240
jetzt die Preussischen Regierungsbezirke Coblenz und Trier bildenden mittelrhei-
nischen Territorien (-1260). Coblenz, 1860-1874. 3 din.
J. B. S i v r Opdragt aan Ericius Puteanus om de geschiedenis van het Over-
kwartier te schrijven. (Maasgouw, 1879, biz. 39).
Joannes Knippenberg h, Historia ecclesiastica ducatus Geldriae. Bruxel-
lis, 1719.
5) Hedendaagsche historie, of Tegenwoordige staat van alle volkeren. 12: Vervolgende
de beschrijving der Ver. Nederlanden. Amsterdam, 1740.
W. A. B a c h i e n e, Vaderlandsche Geographie, of Nieuwe tegenwoordige staat
en hedendaagsche historie der Nederlanden. Dl. 5. Amsterdam, 1791.
A Verkooren, Inventaire des chartes et cartulaires des duchés de Brabant
et de Limbourg et des Pays d'Outremeuse. Bruxelles, 1910-1923. 8 dln.
H. Amman n, Maastricht in der mittelalterlichen Wirtschaft. (Mélanqes F. Rous
seau, Bruxelles, 1958, blz. 21-46).
f;^°r's,s^n' De Raadkamer van de hertog van Bourgondië te Maastricht
(1473-1477). Leuven, 1959.
Jos. H[a be ts], Het archiefwezen in Limburg beoordeeld te Berlijn. (Maasgouw,
1882, hlz. 650-651). H. A. von Fürth schreef o.a.: Beitrage und Material zur
Geschichte der Aachener Patrizier-Familien. Bonn, 1882-1890. 3 dln.
A r n. F a h n e, Denkmale und Ahnentafeln in Rheinland und Westphalen Düssel-
dorf, 1879-1883. 6 dln.
Jos. Daris, Notices sur les églises du diocèse de Liège. Liège, 1867-1899. 17 dln
in 9 bdn.
Th. J. Lacomblet, Archiv für die Geschichte des Niederrheins oc 1 Bd
Vorwort, blz. VII.
P. Doppler, Schepenbrieven van het kapittel van Sint Servaas te Maastricht
(Publications Soc. hist. arch. Limb., 36. 1900, —44, 1908); Verzameling van
charters en bescheiden betr. het vrije rijkskapittel van St. Servaas te Maastricht
(Ibidem, 66, 1930, —71, 1935).
A. J. F I a m e n t, Korte inhoud van de resolutiën der Staten-Generaal gezonden
aardde commissarissen-instructeurs van Brabantse zijde te Maastricht. (Ibidem 49,
O.a. M. J. Wolters, Notice historique sur l'ancien chapitre imperial de
chanoinesses a Thorn. Gand, 1850; Idem: Notice historique sur l'ancien comté de
Hornes. Gand, 1850. De schrijver (1793-1859), een geboren Roermondenaar,
ingenieur in België, is het type van de amateur-geschiedschrijver uit het midden
van de vorige eeuw.
O.a. L. Heere O. S. C. Het obituarium der kruisheren van Roermond (Publi
cations Soc. hist. arch. Limb., 90/91, 1954/55, blz. 51-125).
J. H a b e t s, Limburgsche wijsdommen, dorpscostumen en gewoonten, bevattende
voornamelijk bank-, laat- en boschrechten. 's-Gravenhage, 1891.
K. Janssen de Limpens, Geldersche wyssenissen van het hoofdgerecht te
Roermond; ,,'tNye boeck", 1459-1487. Utrecht, 1953.
L. Crahay, Coutumes de la ville de Maestricht. Bruxelles, 1876.
1 C- Casier et L. Crhay, Coutumes du duché de Limbourq et des Pays
d Outremeuse. Bruxelles, 1889.
Vgl- A. K e s s e n, Beknopt overzicht van de geschiedenis van het Limburgs
Geschied- en Oudheidkundig Genootschap. (Publications Soc. hist arch. Limb., 75,
1939, blz. 5-23). De Société des Amis des Sciences, Lettres et Arts ver-
leende door het verstrekken van historische artikelen, voornamelijk bijdragen over
Maastricht door M. van Heylerhoff, haar medewerking aan een soort almanak,
die vanaf 1824 tot 1852 eerst onder de titel Annuaire de la Province du Limbourg,
later als Jaarboek van het hertogdom Limburg verscheen. Ook de Société Histo-
rique et Archéologique a Maestricht gaf een tijdschrift uit, de Annales de la
Société Historique et Archéologique a Maestricht, dat als de rechtstreekse voor-
loper van de Publications te beschouwen is. Het tweede en laatste deel, over
de periode 1856-1858, bevat o.a. de tekstuitgave van Hendrik van Veldeke's Sint
Servatiuslegende door de Luikse hoogleraar J. H. Bormans.
G. Panhuysen, ,,De Maasgouw 70 jaren. (Maasgouw, 1949, blz. 1-3).
O.a. R. Philips, Enige notities omtrent de industriële ontwikkeling van Lim-
241
burg in de 19 eeuw. (Jaarboek, 1955, blz. 3-34); Idem, De Kamer van Koophandel
en Fabrieken te Venlo in historisch perspectief, 1930-1955. (Jaarboek, 1957,
blz. 3-97).
Louis baron de Crassier, Dictionnaire historique du Limbourg Néer-
landais de la période féodale a nos jours. (Publications Soc. hist. arch. Limb.,
66, 1930, blz. 139-187; 67, 1931, blz. 43-147; 68, 1932, blz. 153-250; 69, 1933,
blz. 261-394; 70, 1934, blz. 105-226; 71, 1935, blz. 293-377; 73, 1937, blz. 289-342.
P. C. B o e r e n, De oorsprong van Limburg en Gelre en enkele naburige heer
schappijen. Maastricht, 1938.
L. R o p p e, G. W. A. Panhuysen en E 1 i s. M. N u y e n s, De decadaire,
resp. maandelijkse rapporten van de commissarissen van het Directoire Exécutif
in het Departement van de Nedermaas, 1797-1800. Maastricht, 1956.
E. M. T h. W. N u y e n s, De staatkundige geschiedenis van Limburg vanaf haar
ontstaan tot aan haar uiteenvallen in 1839. Maastricht, 1956.
T h. L. M. T h u r 1 i n g s, De Maashandel van Venlo en Roermond in de 16e
eeuw, 1473-1572. Amsterdam, 1946.
H. H. Uyttenbroek, Bijdragen tot de geschiedenis van Venlo. Venlo
1908-1931, 5 dln.
Ci vitas Ruremundensis. Roermond, 1932; Historische opstellen over Roer
mond en omgeving. Roermond, 1951.
L. J. S u r i n g a r, Bijdrage tot de kennis van de regeeringsvorm van Maastricht
en zijn ressort, meer bijzonder gedurende het tijdvak 1632-1794. Leiden, 1873.
G. W. Panhuysen, Studiën over Maastricht in de dertiende eeuw. Maas
tricht, 1933.
J. F. Niermeyer, Onderzoekingen over Luikse en Maastrichtse oorkonden en
over de Vita Baldrici episcopi leodiensis. Groningen, 1935.
H. C. W. Roemen, Maastricht. Een geografische hoofdzakelijk economisch-
geografische beschrijving en verklaring der agglomeraties in de gemeente Maas
tricht. Maastricht, 1947.
J. P. S p e k k e n s, L'école centrale du département de la Meuse-Infèrieure, Maes
tricht 1798-1804. Maastricht, 1951.
O.a. J. C o r n i p s, Bijdrage tot de geschiedenis van de krankzinnigenzorg te
Maastricht. Maastricht, 1952; Idem, Honderd jaar Gemeente-Spaarbank van
Maastricht. Maastricht, 1953.
Gedenkboek Geleen; van dorp tot Mauritsstad. Geleen, 1951.
W. S a n g e r s O.S.C. en A. H. S i m o n i s, Er ligt een eiland in de Maas;
geschiedenis van Stevensweert en Ohé en Laak. Echt, 1955.
J. M. van de Venn e, Geschiedenis van het kasteel van Valkenburg, zijn heren
en hun drossaarden. Z.pl., 1951.
J. M. van de Venn e, Geschiedenis van Heer. Heer, 1957.
P. C. Boeren, Rodensia. Maastricht, 1941-1944. 3 dln. Dl. 1: Wanneer
werden de annales rodenses geschreven? 2: Het leven van Ailbertus van Antoing,
stichter van Rolduc. 3: Leven en denken in 't oudste Rolduc (1104-1300).
