyamica, ambtenaar aan het Ghanese staatsarchief, heeft opgedragen hier te lande materiaal voor de geschiedenis van Ghana te verzamelen. De Nederlandse regering heeft dit onderzoek gesteund. 124] zich in het Algemeen Rijksarchief en de archieven der Ministeries van Buiten landse zaken en van Koloniën (de Congo!) te Brussel en in het rijksarchief te Gent (archief van de kapitein Van Alstein, die in de 18e eeuw voor Nanteser reders te slaafvaart voer). In Nederland hebben het Algemeen Rijksarchief (rege ringsarchieven hier te lande, op de Goudkust en in West-Indië, de West-Indische Compagnieën), het rijksarchief in Zeeland (Staten-archief, archief der Middelburg- sche Commercie Compagnie) en dat van Amsterdam (m.n. de notariële archieven) het leeuwendeel geleverd, maar ook andere zijn, zij het met minder resultaat, door mevr. Van Caeneghem op cijns gesteld. Opgegeven worden datum en aard der in aanmerking komende documenten, de voorwaarden van raadpleging der depots, waar zij bewaard worden, en de gidsen, inventarissen e.d., die ter beschikking staan. Aan de hand van een vernuftig typografisch bestel is deze gids, met 1258 nummers, via de Index gemakkelijk hanteerbaar. Met voor een 'foreigner' bewonderens waardige adaptatie heeft mevr. Caeneghem de weg door onze ingewikkelde ver houdingen gevonden. Het is daarom te meer te betreuren dat enkele vlekjes ook hier niet ontbreken. Op het einde der 15e eeuw voeren (p. 1) niet the Dutch, maar Vlamingen langs de kusten van Afrika; de resolutiën der StatenGeneraal (p. 29 nr. 1) zijn van 1671, niet: 1660 (dat geldt voor die van de Staten van Holland) af in druk gegeven; bij de enumeratie der R.G.P. van deze resolutiën ontbreken de nrs. 47, 51, 55, 57, 62, 71, 88, 92. De volgorde van de diverse fondsen in het Algemeen Rijksarchief is voor discussie vatbaar, maar de Verzameling verspreide West-Indische stukken (p. 37) had in ieder geval, cf. onze overzichten van 1953 (niet: 1955 (p. 5)) na de archieven der W.I.C. moeten worden genoemd. Maar de omissie van de Kamer Zeeland ergens op p. 57 kan men haar niet toerekenen: in de volkomen verouderde en, wat erger is, volkomen verwarde ms. inventaris van c. 1900, die haar basis vormde, ontbrak deze aanduiding ten enenmale. De in onze ogen wat vreemde be wering (p. 69 sub Middelburg) dat het rijksarchief aldaar 'contains the records of the towns and villages of the province of Zeeland' moet op een misverstand berusten; de Belgische mogelijkheden hebben wellicht de bewerkster voor ogen gestaan2. Al met al heeft mevr. Van Caeneghem met dit werkstuk ons en vele anderen buiten Nederland een zeer nuttige gids in handen gegeven, voor de voltooiing waarvan wij haar erkentelijk moeten zijn. W. S. Unger t Korte boekaankondiging Prof. dr. Eg. I. Strubbe dr. L. Voet. De chronologie van de Middeleeuwen en de Moderne Tijden in de Nederlanden. Uitgeversmij. N.V. Standaardboekhandel, 1960, 551 blz. 2 N.a.v. deze opmerking hebben wij eens in de Overzichten nagegaan hoe hier te lande de verhoudingen liggen. Met uitzondering van Noord-Brabant (14), Noord-Holland (12) en Utrecht (16) waren deze cijfers minimaal (Zeeland 2, die eigenlijk heerlijkheidsarchie ven zijn); voor heel het land zijn het er nog geen 60 van de bijna 1000 gemeenten! 125]

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1964 | | pagina 25