129 Persoonlijke Herinneringen van Dr. E. Wiersum. Waarde Medeleden, Toen bij het 25-iarig bestaan van onze Vereeniging de Voorzitter, Mr. S. Muller Fz., op de jaarvergadering te Hoorn zijn gebruikelijke toespraak hield, begon hij met te zeggen, dat hij met vreugde en ook met voldoening de afgeloopen jaren herdacht. „Onze Vereeniging", zoo sprak hij, „heeft ons de gelegenheid gegeven, om elkaar te leeren kennen, enkelen goed te leeren kennen en dit is wel een kostelijk ding, niet alleen voor ons werk, maar ook voor ons hart". Merk waardig openhartige uiting van den man, die anders met zijn ge voelens geenszins te koop liep. En, als wilde hij het gewicht van zijn uiting beperken, liet hij er onmiddellijk op volgen, dat zij, onze Ver eeniging, nog meer gedaan had, meer en beter. Als zoodanig noemde hij de verhooging van het peil der Nederlandsche archiefambtenaren op wetenschappelijk en sociaal gebied en de verbetering hunner sociale positie. Maar vooral wees hij op wat de Vereeniging voor de ordening en beschrijving der archieven had tot stand gebracht, „iets dat ook buiten onze kringen, zelfs in het buitenland gewaar deerd wordt". Niet beter meende hij dan ook den herinnerings dag te kunnen illustreeren, dan door in een kort overzicht van het verrichte de herinnering aan de voorbijgegane kwarteeuw bij de leden te verlevendigen. Dit overzicht is nu door onzen tegenwoordigen Voorzitter bij het 50-jarig bestaan der Vereeniging weer opgenomen en aangevuld met de resultaten in de laatste vijf en twintig jaren bereikt. Toen bleek, dat er, in verband met de tijdsomstandigheden, op den oprichtings dag der Vereeniging geen herkenking in het openbaar kon plaats vinden, heeft Dr. Coster zeer terecht zijn overzicht op dien dag in eenige dagbladen doen opnemen. Wij lezen daar dus weer, evenals bij Muller in zijn toespraak in 1916, van de oprichting van het Archieven blad, van het succes der Handleiding, van de totstandkoming van de Archiefwet (1918), die Mr. Muller alleen nog kon aankondigen en van de bewerking van den Archiefgids, de onderneming die reeds een paar jaren vóór het 25-jarig jubileum was ter hand genomen en waarvan de verschijning thans gelukkig over eenigen tijd kan worden tegemoet gezien. Gods molens malen langzaam doch zeker. In zooverre loopen de herkenkingen van 1916 en 1941, beide in Wie sucht ihr mich lieim ihr Bilder, Die iang' ich vergessen geglaubt? VON Chamisso.

Periodiekviewer Koninklijke Vereniging van Archivarissen

Nederlandsch Archievenblad | 1941 | | pagina 11