18
Toespraak van den Voorzitter.
Waarde Collega's,
Het verheugt me U allen gezond en wel weer hier te zien. Na
de rampzalige gebeurtenissen, die we dit jaar beleefd ebben en
nog eiken dag beleven. Lichameliik letsel heeft gelukkig tot nu toe
niemand van ons gekregen. Maar wel zijn enkelen onzer m ander
opzicht zwaar beproefd.
Ik denk hier natuurlijk allereerst aan onzen ambtenoot Unger te
Middelburg, die in de oorlogsdagen vrijwel het geheele uiterst be
langrijke stadsarchief in vlammen zag opgaan Een ramp, waardoor
ook van zijn eigen arbeid de resultaten goeddeels verloren gingen
Wij deelen allen in zijn verlies en geven hem de verzekering, dat,
zoo noodig, hij op onze hulp zal kunnen rekenen
Ook de Rotterdamsche archivarissen en archiefambtenaren werden
zwaar getroffen. Wel bleven hunne archieven, die van de stad en
van het hoogheemraadschap Schieland gelukkig volkomen gespaar
maar de kern van de stad, het oude Rotterdam, is zooals G„ weet
door het bombardement nagenoeg geheel verloren gegaan.
En wat dat beteekent voor ambtenaren, wier dagelijksche arbei
vrijwel steeds op die verdwenen stad betrekking heeft behoef ,k
in dezen kring niet nader uiteen te zetten. Daar komt bi), dat ook
van andere instellingen, wier geschiedenis met die van de stad en
ten deele ook met die van het hoogheemraadschap ten nauwste was
samengeweven - ik noem alleen maar het Eataafsch Cenootschap
en de Academie voor Beeldende Kunsten en Technische Weten
schappen - volkomen verbrand zijn. Het archief van de Kamer van
Koophandel daarentegen, dat reeds jaren geleden naar het Gemeentel.,k
archief was overgebracht, bleef daardoor gelukkig gespaard.
Of ook nog in andere plaatsen de Gemeente-archieven geleden
hebben, is mij niet bekend. Is dit wel het geval, dan zal mededeel.ng
daarvan op prijs worden gesteld.
Van de archieven overgaande naar de archivarissen, memoreer
ik allereerst, dat enkele weken geleden onze oud-collega Vermaas
oud-archivaris van Schiedam, van ons heen is gegaan. Hi, overleed
11 October 1940. Zijn verdiensten zullen in de gecombineerde ver
gadering stellig herdacht worden.
Dr Schuylenburg zal wegens het bereiken van en ges e
leeftijdsgrens op 31 December 1940 aftreden als archivaris der ge
meente Utrecht. Wij volstaan hier met deze bloote vermelding, er
zal later nog wel gelegenheid zijn om van onze belangstelling in
dit feit te doen blijken.
19
Als zijn opvolger begroeten wij gaarne den chartermeester bij
het Utrechtsche Gemeente-archief mr. W. C. van Campen, die
enkele dagen geleden door den Raad met naar ik meen algemeene
stemmen is benoemd.
Wat onze afdeeling in het bijzonder betreft, stip ik even aan,
dat mej. Miinssen, onze secretaresse, volgens het reglement moet
aftreden. Wij danken haar hier alvast voor wat zij in die kwaliteit
voor ons gedaan heeft.
Tot bemoeiingen van het bestuur met de materieele belangen
onzer leden was er dit jaar geen aanleiding en ik vrees, dat die
ook in de tegenwoordige omstandigheden weinig of niet aan de
orde zullen komen. Laat ons niettemin waakzaam blijven!
E. WIERSUM.
Vernietiging van archieven.
De omstandigheid, dat heden door het bestuur van de Vereeniging
van Archivarissen de zoogenaamde Vernietigings-commissie is ge
ïnstalleerd, was aanleiding, om een spreker uit te noodigen het een
en ander over de practijk van de vernietiging mede te deelen. Het
bestuur heeft nu het oog op mij laten vallen, omdat ik, als zijnde
belast met een afdeeling aan het Algemeen Rijksarchief, welke hoofd
zakelijk nieuwe archieven bevat, uit den aard der zaak betrekkelijk
dikwijls geroepen word gevallen van vernietiging te beoordeelen of
daarover aan den Algemeenen Rijksarchivaris van advies te dienen.
Ik heb mij dan ook gaarne bereid verklaard over het bedoelde onder
werp te spreken; ik hoop nu alleen maar, dat hetgeen ik U zal
hebben mede te deelen, U niet te zeer zal teleurstellen. Immers, ik
zal U hier geen axioma's over vernietiging kunnen mededeelen, want
het zal U al bij voorbaat duidelijk zijn, dat alle mogelijke gevallen
van vernietiging van archieven, welke zich in den loop der jaren
hebben voorgedaan of zullen voordoen, vrijwel alle op zich zelf
beschouwd moeten worden. Het zal mij daarom slechts mogelijk zijn
U een algemeen schema voor te dragen, dat echter geenszins volledig
zal kunnen zijn en ongetwijfeld voor verbetering vatbaar zal blijken.
Het woord vernietigen heeft bij een rechtgeaarde archivaris een
klank, welke bij hem tegenstrijdige gevoelens moet opwekken. Hij
toch, die geroepen is om de archieven te beschermen, voelt iets
van wrevel in zich opkomen als hem gezegd wordt, gedeelten van
Voordracht, gehouden op 26 October 1940; eenigszins bekort.