BERICHTEN
88
stellers van een inventaris alle of vele regelen van de archivistiek veronacht
zaamd hebben en bij een bespreking meer de nadruk te leggen op het
verheugende feit van de nieuwe gedrukte archiefinventaris, die men aan
kondigt, dan in te gaan op detailkwesties, die de lezer van de inventaris,
omdat hij de stukken zelf niet heeft gezien, soms in de vorm van een vraag
bij zich voelt opkomen.
Het lijkt mij daarom beter de inventaris van het archief van de Belgische
„Conseil d'Etat" hier slechts in deze vorm aan te kondigen, niet echter zonder
de bewerkers geluk te wensen met de voltooiing van een belangrijke arbeid,
die ook buiten België's grenzen zeker in hoge mate gewaardeerd zal worden
en die hieraan behoeft niemand te twijfelen voor vele historici het ge
makkelijker zal maken de geschiedenis van het huidige België in de 17e en 18e
eeuw te bestuderen.
A. VAN DER POEST CLEMENT
Wij ontvingen:
Advies, uitgebracht nopens het karakter van het gesticht van weldadigheid
"Het Weeshuis" te Doesburg, door prof. dr. D. Simons (gestencyld)Betreft
een rapport over de vraag of dit gesticht als protestantse dan wel als ka
tholieke instelling moet worden gekwalificeerd. Op grond van een omvang
rijk archiefmateriaal concludeert prof. S. dat dit weeshuis in feite is opge
richt en in de 17e eeuw is bestuurd als een instelling van algemeen karakter;
een katholieke instelling, als gepretendeerd, is het in ieder geval niet.
Boor en spade, verspreide bijdragen tot de kennis van de bodem van Neder
land VII (Wageningen, 1954 IX, 255 blz.), uiteraard niets bevattend dat
rechtstreeks voor ons van belang is. Algemeen historisch van waarde -en
ook actueel! is het artikel van dr. ir. J. Bennema: Bodem- en zeespiegel
bewegingen in het Nederlandse kustgebied. T.a.v. de transgressieverschijnselen
voor Walcheren is de auteur nu wat matiger dan in een vroegere publicatie
(zie Ned. Archievenblad 1953/54 p. 129) het geval was, maar geheel bevredi
gend is de voorstelling, op eenzijdig materiaal opgebouwd, voor een historicus
nog niet. Maar over het verschijnsel in het algemeen geeft de auteur stellig
belangwekkende beschouwingen, de oude opvattingen over het verband onzer
kust met de rijzing van de zeespiegel corrigerend met moderne inzichten hier
over. Andere artikelen betreffen de bodemgeschiedenis van het fluviatiele
laagterras van Rijn en Maas, Z.O. Friesland, Land van Heusden en Altena,
praehistorische landbouwgronden in Drente. Van belang is ook de studie
van prof. Edelman: Over de plaatsnamen met het bestanddeel woud en hun
betrekking tot de bodemgesteldheid. De theorieën, die 40 jaar geleden hier
voor nog golden, „zijn echter tengevolge van latere onderzoekingen zodanig
verouderd, dat het de moeite loont, de kwestie van de woudnamen opnieuw
te bezien in het licht van de huidige, deels zeer recente, kennis over het ont
staan van de Nederlandse bodem". Het verband onzer „verwouding" en de
plaatsnamen is in het licht dezer gegevens wel zeer verduidelijkt. Aan het
slot geeft ook dit deel een oveizicht van de recente bodemkartering van ons
land en van de publikatie daarvan.
89
ALGEMEEN
Derde internationaal archief congres. Dit zal worden gehouden te Florence
van 25'29 sept. 1956. De volgende punten zullen in behandeling komen:
le. triage et eliminations des documents d'archives; 2e. batiments et materiel
d'archives; 3e. archives privées.
De kosten van deelneming bedragen 3000 lire (f 18). Aanmelding bij het
„secretariat du Congrès international des Archives", Archivio di Stato, Firenze.
Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie. Volgens de opzet van 1949, toen
een totaal krediet van f 1.500.000 werd verleend, zou het Instituut per 1 jan.
1958 worden geliquideerd. Daar de tot het uiterste minimum gereduceerde
werkzaamheden dan niet voltooid zullen kunnen zijn heeft, naar het verslag
over 1954 meldt, het Directorium aan de minister van O., K. em W. verlenging
van die termijn tot 1 jan. 1961 verzocht, waarvoor nog f 1.175.000 nodig zal
zijn. Daarna zou het beheer over de collecties door andere, krachtens hun
wezen permanente overheidsinstellingen (bedoeld is wel het Alg. Rijksarchief,
(Red.)) worden overgenomen. Op het eind van het dienstjaar had men reden
aan te nemen dat deze voorstellen de instemming van de minister mochten
verwerven, doch een definitief bericht was nog niet ontvangen.
Tot voorzitter van de Commissie van Bijstand is in de plaats van dr. G.
Bolkestein benoemd jhr. dr. D. P. M. Graswinckel.
De schatting van de voor de inventariseringsarbeid benodigde tijd werd
herzien; de afd. Beschrijving werd versterkt. Het Directorium hoopt dat binnen
3 tot 4 jaar de beschrijvingshulpmiddelen (inventarissen, regestenlijsten) vol
tooid zullen zijn die de grondslag moeten zijn voor vele toekomstige publica
ties van het Instituut en voor de verschaffing van inlichtingen (hier niet on
aardig als „dienstbetoon" aangeduid). Het totaal aantal gestencylde pagina's
ligt reeds boven de 4000; een derde voorlopige lijst van trefwoorden, met
c. 9000 woorden, werd opgesteld.
De decimale code der registratuur. Blijkens een persbericht met de veel
zeggende titel: Duizend gemeenten hebben archief gelijk ingericht, heeft de
duizendste gemeente of alle op drie na zich aangesloten bij het Registra
tuurbureau van de Vereniging van Ned. Gemeenten.
RIJKSARCHIEVEN
Rijksarchief in Friesland. De heer A. Corée, archivist A, die van juli 1913
af in diverse rangen werkzaam is geweest bij dit archief, nam wegens het
bereiken van de leeftijdsgrens op 31 jan. 1.1. afscheid. Hij werd in een bijeen
komst, waar behalve de ambtenaren ook tal van vaste bezoekers aanwezig
waren, toegesproken door de rijksarchivaris dr. Van Buytenen, die de felle
intuitie, de onopgesmukte flair en de altijd aanwezige behulpzaamheid van
de scheidende ambtenaar onder aanbieding van een geschenk memoreerde.
Ook vele anderen voerden het woord.
In zijn plaats is m.i.v. 1 maart op a.o. in de rang van archivist A benoemd
mr. A. van der Minne (I).