106 Direction des Archives de France, en sedert enigen tijd komen ook ieder jaar de hoofden der departementale archieven te Parijs bijeen om hun problemen te bespreken. Bovendien wordt men in Parijs op de hoogte gehouden van de gang van zaken in de departementen door twee inspecteurs-generaal, die on gezette tijden de archieven bezoeken. Archives communales et hospitalières. Beter dan de archieven van andere instellingen hebben die van de ge meenten en gasthuizen de stormen van de tijd getrotseerd. Die van tal van steden beginnen reeds in de 12e eeuw en men vindt er ononderbroken series van af de 13e en He eeuw. Men heeft gasthuisarchieven, welke reeds van de 11e eeuw af dateren. Des te verwonderlijker doet het ons aan, dat men in Frankrijk voor de gemeenten, of althans voor bepaalde categorieën ervan, niet de verplichting kent deze schatten aan een wetenschappelijk gevormd archivaris toe te vertrouwen. Wei staan de gemeentelijke en gasthuisarchieven onder controle van de Direction des Archives en zijn zij onderworpen aan een geregelde inspectie van den departementalen archivaris, maar dat kan toch nimmer het gemis van een eigen archivaris vergoeden, en in geheel Frankrijk vindt men slechts een veertiental gemeente-archieven aan wier hoofd een archiviste-paléographe staat. Archives autonomes. Naast deze archieven, welke alle onder de Direction des Archives de France ressorteren, is er, gelijk ik reeds in den aanvang zeide, een viertal archiefdepöts dat een autonoom bestaan voert. Het zijn die van de ministeries van Buitenlandse Zaken, Oorlog, Marine en Koloniën. De drie eerste zijn alle ontstaan onder de regering van Lodewijk XIV, het laatste is in 1881 van dat van Marine, waaronder de koloniën tot dusverre ressorteerden, afgesplitst. Dat van Buitenlandse Zaken is ondergebracht bij het ministerie aan de Quai d Orsay. Verschillende speciale fondsen echter, o.a. de briefwisseling van de Franse consuls in het buitenland, zijn in depot gegeven aan de Archi-, ves Nationales. Hierin zit ook voor ons land een belangrijke bron voor de economische geschiedenis. Ik heb zelf kunnen doorzien o.a. de correspondentie van de Franse consuls in Rotterdam in de 18e eeuw; ik weet niet of deze be kend is, doch geloof stellig dat deze vooral voor het handelsverkeer van Rotterdam veel belangwekkends bevat. De archieven van het ministerie van Oorlog zijn ondergebracht sinds korten tijd in het Pavillion de la Reine van het kasteel van Vincennes. Het kasteel heeft in de oorlog, doordat de Duitsers er munitiebunkers hebben opgeblazen, veel te lijden gehad en wordt thans met veel voortvarendheid gerestaureerd, zodat de opstelling nog enigszins provisorisch was, toen wij er een bezoek brachten. Maar men komt onder de indruk van de grote rijkdom ook der oudere archieven, om van de overvloed, welke de latere en laatste oorlogen hebben opgeleverd, maar niet te spreken. De archieven van het ministerie van Marine tot 1870 zijn sedert 1899 in depot gegeven aan de Archives Nationales; daarnaast bevinden zich echter nog archiefdepöts in de oorlogshavens Cherbourg, Brest, Lorient, Rochefort en Toulon. Het geheel staat onder het beheer van de „service historique" van de 107 Marine, die te Parijs zetelt en ook het beheer voert over de archieven van na 1870. Ook van het ministerie van Koloniën hebben de Archives Nationales in depot de archieven tot 1790. De positie van den archivaris. Was vroeger de departementale archivaris ook een departementaal amb tenaar, sedert 1921 zijn de archiviste-en-chef en de archiviste-adjoint, sedert 1946 ook de sous-archiviste en de commis-d archives, staatsambtenaren. Zij ressorteren onder de Direction des Archives de France en worden benoemd door de minister van onderwijs. De archiviste en eventuele archiviste-adjoint zijn zonder uitzondering oud-leerling van de Ecole des chartes, en zij worden benoemd op voordracht van de Directeur des Archivse, nadat de prefect van het departement om advies gevraagd is. Dit is typerend voor de ietwat eigenaardige positie van de departementale archivaris; hij is staatsambtenaar, maar tevens een der belangrijke adviseurs van den prefect, niet alleen op het gebied van de historie, en vaak ook kunst historie, monumentenzorg en archeologie, maar ook op dat van de inric ting der departementale administratie. Na een jaar immers worden reeds de ar chieven van de lopende dienst aan zijn archiefdepöt overgedragen, zodat zijn stem bij de ordening en registrering daarvan een grote waarde heeft, want hij is de man, die een opgevraagd dossier van het vorig jaar weer te voorschijn moet brengen, hij vervult dus tevens de taak welke de beambten der re gistratuur in ons administratief bestel innemen. Terwijl de salarissen der departementale archiefambtenaren door de staat worden betaald, komen de kosten van de archiefdienst ten laste van het departementale budget. Dit zijn de kosten van het drukken van inventarissen, kosten van inspectie der gemeente- en gasthuisarchieven, onderhoudMer ver zamelingen, onderhoud en aanschaffing van meubilair en andere benodigd heden, aanschaffingen voor de historische en administratieve bibliotheek, enz. Ook de archiefgebouwen zijn departementaal eigendom. Wel heeft men, omdat het merendeel der gebouwen nog uit de vorige eeuw dateert en men dus tout comme chez nous bijna overal met ruimtegebrek heeft te kam pen, een programma van vergroting en nieuwbouw gemaakt, waarbij de staat 30 in de kosten bijdraagt. Het algemeen beheer der departementale archiefdepöts daarentegen valt onder de competentie van de Direction des Archives te Parijs: recrutering van wetenschappelijk en technisch personeel, samenstelling van de verschil lende reglementen voor de archieven, archivistische onderzoekingen, keuring van ontworpen inventarissen, goedkeuring van plannen tot verbetering o nieuwbouw van depots, enz. Het personeel der departementale archieven telt momenteel een vierhonderd man, doch staat geheel los van dat der Archives Nationales. Wil men van de ene dienst in de andere overgaan, dan verliest men zijn plaats in de rang lijst der promotie en moet weer geheel onderaan beginnen. In de naaste toe komst is men van plan dit verschil op te heffen, en de beide ambtenaren corpsen samen te smelten. Voor de sous-archivistes cn commis-d archives is ten minste het baccalauréat vereist, zij worden gerecruteerd door middel

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1952 | | pagina 6