8 wij deze stukken aan hun lot overlieten en niet verplaatsten. Om deze indeeling te maken moesten wij onze stukken beter bekijken en indeelen, onze blik werd gescherpt. Wij moesten, ook al terwille van de cgntróle, lijsten en overzichten samenstellen. Een overzicht van den inhoud van het door ieder beheerde archiefdepót was noodig. Ook om andere redenen bestaat er aan zulke overzichten bèhoefte. De gedachte aan een archiefgids heeft de Nederlandsche archivisten sinds het Brusselsche congres van 1910 niet losgelaten, en dit heeft onlangs eindelijk tot een eerste bescheiden tastbaar resultaat geleid in den vorm van een Gids voor de archieven van Gemeenten en Waterschappen en een Archiefgids voor Overijssel. Beide boekjes zijn klein van omvang en zij geven slechts zéér beknopte overzichten. Langs dezen weg kan echter veel meer bereikt worden. Door den pas afgetreden Algemeenen Rijks archivaris mr. Bijlsma zijn van alle rijksarchiefdepóts overzichten ver zameld, samengesteld door de beheerende archivarissen. Volledig en geheel afgewerkt is deze verzameling nog niet. Er moet nog wat aan gevuld en gevijld worden. De pas opgetreden nieuwe Algemeene Rijks archivaris, jhr. dr. Graswinckel, is gelukkig voornemens met spoed dezen Rijksarchief-gids te voltooien en van Rijkswege te doen uitgeven. Zoo hopen wij dus binnenkort over overzichten van de Rijks- en Gemeente archief-depóts te beschikken. Ook dan nog zijn niet al onze wenschen vervuld. Er zijn ook nog overzichten noodig van de niet door archivaris sen beheerde archieven van gemeenten en waterschappen, van archieven van kerken, gasthuizen en andere instellingen, liefst in een provincialen gids samengevat. Dr. Formsma's archiefgids voor Overijsel kan tot voor beeld strekken en de zaak zij hierbij nog eens in de belangstelling van de provinciale inspecteurs aanbevolen. Nog op andere wijze kan een beter overzicht over de archieven in Nederland worden verkregen. Hoeveel archieven zijn niet in inventarissen beschreven, die afzonderlijk zijn uitgegeven of in de series van de Ver- slagen omtrent 's Rijks oude archieven zijn gedrukt, bijna zeide ik: zijn begraven! Want wie onzer kan uit de talrijke, meest lijvige deelen zonder tijdverlies een beschrijving te voorschijn brengen? Er bestaat behoefte aan een systematische lijst van titels van alle gedrukte inventarissen, met nauwkeurige bibliografische details en klappers op de aardrijkskun dige en persoonsnamen. Zulk een ,/inventaire des inventaires" is in bewerking en zal door onze Vereeniging worden uitgegeven. Het is hier de plaats van een veel grootere onderneming melding te maken, waaraan mr. R. van Royen met verscheidene medewerkers sinds vele jaren zijn beste krachten wijdt. Het is niet meer of minder dan een klapper op alles wat in de Verslagen omtrent 's Rijks oude archieven sinds 1877 is gedrukt. Een reuzen-arbeid, die, eenmaal voltooid, van groot nut zal zijn. Vooral, als de klapper gedrukt kan worden en dus niet op slechts één plaats te raadplegen zal zijn. Gezien den omvang mogen wij ons niet verwonderen, dat dit werk niet spoedig voltooid zal zijn. Maar ook onvoltooid kan het handschrift, dat voorloopig in het Leidsche 9 Gemeente-archief te raadplegen is, onderzoekers van dienst zijn om een spoor te vinden in de onoverzichtelijke verslagen-reeks. Het Rijk sub sidieert de onderneming en wij mogen dus verwachten, dat de gemeen schap ter zijner tijd de vruchten van dezen loffelijken arbeid zal kunnen plukken. Ik sprak naar Uw smaak misschien al wat lang! over over zichten en klappers. U zal wellicht vragen: En onze inventarissen dan? Hebben wij niet genoeg gedaan met het maken van vele en goede inventarissen volgens de beproefde regels van onze onvolprezen Hand leiding? Ik zal de laatste zijn om het nut van goede inventarissen in twijfel te trekken. En gelukkig denken anderen daar evenzoo over. Ik heb zelfs het voorrecht U te kunnen mededeelen, dat de voornaamste archiefbezitter, het Rijk, besloten heeft na een onderbreking van ruim tien jaar! -weer inventarissen te laten drukken. Hierbij werd, m.i. terecht, de aanwijzing gegeven, dat slechts die inventarissen voor druk in aanmerking komen, die van primair belang zijn en vooral ook de aandacht zullen trekken van historici, en die in het algemeen voor de wetenschap van nut zullen zijn. Er wordt dus een grenslijn getrokken. Inventarissen van minder belang behoeven niet gedrukt te worden. Men moet zich dan maar behelpen met getypte of gestencilde exemplaren! Dit zij ons een waarschuwing om steeds te bedenken, dat inventarissen slechts middel, nooit doel op zich zelf zijn. De zaak heeft ook een anderen kant. Op het Algemeen Rijksarchief, en ook elders, ontbreken nog steeds goede gedrukte inventarissen, juist van de allerbelangrijkste archieven. Van de archieven van de Staten- Generaal, van den Raad van State, van de Staten van Holland na 1572, van het Hof van Holland, om slechts deze te noemen, bestaan slechts geschreven inventarissen, die, om het zacht uit te drukken, niet aan alle eischen voldoen. Hoe is dit op zich zelf wonderlijke feit te verklaren? Mijns inziens door onze te groote degelijkheid, doordat de eischen, die wij aan onze inventarissen en indices stellen, zóó hoog zijn, dat het vol tooien van inventarissen van onze belangrijkste archieven een kwestie van vele jaren wordt en soms ad calendas Graecas wordt uitgesteld. Ik ben niet de eerste, die hierop wijst. In den 20sten jaargang van het Archievenblad komt een, wel erg scherp gesteld, maar toch in vele opzichten treffend juiste beschouwing van Muller voor, die het heeft over: „geheele streken, die met den vloek van onvruchtbaarheid zijn geslagen" en er ook op wijst, dat het geven van tallooze gedetailleerde voorschriften voor het stellen van volmaakte inventarissen als gevolg heeft, dat moderne inventarissen van juist de meest belangrijke en om vangrijke archieven, haast niet voltooid kunnen worden.2) Hier kunnen, in afwachting van later te maken inventarissen, voorloopige overzichten uitkomst bieden. Waar een volmaakte inventaris van een groot archief niet binnen enkele jaren te maken is, laten wij dan den bezoekers ten minste een bruikbaar overzicht aanbieden. En waar het niet mogelijk is den geheelen inhoud van een aróhiefdepöt spoedig te beschrijven, laten i "->) Ned. Archievenblad 20 (19111912), blz. 169184. Zie vooral blz. 178179. Muller beveelt als remedie aan de aan inventarissen te stellen eischen te vereenvoudigen.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1947 | | pagina 8